30-10-2023

30-10-2023
1 / 26
next
Slide 1: Slide
SpaansBeroepsopleiding

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

30-10-2023

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Vragen over het huiswerk
WB:
 p.8, oef.13,14- p.9, oef.15 - p.10, oef.20, 21.
p.13, 14 : Reglas y Sistemas: invullen 
TB:
p.13, oef. 8: waarom of waarvoor studeer je Spaans
 p.15, oef. 9c
p.16, oef.12 b:
Panamericana :p.17 lezen , luisteren, Vragen a/b beantwoorden
Woordjes leren: opd.9, 10, 12a.


Slide 3 - Slide

WB. P.8 oef.13, 14
WB:
 p.8, oef.13, 14

Slide 4 - Slide

Artículo
Determinado:
Het/ De 
WB:
 p.8, oef.13, 14
TB: p. 15, BINGO
p.146, kies acht woorden.

Slide 5 - Slide

Artículo 
Indeterminado:
een/ enkele

Slide 6 - Slide

p.15.oef.9c : 
Noem bij elke categorie drie woorden uit de tekst.

Comidas y bebidas

Edificios

Animales
TB: p. 15, BINGO
p.146, kies acht woorden.

Slide 7 - Slide

WB:
p.10, oef.20,

Slide 8 - Slide

WB:
p.10, oef. 21.

Slide 9 - Slide

Oefenen met regelmatige werkwoorden op -AR
YO
ÉL, ELLA, USTED
NOSOTROS, NOSOTRAS
VOSOTROS, VOSOTRAS
ELLOS, ELLAS, USTEDES
HABLO
BAILO
CANTA
BAILAN
ESCUCHAS
TOCAMOS
ESCUCHÁIS
BAILA
HABLAN
CANTAMOS
ESTUDIÁIS
HABLAS

Slide 10 - Drag question

Sleep de -AR werkwoorden naar de juiste plek.
3.  Yo...................perfectamente inglés.
1. Tú............... salsa y flamenco.
2. Pedro.............música española en su dormitorio.
5. Nosotros..................canciones españolas.
4. Carlos y tú .............por la playa.
6. Juan y María .......................español en la escuela de idiomas.
hablo
bailas
escucha
camináis
cantamos
estudian

Slide 11 - Drag question

Reglas y Sistemas: p.13, 14

Slide 12 - Slide

De klemtoon 

Slide 13 - Slide

TB:
p.13, oef. 8: waarom of waarvoor studeer je Spaans
 p.15, oef. 9c
p.16, oef.12 b:
Panamericana :p.17 lezen , luisteren, Vragen a/b beantwoorden
Woordjes leren: opd.9, 10, 12a.

Slide 14 - Slide

TB:p. 94, ej.13: Palabras en compañía.
Ejemplos: 
"Hablo español con mi pareja."
"Trabajo en un hotel."
"Viajo a Mallorca y paso las vacaciones en un hotel."

Slide 15 - Slide

Panamericana p.17
De norte a sur.
Escucha y marca.
Escucha y marca en el mapa los países que se mencionan.
1. Van waar tot waar loopt de Panamerikaanse route van noord
         tot zuid?
        
    2. Door hoeveel landen en hoeveel klimaatzones loopt de
        route?
        



1.Desde Alaska hasta Argentina
2. 17 países y cuatro zonas climáticas
3. La lengua , la música, la gastronomía y los paisajes. 

Slide 16 - Slide

Enkele vragende voornaamwoorden 
  • ¿ Qué ?( wat?)
(¿Qué significa?)
  • ¿ Quién ? /¿ Quienes ? ( wie?)
(¿Quién es Penélope Cruz?)
  • ¿ Cómo ? ( hoe?)
(¿Cómo te llamas?)
  • ¿ Para qué ? ( waarvoor?)
( ¿Para qué estudias español?)

Werkboek: p. 10, oef. 19

Slide 17 - Slide

Wat weet je nu? 
  • je naam zeggen
  • vragen en zeggen waarom je Spaans leert 
  • naar de betekenis van woorden vragen
  • persoonlijke vnmw. als onderwerp
  • regelmatige werkwoorden op -ar 
  • het geslacht van zelfstandig nw
  • enkelvoud/meervoud zelfst.nw

Slide 18 - Slide

Unidad 2: Primeros contactos
- Zich voorstellen
- Praten over beroepen
- WW Ser

Slide 19 - Slide

Primeros contactos TB: p.19
1a: welke beroepen hebben de personen op de foto?
15
1b.¿Quién es?
ik ben
ik woon in
ik werk in
¿Qué significa?
Olivia Varela,

Slide 20 - Slide

Mucho Gusto 
16
17
18
Encantado wordt gezegd door 
Encantada wordt gezegd door
Mucho gusto is altijd goed

       De betekenis?  
mannen
vrouwen
Aangenaam.
p.20: 2a: En el congreso:
  • luister naar de dialogen .
  • lezen

Slide 21 - Slide

TB: oef.2c: Vul in m.b.v. de dialogen in opdr. 2

Slide 22 - Slide

  • 1 de noviembre: Día de Todos los Santos
  • 2 de noviembre : Día de los Muertos/ 
                                    Día de Todos los Difuntos
El31 de octubre es Halloween: All Hallows Eve -> Samhain(Saun) ( Keltisch kalender: Keltische Nieuwjaar):1 November
¿Qué asociáis con estos días?

Slide 23 - Slide

DEBERES
  • WB:
p.10, ej. 19
p.11, ej. 22
p.12, ej. 25a: Lezen, ej. 25b en 25c: Luisteren, ej. 26:maken
p.15: Test
  • TB:
p.18: Samenvatting kijken.
p.19:oef. 1a/b
namen van beroepen leren.
p. 20 : Mucho Gusto, oef. 2a/c: Invullen met de uitdrukkingen van de dialogen  
Woordjes leren: oef.1,2



Slide 24 - Slide

¿Qué tal la clase?

Slide 25 - Slide

Adiós

Slide 26 - Slide