Hoe gaat het met je huiswerk en planning?

Huiswerk
1 / 12
next
Slide 1: Slide
MentorlesMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Huiswerk

Slide 1 - Slide

Wat was het nut van huiswerk?

Slide 2 - Open question

Morgen is de toets!

A
Ik heb uitgebreid gepland en ben supergoed voorbereid
B
Ik had misschien iets beter kunnen leren, maar die voldoende komt goed
C
Oef... was ik maar eerder begonnen ... nu maar hopen dat het goed komt
D
MORGEN EEN TOETS ?? WHAAAAAAA!!!!!

Slide 3 - Quiz

Waarom moet je je huiswerk plannen?
A
Het geeft rust in je hoofd
B
Het geeft overzicht wat je moet doen
C
Je komt niet voor verrassingen te staan
D
Alle antwoorden zijn juist

Slide 4 - Quiz

Huiswerk plannen: waarom ook alweer?
  • Je kan je huiswerk goed over de week verdelen over drukke en minder drukke dagen;
  •  Plannen levert je rust op in je hoofd;
  • Je hebt een goed overzicht van wat je moet doen;
  • Je houdt meer tijd over voor de leuke dingen.
  • Je komt niet voor verrassingen te staan.
  • Resultaten zullen vooruit gaan.

Slide 5 - Slide

Huiswerk plannen gaat mij goed af
A
Ja, vaak wel
B
Ja, soms
C
Nee, meestal niet
D
Nooit

Slide 6 - Quiz

Ik kijk en plan altijd twee weken vooruit
A
Altijd
B
Soms
C
Hooguit 1 week vooruit
D
Ik kijk niet verder dan een dag

Slide 7 - Quiz

Dit vind ik nog lastig met plannen

Slide 8 - Open question

Huiswerk plannen: hoe?
- Maak een lijst van wat je allemaal moet doen
- Zet erachter hoeveel tijd het kost (schatting)
- Noteer op welke tijden je NIET kunt leren
- Maak een planning met tijden.
- kijk steeds vooruit! (twee weken)
- Leerwerk: neem na 20 minuten pauze
- Leerwerk: zorg voor herhaling (over meerdere dagen)

Slide 9 - Slide

Huiswerk plannen: hoe?
Welke afkortingen kun je gebruiken voor:

- maken:
- leren:
- Hoofdstuk:
- Paragraaf: 
- opdracht: 

Slide 10 - Slide

Huiswerk plannen: hoe?
Welke afkortingen kun je gebruiken voor:
Bijvoorbeeld:
- maken: mkn / mk / m
- leren: lrn / lr. / l
- Hoofdstuk: H of Hfst
- Paragraaf: Par. 
- opdracht: opdr.

Slide 11 - Slide

Aan de slag!
Maak in je agenda een planning voor komende week.

Heb je alles af? Maak een planning om alvast te gaan leren.

Slide 12 - Slide