gevoelens uiten

gevoelens uiten
1 / 10
next
Slide 1: Slide
MentorlesPraktijkonderwijsLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

gevoelens uiten

Slide 1 - Slide

Welke gevoelens ken je allemaal?

Slide 2 - Open question

Welke gevoelens herken je in het filmpje?

Schrijf ze op je wisbordje.

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

  • Denk en doestappen


1. Bedenk wat er is gebeurd, waardoor je je zo voelt.
2. Wat voel je? (boos, bang, verdrietig, bang)
3. Bedenk bij wie je je gevoelens wil uiten.
4. Bedenk hoe je je gevoelens kan uiten.

Slide 5 - Slide

Oefenen
Je opa is overleden. Je kan je niet goed concentreren in de les. 

1. Bedenk wat er is gebeurd, waardoor je je zo voelt.
2. Wat voel je? (boos, bang, verdrietig, bang)
3. Bedenk bij wie je je gevoelens wil uiten.
4. Bedenk hoe je je gevoelens kan uiten.

Slide 6 - Slide

Oefenen
Je ouders maken ruzie waar je vriend bij is. Je schaamt je. 

1. Bedenk wat er is gebeurd, waardoor je je zo voelt.
2. Wat voel je? (boos, bang, verdrietig, bang)
3. Bedenk bij wie je je gevoelens wil uiten.
4. Bedenk hoe je je gevoelens kan uiten.

Slide 7 - Slide

Oefenen
Een klasgenoot maakt grapjes die je niet leuk vindt. Je bent daar boos over. 

1. Bedenk wat er is gebeurd, waardoor je je zo voelt.
2. Wat voel je? (boos, bang, verdrietig, bang)
3. Bedenk bij wie je je gevoelens wil uiten.
4. Bedenk hoe je je gevoelens kan uiten.

Slide 8 - Slide

Oefenen
Je vriend vraagt of je meegaat naar de klimhal, maar je hebt hoogtevrees. 

1. Bedenk wat er is gebeurd, waardoor je je zo voelt.
2. Wat voel je? (boos, bang, verdrietig, bang)
3. Bedenk bij wie je je gevoelens wil uiten.
4. Bedenk hoe je je gevoelens kan uiten.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video