11.2 transportsystemen bij dieren

Bs 2 Transportsystemen bij dieren
1 / 29
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Bs 2 Transportsystemen bij dieren

Slide 1 - Slide

Vandaag

  • Oefenen examenvragen bloed
  • Welke transportsystemen zijn er bij verschillende dieren?
  • Welke functies heeft de bloedsomloop?

Slide 2 - Slide

Zij bevatten hemoglobine
A
Bloedplasma
B
Rode bloedcellen
C
Witte bloedcellen
D
Bloedplaatjes

Slide 3 - Quiz

..... is het hormoon dat de aanmaak van rode bloedcellen stimuleert, ...... is het eiwit wat meehelpt in de bloedstolling.
A
EPO - Hemoglobine
B
Fibrinogeen - Ijzeratomen
C
Rode beenmerg - EPO
D
EPO - Fibrinogeen

Slide 4 - Quiz

Wat weet je over bloedplasma?
A
Bestaat vooral uit eiwit
B
vervoert vooral zuurstof
C
vervoert voedingsstoffen
D
bestaat uit delen uiteengevallen cellen

Slide 5 - Quiz

wat klopt over rode bloedcellen?
A
Geen celkern vervoert zuurstof
B
Geen vaste vorm vervoert zuurstof
C
Wel celkern vervoert CO2
D
Wel vaste vorm vervoert CO2

Slide 6 - Quiz

Welke bloedbestanddelen zorgen voor een korstje op een wond?
A
Rode bloedcellen
B
Bloedplaatjes
C
Witte bloedcellen
D
Bloedplaatjes en plasmaeiwitten

Slide 7 - Quiz

Bloedstolsel

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide


A
alleen de bloedplaatjes
B
alleen de rode bloedcellen
C
alleen de witte bloedcellen
D
bloedplaatjes, rode bloedcellen, witte bloedcellen

Slide 10 - Quiz

Zoogdieren hebben voortdurend inwendige bloedingen. Gif bevat antistolling. Wat voor effect heeft dat op muizen?

Slide 11 - Open question

Begrippen
  • open circulatiesysteem
  • bloedsomloop
  • enkelvoudige bloedsomloop
  • dubbele bloedsomloop
  • kleine bloedsomloop
  • grote bloedsomloop

Slide 12 - Slide

Leerdoelen
  • Je kunt de verschillende transportsystemen bij dieren herkennen

  • Je kunt de functies van een bloedsomloop benoemen.


Slide 13 - Slide

Eencelligen

Transport van stoffen via o.a. diffusie:
Bij eencellige organismen en organismen die uit een paar cellagen zijn opgebouwd.
Eencelligen hebben geen transportsysteem nodig

Slide 14 - Slide

Circulatiesystemen ongewervelde dieren
Circulair transport: een vloeistof met opgeloste stoffen stroomt rond.
Buisvormig hart.
Open circulatiesysteem.

Bloedsomloop: een gesloten systeem waarin het bloed is gescheiden van de andere lichaamsvloeistoffen.



Slide 15 - Slide

Open circulatiesysteem
 Bloedsomloop

Slide 16 - Slide

Enkele bloedsomloop

In de afbeelding hiernaast is een enkelvoudige bloedsomloop afgebeeld: per omloop stroomt het bloed één keer door het hart.


Slide 17 - Slide

Enkelvoudige bloedsomloop
Dubbele bloedsomloop

Slide 18 - Slide

dubbele bloedsomloop
  • Per omloop stroomt het bloed twee keer door het hart 
  • Er is sprake van een linkerharthelft en een rechterharthelft (zie ook dat dit bij jezelf links/rechts is!)

Er is sprake van een kleine (hart/longen/hart) en grote (hart organen lichaam/hart) bloedsomloop 

Slide 19 - Slide

Leg in eigenwoorden uit wat het verschil is tussen een open en gesloten bloedsomloop

Slide 20 - Open question


1) Kleine bloedsomloop =
Hart -                           - hart

2) Grote bloedsomloop =
Hart -                           - hart

hele lichaam
longen

Slide 21 - Drag question

In de afbeelding is een doorsnede van een schematisch hart weergegeven. Sleep de onderdelen naar het hart.
Rechterboezem
Rechterkamer
Linkerboezem
Linkerkamer
Bloed stroomt het hart in
Bloed stroomt het hart in
Bloed stroomt het hart uit
Bloed stroomt het hart uit

Slide 22 - Drag question

Bloedsomloop bij andere gewervelden

Slide 23 - Slide

Functies bloedsomloop
Transporteren van stoffen:
  •    bouw-/brand-/afvalstoffen
  •    signaalstoffen (hormonen)
  •    bestanddelen afweersysteem

Verdeling warmte 

Slide 24 - Slide

Samenvattend

Slide 25 - Slide

Afronding
Bekijk de schematische tekening hiernaast en het fimpje in de volgende slide. 

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Video

Leerdoelen
  • Je kunt de verschillende transportsystemen bij dieren herkennen

  • Je kunt de functies van een bloedsomloop benoemen.


Slide 28 - Slide

Vaatstelsel
Open bloedsomloop
Dubbele bloedsomloop
Gesloten bloedsomloop

Slide 29 - Drag question