What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
categorie 10 - verkleinwoorden
categorie 10 - verkleinwoorden
1 / 36
next
Slide 1:
Slide
Spelling
Basisschool
Groep 4
This lesson contains
36 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
categorie 10 - verkleinwoorden
Slide 1 - Slide
Welke verkleinwoorden ken je?
Slide 2 - Mind map
het bloempje
Slide 3 - Slide
het boekje
Slide 4 - Slide
het broertje
Slide 5 - Slide
het filmpje
Slide 6 - Slide
het huisje
Slide 7 - Slide
de krampjes
Slide 8 - Slide
het kusje
Slide 9 - Slide
het meisje
Slide 10 - Slide
het raampje
Slide 11 - Slide
het stoeltje
Slide 12 - Slide
het tafeltje
Slide 13 - Slide
het vogeltje
Slide 14 - Slide
-je
- Zelfstandig naamwoorden meestal -je
- de kaas
het
kaasje
- de worst
het
worstje
- het huis
het
huisje
Slide 15 - Slide
-pje
woorden die eindigen op -m
- de boom het boom
pje
- de zoom het zoom
pje
- het geheim het geheim
pje
Slide 16 - Slide
-tje
l, n of r en de klinker een lange klank of een klemtoonloze e (sjwa/schwa) is.
- de lepel het lepel
tje
- de stoel het stoel
tje
- de kraan het kraan
tje
Slide 17 - Slide
-tje
De medeklinker wordt verdubbeld als er een korte klinker is (niet bij alle woorden)
- de ster het ste
rr
e
tje
- de pop het po
pp
e
tje
Slide 18 - Slide
-tje
Woorden die eindigen op een lange klinker (a, é, o, u)
- de auto het aut
ootje
- de paraplu het parapl
uutje
- de logé
het log
eetje
Slide 19 - Slide
'tje
Woorden die einigen op -y
- de baby het baby
'tje
- de hobby het hobby
'tje
Slide 20 - Slide
-tje
Woorden die eindigen op -i wordt -ietje
- de taxi het tax
ietje
- de ski het sk
ietje
Slide 21 - Slide
-nkje
Woorden die eindigen op -ng
- de woning het woni
nkje
- de koning het koni
nkje
Slide 22 - Slide
Even oefenen
Slide 23 - Slide
de boot - het bootje
A
goed
B
fout
Slide 24 - Quiz
de kus - het kustje
A
goed
B
fout
Slide 25 - Quiz
de stoel - het stoelje
A
goed
B
fout
Slide 26 - Quiz
het huis - het huisje
A
goed
B
fout
Slide 27 - Quiz
het raam - het raamje
A
goed
B
fout
Slide 28 - Quiz
Hoe schrijf je:
Het hek
Slide 29 - Open question
Hoe schrijf je:
De tafel
Slide 30 - Open question
Hoe schrijf je:
Het paard
Slide 31 - Open question
Hoe schrijf je:
Het boek
Slide 32 - Open question
Hoe schrijf je:
de vogel
Slide 33 - Open question
Hoe schrijf je:
De foto
Slide 34 - Open question
Hoe schrijf je:
De kramp
Slide 35 - Open question
Zelf oefenen: werkblad
Slide 36 - Slide
More lessons like this
categorie 10 - verkleinwoorden
May 2023
- Lesson with
29 slides
Spelling
Basisschool
Groep 4
categorie 10 - verkleinwoorden
September 2020
- Lesson with
24 slides
Spelling
Basisschool
Groep 4
verkleinwoorden onderbouw
December 2023
- Lesson with
24 slides
Blok 1 les 9 muisje - gebak - zwarte mieren
September 2024
- Lesson with
26 slides
Spelling
Basisschool
Groep 5
Ontdek de wereld van verkleinwoorden!
April 2024
- Lesson with
13 slides
Verkleinwoorden
December 2023
- Lesson with
28 slides
Nederlands
Lager onderwijs
Les 2 week 47 Verkleinwoorden
November 2023
- Lesson with
28 slides
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
Verkleinwoorden
October 2023
- Lesson with
18 slides
Spelling
Middelbare school
vmbo lwoo
Leerjaar 1