H5.3_Kosten

H5: Omzet, kosten en winst

1 / 15
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

H5: Omzet, kosten en winst

Slide 1 - Slide

Par 5.3: Kosten

Wat gaan we vandaag doen?

  • Lesdoelen par. 5.3;
  • Uitleg;
  • Huiswerk volgende les / Huiswerk par 5.2 bespreken;
  • Samenvatting/reflectie.

Slide 2 - Slide

Lesdoelen Paragraaf 5.3: 

Aan het einde van dit paragraaf ....

  • Kunnen jullie de verschillende kostensoorten van elkaar onderscheiden en berekenen;
  •  Kunnen jullie toelichten waar een daling of stijging van de winst van afhankelijk is;
  • Weten jullie hoe het nettoloon wordt berekend.
     
     
       
         
         
            Selecteer om teknippen, kopiëren ofte verwijderen
         
         
       
  •         6
           
  •        
  •        
             
               
                  Dit wordt getoondin de klassikale leswanneer je op'geef les' klikt.
               
             
           
  •        
           
             
               
                  Dit wordt getoondin de gedeelde les dieleerlingen zelfstandigkunnen doen.
               
             
           
  •        
             
               
                  Differentiëer
               
             
             
  •            
                 
                    Differentiëer
                 
                 
                 
  •              
                    Instellingen
                 
               
             
           

  •        
       
         
           
     
       
       
       
       
       
       
       
         
           
             
           
         
       
     
  •    
       
  •    
       
         
           
              Lesdoelen Paragraaf 5.3: 
           
         
       
  •    
       
         
            Aan het einde van dit paragraaf ....Kunnen jullie de verschillende kostensoorten van elkaar onderscheiden; Kunnen jullie toelichten waar een daling of stijging van de winst van afhankelijk is.
         
       
  •    
      
     
  •  
     
     
         
       
       
       
         
           
           
           
             
     
       
       
        Slide
     
     
           
           
           
         
       
     
           
  •        
  •        
       
       
         
         
       
     
         
  •      
  •      
       

Slide 3 - Slide

Uitleg...

Slide 4 - Slide

Kosten
Omzet
  • Inkoop
Brutowinst
  • Loonkosten
  • Afschrijvingskosten
  • Huisvestingskosten
  • Overige kosten
Resultaat / winst 

Slide 5 - Slide

Inkoop(kosten)
  • Handelsondernemingen:
Houden zich bezig met het kopen en verkopen van goederen zonder dat de goederen worden bewerkt. 
Inkoopwaarde is de prijs van de ingekochte goederen.
  • Industriele ondernemingen
Houden zich bezig met het kopen van grondstoffen en halffabrikaten. Hier maken zij nieuwe producten van. 
Inkoopwaarde is de prijs van de grondstoffen / halffabrikaten.

Slide 6 - Slide

Loonkosten
Het nettoloon krijgt het personeel betaald op hun bankrekening

Loonkosten werkgever = brutoloon + sociale lasten werkgever
OF
Loonkosten werkgever = nettoloon + WIG


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Arbeidsproductiviteit


Arbeidsproductiviteit: De gemiddelde productie per werkende per tijdseenheid

Stijging door: mechanisatie, scholing, betere werkomstandigheden, betere arbeidsverdeling

Als de arbeidsproductiviteit sneller stijgt dan de loonkosten per werknemer per uur dan --> dalen de loonkosten per product.

Slide 9 - Slide

Afschrijvingskosten


Is de waardedaling van vaste kapitaalgoederen (gebouwen, machines, transportmiddelen, winkelinrichting)

Door de afschrijving neemt de boekwaarde van de kapitaalgoederen af

Boekwaarde = aanschafwaarde minus alle afschrijvingen tot dat moment
Boekwaarde = de waarde van het kapitaalgoed op een bepaald moment

Slide 10 - Slide

Huisvestingskosten


Huren pand --> maandelijkse huurlasten

Kopen pand --> afschrijvingskosten + rente over de hypothecaire lening

Overige huisvestingskosten zijn: 
verlichtingskosten en verwarmingskosten

Slide 11 - Slide

Bedrijfskosten


Diensten van andere ondernemingen waar gebruik van wordt gemaakt. Denk aan:

Transportkosten, verzekeringskosten, accountantskosten enz.

Slide 12 - Slide

Overige kosten


Alle kosten die overblijven, zoals bijvoorbeeld:

Verkoopkosten: kosten om de verkoop te stimuleren (denk aan reclame, proefpakketjes uitdelen enzovoort)

Voorraadkosten: kosten door bederf, diefstal of het kapotvallen van producten. Ook kosten om voorraad op te slaan vallen hieronder.

Slide 13 - Slide

Huiswerk volgende les
Maken opdrachten par 5.3:

21, 22, 24, 25 en 29
timer
15:00

Slide 14 - Slide

Samenvatting
Zijn de lesdoelen behaald?

Slide 15 - Slide