Op de instructiekaarten staan alle symbolen en werkwijze van de werkzaamheden
Slide 19 - Slide
Aan de slag!
1. Was voorbereiden: werkkleding aan en handen wassen
2. Handschoenen aan en was sorteren, spullen eruit en meer
3. Was draaien op het juiste programma
3. Was ophangen of in de droger
4. Controleer je werk en ruim alles op
5. Ruimte reinigen, werkkleding uit en handen wassen
Slide 20 - Slide
Strijken en vouwen
Slide 21 - Slide
Strijkijzer
De strijkijzer is het voorwerp waarmee je gaat strijken. Let er wel goed op dat je de juiste stand gebruikt voor het textiel. De strijkijzer kun je aanpassen aan de behandelingsbehoefte van het kledingstuk.
Slide 22 - Slide
Strijkplank
De strijkplank kun je op hoogte aanpassen. Zo kun je ergonomisch te werk gaan en loop je geen rugklachten op.
Slide 23 - Slide
Ben voorzichtig!
Je bent met een heet voorwerp aan het werk. Let op voor verbranden van je hand!
Slide 24 - Slide
Vouwen
Slide 25 - Slide
Het etiket in de kledingstuk
Het etiket in een kledingstuk geeft aanwijzingen hoe je het kledingstuk moet strijken
De punten in het strijkijzer symbool geven de maximale temperatuur aan
Slide 26 - Slide
Symbolen
Slide 27 - Slide
Standen van de strijkijzer
Slide 28 - Slide
stoomstrijkijzer
Slide 29 - Slide
Instructie strijken
Slide 30 - Slide
Instructie vouwen
Slide 31 - Slide
Vouwen en opbergen
Wanneer je een blouse hebt gestreken kun je de blouse opvouwen. Als je de blouse op de manier van de volgende afbeeldingen opvouwt, komen er weinig kreukels in.