Gezondheid en voeding - les 8

Fase 2
Gezondheid en voeding Les 6


1 / 23
next
Slide 1: Slide
Gezondheid en voedingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Fase 2
Gezondheid en voeding Les 6


Slide 1 - Slide

Aandachtspunten
  • Niet eten en drinken (uitzondering flessen) in de klas
  • Toilet? Eerst vragen
  • Telefoon weg stoppen
  • Leermiddelen in orde 
  • Beroepshouding correct
--> Zonder waarschuwing wordt je eruit gestuurd! Geen gemaar, geen excuus en geen discussie...

Slide 2 - Slide


Aanwezigheidsregistratie
Aanwezigheid zal door de docent geregistreerd worden. Aanwezigheid kan meerdere malen tijdens de les worden gedaan. Bij vroegtijdig verlaten van de les, zonder geldige reden, zal je op 'ongeoorloofd afwezig' staan.

Ben je te laat? Geef dit dan door aan het einde van de les aan de docent. Dit is jouw verantwoordelijkheid.

Slide 3 - Slide

Programma
  1. AWR
  2. Lesdoelen
  3. Terugblikken
  4. Theorie:
  • Begeleiden bij voeding 
 4. Maak met je groepje deel 3; Leefstijlprogramma;
Poster af. 
5. Afsluiten

Slide 4 - Slide

Lesdoelen
Je kunt een poster ontwikkelen die aansprekend is voor de doelgroep én die motiverend werkt om aan de slag te blijven aan een gezonde leefstijl.

Slide 5 - Slide

Terugblikken

Slide 6 - Slide

Universele preventie
Selectieve preventie
Geïndiceerde preventie
Zorg gerelateerde preventie
De gezondheid van de gezonde bevolking bevorderen en beschermen
De gezondheid van specifieke risicogroepen bevorderen en beschermen
Voorkomen dat beginnende klachten verergeren tot een aandoening
Voorkomen dat bestaande aandoening leidt tot  complicaties, beperkingen, een lagere kwaliteit van leven of sterfte

Slide 7 - Drag question

Wat is het verschil tussen intrinsieke en extrinsieke motivatie?
A
de een is van binnenuit de ander van buitenaf
B
de een is als je het zelf doet, de ander als een ander je helpt
C
de een is door externe factoren, de ander is door omgevingsfactoren
D
het zijn beide vormen van motivatie

Slide 8 - Quiz

Groepsgesprek
Denk eerst individueel na over deze stelling:
'Als een cliënt een paar maanden slecht eet, heeft hij of zij een eetstoornis'.
Formuleer 1 argument voor en 1 argument tegen deze stelling.
Bespreek in tweetallen deze stelling en wissel argumenten uit. 
timer
7:00

Slide 9 - Slide

Do's en don'ts
  • Moet je wel of niet vragen hoe het gaat?
  • Als het niet goed gaat, moet je wel of niet doorvragen waarom?
  • Moet je wel of niet overtuigen/stimuleren meer te eten?
  • Moet je het wel of niet over eten hebben?



Slide 10 - Slide

Do's en don'ts
1. Blijf vragen hoe het gaat en vraag door als het niet goed gaat, maar ook als het wel goed gaat.
2. Overtuigen meer te eten werkt averechts. Je kunt wel kijken of het lukt om samen te eten en hier een zo ontspannen mogelijk moment van te maken.
3. Begin niet zelf over 'eten'. Als de client er zelf over begint, dan luister je actief. 

Slide 11 - Slide

Fabels
Lees de 10 meest voorkomende misvattingen over eetstoornissen via onderstaande link. Welke misvatting had jij?
https://www.psyq.nl/eetstoornis/onzichtbare-eetstoornissen/artikelen/10-fabels-over-eetstoornissen

Slide 12 - Slide

Welke misvatting had jij?

Slide 13 - Open question

Voedingsgewoonten; zijn meestal van kleins af aan meegegeven en heeft te maken met tradities.
Persoonlijk:
Vegetarisch
Veganistisch
Biologisch

Cultuur:
In NLD wonen veel culturen samen, deze hebben invloed op de keuze voor voeding


Religie (voorschriften):
Islam
Hindoeisme 
Jodendom
Christendom
Katholicisme

Slide 14 - Slide

Factoren die van invloed zijn op voedingsgewoontes:
  1. Psychologische factoren (emoties/stress/depressie).
  2. Fysieke omgevingsfactoren (ben je in staat om voor jezelf te zorgen).
  3. Sociaal-culturele factoren (de mensen om ons heen)
  4. Economische factoren (mensen die bijv minder geld hebben).
  5. Maatschappelijke factoren (beelden in de media).
  6. Kennisfactoren (kennis hebben over voeding).

Slide 15 - Slide

Wat is het voornaamste belang van een goede voedselhygiëne?
A
Anders komen er geen gasten meer eten
B
Anders kunnen jouw gasten ziek worden
C
Anders krijgt de zaak een boete
D
Anders smaakt het eten niet lekker

Slide 16 - Quiz

HACCP= een hygienecode waarmee iedere instelling die eten bereidt, te maken krijgt. 
H= Hazard: GEVAAR
A= Analysis: ANALYSEREN
C= Critical: KRITIEKE 
C= Control : CONTROLEREN
P= Points:  PUNTEN
....het analyseren en controleren van kritieke punten

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

First in, first out
First expired, first out

Dat wat er het eerst in komt, gaat er ook weer het eerst uit (FIFO). Nieuwe producten worden achterin geplaatst.

Producten met de korte houdbaarheidsdatum staan voor vooraan (FEFO). 

Wanneer je de koelkast gaat bijvullen zet je de nieuwe producten altijd achter de oude!

Slide 19 - Slide

Verder aan de slag! 
Product 3: Poster
Draag zorg voor dat de poster aansprekend is voor de doelgroep en hen motiveert om aan de slag te blijven met een gezonde leefstijl. 

Eisen van de poster:
- Aansprekend voor de doelgroep
- Motiverend om aan de slag te blijven met een gezonde leefstijl

Slide 20 - Slide

Lesdoelen behaald?
  • Heb je een poster ontwikkelt die aansprekend is voor de doelgroep én die motiverend werkt om aan de slag te blijven aan een gezonde leefstijl.

Slide 21 - Slide

Huiswerk:  
Lezen uit Communicatie en Gedrag:
Thema 6; (Inter) culturele communicatie.
Thema 8; Psycho-educatie, voorlichting en advies geven.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide