HV1 Hfst 6

Wat betekent renaissance?
A
terug naar de oudheid
B
wedergeboorte
C
terug in de tijd
D
terug naar Italië
1 / 40
next
Slide 1: Quiz
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 40 slides, with interactive quizzes and 3 videos.

Items in this lesson

Wat betekent renaissance?
A
terug naar de oudheid
B
wedergeboorte
C
terug in de tijd
D
terug naar Italië

Slide 1 - Quiz

Waar begon de
Renaissance?
A
Italië
B
Duitsland
C
Nederland
D
België

Slide 2 - Quiz

In de renaissance kregen rijke burgers veel interesse in:
A
De tijd van jagers en boeren
B
De tijd van Grieken en Romeinen
C
De tijd van monniken en ridders
D
De tijd van steden en staten

Slide 3 - Quiz

Het leven op aarde is slechts een voorbereiding op het leven na de dood.
A
Middeleeuwen
B
Renaissance

Slide 4 - Quiz

In de Renaissance kwam er steeds meer aandacht voor taal en het verleden.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 5 - Quiz

Wat past niet bij een humanist?
A
Leven na de dood is belangrijker dan leven op aarde
B
Ze bestuderen geschriften uit de oudheid
C
Kritiek op de kerk
D
Erasmus

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Video

Leonardo da Vinci ontwikkelde zich op veel terreinen. Welk woord past het best?
A
slimmerik
B
universum mens
C
homo sapiens
D
homo universalis

Slide 8 - Quiz

In de (middeleeuwen – renaissance) waren schilders erg geïnteresseerd in anatomie.
A
middeleeuwen
B
renaissance

Slide 9 - Quiz

Sleep de zinnen in de juiste tijdsvolgorde van vroeger naar later
De drukpers maakte grote aantallen boeken
De Renaissance ontstond in Italie
De Renaissance verspreidde zich in de 16e eeuw over Europa
Ideeen werden sneller verspreid

Slide 10 - Drag question

In de middeleeuwen – renaissance probeerden humanisten oude teksten op te schrijven zoals de oude Grieken en Romeinen hadden gedaan.
A
middeleeuwen
B
renaissance

Slide 11 - Quiz

Middeleeuwse kaarten waren geschikt om mee te varen.
A
juist
B
onjuist

Slide 12 - Quiz

Slide 13 - Video

Waarom vertrokken in 1596 Willem Barentsz en Jacob van Heemskerck naar het noorden?

Slide 14 - Open question

Vóór de ontdekkingsreizen geloofden veel Europeanen dat in het oosten draken en griffioenen leefden.
A
juist
B
onjuist

Slide 15 - Quiz

Welk motief was GEEN oorzaak voor de ontdekkingsreizen?
A
Zoektocht andere handel (economisch)
B
Meer macht krijgen (politiek)
C
Christendom verspreiden (religieus)
D
Van andere volken leren (wetenschappelijk)

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Video

Columbus kreeg hulp van de Spaanse koning om op ontdekkingsreis te gaan
A
juist
B
onjuist

Slide 18 - Quiz

Leg uit waarom Columbus het over indianen had en niet over Amerikanen

Slide 19 - Open question

zet in de juiste volgorde van vroeger naar later
Vroeger 
Later 
Europianen gaan handelsposten en forten bouwen in hun kolonies
Columbus ontdekt Amerika
De Europianen gaan plantages aanleggen in hun kolonies
Willem Barentsz onderneemt een poging om Indie via de noordelijke ijszee te bereiken
De Portugezen gaan opzoek naar nieuwe zeeroutes

Slide 20 - Drag question

Geef een economische verklaring voor de ontdekkingsreizen

Slide 21 - Mind map

Wat kan een reden zijn dat een Spaanse priester naar Amerika gaat?

Slide 22 - Open question

Herken jij deze producten?
Koffie
Gember
Thee
Kruidnagel
Anijs
kaneel
Peper

Slide 23 - Drag question

Het woord peperduur betekent dat iets heel duur is. Leg uit waarom peper in de middeleeuwen zo duur was.

Slide 24 - Open question


➤Leg uit waarom foelie en nootmuskaat niet 
in Nederland kunnen worden verbouwd.
Gebruik de bron

Slide 25 - Open question


Foelie en nootmuskaat zijn specerijen. 
➤Waar werden specerijen voor gebruikt? (2 antwoorden)
Gebruik de bron

Slide 26 - Open question

Bekijk goed de route die specerijen vóór 1498 aflegden van Azië naar Europa. Zet de volgende stappen in de goede volgorde.
Gebruik de bron
Italiaanse handelaren brachten de specerijen naar Venetië, Genua en Florence.
Arabische handelaren brachten de specerijen naar Egypte en Turkije.
In India werden peper en kaneel aan de ladingspecerijen toegevoegd.
Boeren op Java en de Molukken verkochten de specerijen aan Chinese handelaren.
Chinese en daarna Indiaase handelaren brachten de specerijen via Malakka naar India.

Slide 27 - Drag question

Welke woord hoort bij deze uitleg: Zo noem je een gebied dat door een ander land wordt bestuurd.

Slide 28 - Open question

Galileo Galilei
Erasmus
Leonardo da Vinci
Michelangelo
Het is belangrijk correcte Bijbelteksten te lezen.
De aarde draait om de zon. 
De romeinen hebben laten zien hoe prachtig je kunt bouwen. 
Het is belangrijk het menselijk lichaam te onderzoeken.

Slide 29 - Drag question

Wat is anatomie?
A
Leer van de lichaamsbouw
B
lichaam
C
snijkamer
D
atletische figuren

Slide 30 - Quiz

Het hoogste ideaal in de Renaissance (een mens die uitblonk op allerlei gebieden kunst, wetenschap, bouwkunst... noemde men ook wel de
A
homo sapiens
B
homo universalis
C
homo erectus

Slide 31 - Quiz

Noem een uitvinding die Galileo
gebruikte bij het bestuderen van het heelal?

Slide 32 - Mind map

Uit welke periode is
dit schilderij?
A
Middeleeuwse kunst
B
Renaissance kunst

Slide 33 - Quiz

Wat vinden Humanisten belangrijk?
A
Dat mensen zelf nadenken
B
Dat mensen leren lezen
C
Dat mensen zelf een oordeel kunnen vormen
D
Alle drie de antwoorden zijn juist

Slide 34 - Quiz

Uit welke periode is
dit schilderij?
A
Middeleeuwse kunst
B
Renaissance kunst

Slide 35 - Quiz

Welk woord past bij de omschrijving
Iemands manier van denken en doen,
A
geest
B
cultuur
C
mentaliteit
D
gedrag

Slide 36 - Quiz

Van wie is deze tekst...
A
Leonardo da Vinci
B
Erasmus
C
Galilei
D
meneer Hoekman

Slide 37 - Quiz

Welk wereldbeeld zie je
hier?
A
Geocentrisch
B
Heliocentrisch

Slide 38 - Quiz

Columbus geloofde dat je van de aarde af kon vallen.
A
juist
B
onjuist

Slide 39 - Quiz

Een plek waar mensen gaan wonen, werken en handelen noemen wij?
A
Overzees gebied
B
Handelsposten
C
Kolonies
D
Factorijen

Slide 40 - Quiz