2G2 - 12 nov 24 - blokuur - woorden TC 2.2. - schrijfopdracht eerst dan daarna

Goedemorgen klas 2G1!
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

Goedemorgen klas 2G1!

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
1. Ik weet wat de woorden van pagina 54 betekenen
2. Ik kan opbouw aanbrengen in een tekst
3. Ik weet wat het huiswerk is voor dinsdag 19 november

Slide 2 - Slide

Nieuwe woorden
Waarom is het belangrijk om nieuwe woorden te leren?

Slide 3 - Slide

Nieuwe woorden
- Pak je woordenschrift

- Schrijf nieuwe woorden in je woordenschrift

Slide 4 - Slide

behandelen

Oorontsteking kun je behandelen met medicijnen.

Slide 5 - Slide

behandelen

Hoe behandelt hij zijn hond?

Hij behandelt zijn hond goed. Hij is lief voor zijn hond.

Slide 6 - Slide

de behandeling

Slide 7 - Slide

de maatregel
  • dat wat je doet om iets op te lossen of te veranderen;
  • een regel die je bedenkt, om ervoor te zorgen dat iets beter wordt.
  • Zin: De maatregel op school, is dat leerlingen tijdens de les niet meer naar de wc mogen.
  • Zin: Omdat veel leerlingen roken, zijn er maatregelen genomen. Roken mag niet meer bij de school.

Slide 8 - Slide

De oorzaak
Het eten was op.

Daarom heb ik niet ontbeten.

Slide 9 - Slide

Oorzaak-gevolg
Er is iets gebeurd (de oorzaak), wat ervoor zorgt dat er nog iets anders gebeurd (het gevolg).

Voorbeeld
Mijn paspoort is verlopen dus ik mag niet vliegen

Slide 10 - Slide

Wat is een maatregel?
A
een regel om iets beter te maken
B
iets wat mag
C
een afspraak
D
een dag die heel leuk is

Slide 11 - Quiz

Schrijfvaardigheid
- Van A1 naar A2.
- Langere teksten met meer informatie.
- Gebruik voegwoorden.
- Denk aan de opbouw van jouw tekst.

Wat is de opbouw van een tekst?

Slide 12 - Slide

eerst 
dan 
daarna 
ten slotte

Slide 13 - Slide

Hoe werkt de afwasmachine?

Slide 14 - Slide

Eerst doe ik de machine open.

Slide 15 - Slide

Dan zet ik de vuile afwas in de machine. 

Slide 16 - Slide

Daarna doe ik een blokje in de machine.

Slide 17 - Slide

Ten slotte druk ik op de knop.

Slide 18 - Slide

Eerst doe ik de machine open.
Dan zet ik de vuile afwas in de machine.
Daarna doe ik een blokje in de machine.
Ten slotte druk ik op de knop.

Slide 19 - Slide

Schrijfopdracht
(daarna bespreek je jouw tekst met je klastgenoten)


timer
7:00

Slide 20 - Slide

Opdracht: Een schoolreisje plannen

Je gaat met jouw klas op schoolreis. Wat gaan jullie samen doen op deze dag? Schrijf op wat jullie gaan doen. Gebruik de woorden eerst, dan, daarna en ten slotte. Schrijf minimaal vier zinnen.

Slide 21 - Slide

Voorbeeld
Eerst gaan we met de bus naar de dierentuin. In de bus kijken we een film. Dan gaan we de dieren bekijken in de dierentuin. We zien apen, olifanten en leeuwen. Daarna lunchen we met de hele klas. We eten Turkse pizza, spaghetti en varenyky. Ten slotte rijden we met de bus terug naar school.

Slide 22 - Slide

Schrijfopdracht
(daarna bespreek je jouw tekst met je klastgenoten)


timer
7:00

Slide 23 - Slide

Spreekopdracht tot 13:30 uur


Slide 24 - Slide

Binnenkring-buitenkring
Welke vragen stel je aan elkaar?

Slide 25 - Slide

Stil lezen tot 13:55 uur
timer
25:00

Slide 26 - Slide

Huiswerk voor woensdag (morgen dus!):
Maak opdracht 30, 31 en 32
(pagina 55)

Daarna: exit ticket

Slide 27 - Slide

Exit ticket
Vul in en lever in bij de docent

Slide 28 - Slide