Herhaling Grammaire A

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 4

Le cours de français du 16 mars

Programme d'aujourd'hui

- Retour en arrière 

- Révision de la grammaire A

- Quelques exercices de la grammaire A

- Terminer

BUT DU COURS: tu peux remplacer un sujet, COD ou COI par un pronom personnel. 

Retour en avance

Het proefwerk focust zich, zoals je weet, op chapitre 4.

Vooral de onderdelen luister- en schrijfvaardigheid 

tellen zwaar mee.

Retour en arrière

Nous avons terminé chapitre 4 !

Beide groepen hebben als laatste opdracht écrire B behandeld. Voor het proefwerk verwacht ik dat je drie thema's kunt uitwerken:

1. Écrire A: een samenvatting kunnen geven over een film/ serie: uitgeschreven opdracht over Lupin + boîte à outils A

2. Écrire B: een interview kunnen opschrijven (vragen + antwoorden) over een kunstenaar: klassikaal uitgeschreven interview + boîte à outils B

3. Écrire C: je positieve en negatieve mening kunnen geven: boîte à outils C

Révision de la Grammaire A

Je vous donne un numéro : 1 = sujet (thuis), 2 = COD, 3 = COI

D'abord, vous allez lire le document "Les pronoms personnels sujet, COD et COI". Ensuite, vous faites un petit résumé/ explication de la règle grammaticale de ton numéro (1, 2, 3) en néerlandais dans tes propres mots (dans ton cahier de français). Des outils pratiques: cahier d'acitivtés p.11 / référence p.38. 

Finis ? Kun je opschrijven van het verschil is tussen en/y? Réf. p.41

Qu'est-ce que vous avez noté?

Overleg met je groepje van jouw nummer (1, 2, 3) over de inhoud van jullie mini samenvatting. Zorg ervoor dat jullie allemaal uiteindelijk tot dezelfde mini samenvatting komen. Vul dus je eigen antwoord aan/ scherp je antwoord aan.

Groepje 1: ik doe de microfoon uit, zodat jullie 

kunnen overleggen in deze vergadering.

Combiner les résumés

Ik wijs per groepje iemand aan die zijn/haar samenvatting voorleest. Ik noteer het verhaal van diegene in een Word document. Zorg ervoor dat je meeschrijft met alles wat ik typ (dus ook voor de mensen thuis).

Verschil en/y?

Bon... Tu comprends bien grammaire A?

Je vous demande quelques questions par rapport aux règles grammaticales. Répondez aux questions avec ton portable. 

1. Waar zie je een sujet, cod en/of coi?
Pour mon anniversaire, je demande un nouveau portable à mes parents.

1. Herschrijf de zin door van het sujet, cod en/of coi een persoonlijk voornaamwoord te maken.

Pour mon anniversaire, je demande un nouveau portable à mes parents.

2. Waar zie je een sujet, cod en/of coi? Hugo veut aller au cinéma ce soir, pour regarder le nouveau film français.

2. Herschrijf de zin door van het sujet, cod en/of coi een persoonlijk voornaamwoord te maken.

Hugo veut aller au cinéma ce soir, pour regarder le nouveau film français.

3. Elle a offert un bouquet de fleurs.

1. Elle l'a offert.
2. Elle lui a offert.
3. Elle a l'offert.
4. Elle le a offert.

4. Tu n'as pas dit à moi que tu veux partir.

1. Tu me n'as pas dit que tu veux sortir.
2. Tu n'as pas dit que tu veux me sortir.
3. Tu ne m'as pas dit que tu veux sortir.
4. Tu m' n'as pas dit que tu veux soritr.

5. Sara veux offrir un livre.

1. Elle veux lui offrir.
2. Elle le veux offrir.
3. Elle lui veux offrir.
4. Elle veux l'offrir.

Leerstrategie: vond je het nuttig om elkaar te helpen/ uit te leggen hoe de grammaticabron in elkaar steekt? Waarom wel/niet?

Terminer

Demain: répéter grammaire B & C

N'oubliez pas de bien planifier comment, quand, ce que tu vas apprendre pour la semaine des tests. 

Merci, bonne journée!