2. Bij de eerste opdracht heb je de oplosbaarheid van suiker in
maximaal 30 mL water bepaald.
oplosbaarheid= (aantal gram suiker)/(30 mL)=⋯g/mL
Bepaal nu door middel van een berekening hoeveel gram
suiker op kan lossen in 1,0 L water.
..g/mL x. 1000. = .. g/L