Skills bloeddruk protocol

Skills: protocol bloeddrukmeten 
1 / 24
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Skills: protocol bloeddrukmeten 

Slide 1 - Slide

Voorbereiding 

Slide 2 - Slide

Hoe check je het patiënten dossier?

Slide 3 - Open question

Waarom is het belangrijk dat sieraden van handen en polsen verwijderd zijn?

Slide 4 - Open question

Zoek een foto van een situatie waarin je je handen moet wassen

Slide 5 - Open question

Waarom kan je het beste de materialen van links naar rechts neerleggen.
A
Het moet van rechts naar links
B
Dit hoeft helemaal niet
C
Zodat de patient het niet kan besmetten
D
Alles ligt dan op volgorde van de handeling

Slide 6 - Quiz

Voorbereiding 
1.  Checkt het elektronisch medisch dossier van de patiënt
2. Sieraden van handen en polsen zijn verwijderd, kapsel en
     kleding zijn correct
3. De handhygiëne is correct (wassen en/of desinfectie)
4. Legt de benodigde materialen klaar

Slide 7 - Slide

VOORLICHTING 

Slide 8 - Slide

Welke voorlichting geef je aan de patiënt over bloeddruk meten?

Slide 9 - Open question

Waarom vraag je toestemming aan de patiënt?
A
Je werkt patiënt vriendelijk
B
Je werkt volgens de Wet BIG
C
Je werkt volgens de WGBO wet
D
Je werkt volgens de hygiëne wet

Slide 10 - Quiz

VOORLICHTING 
1. Geeft de patiënt voorlichting volgens WGBO (doel, belangrijke
    complicaties, alternatieven etc.)

2. Heeft de patiënt om toestemming gevraagd

Slide 11 - Slide

UITVOERING

Slide 12 - Slide

Waarom moet de patiënt minimaal 5 minuten rusten?

Slide 13 - Open question

Waarom breng je de manchet 2,5 cm boven de elleboogsplooi aan?

Slide 14 - Open question

Moet het ventiel open of
gesloten zijn?
A
Open
B
Gesloten

Slide 15 - Quiz

UITVOERING
1. Laat de patiënt zo nodig sieraden afdoen
2. Laat de patiënt plaatsnemen na minimaal 5 minuten rusten.
     Laat de patiënt zonder gekruiste benen zitten. 
     De onderarm en handrug liggen ontspannen op tafel.
3. Brengt de manchet aan om de bovenarm (2,5 cm boven de
    elleboogplooi, ventiel dicht, slangen niet gedraaid en aan de
    zijkant)

Slide 16 - Slide

Als je de pols niet meer voelt bij 110 mmHg, tot hoe hoog pomp jij dan de band op?

Slide 17 - Open question

Hoe breng je de stethoscoop correct in de oren en hoe kan je dit controleren?

Slide 18 - Open question

UITVOERING
4. Pompt gelijk op tot 200 mm Hg óf voelt de pols en pompt de
     manchet op tot 30 mm Hg boven het punt waar de pols niet
     meer gevoeld wordt
5. Brengt de oordopjes van de stethoscoop correct in en
     plaatst de membraan boven de slagader
6. Laat de manchet leeglopen met 2 mm Hg per seconde

Slide 19 - Slide

UITVOERING
7. Leest de boven- en onderdruk af op 2 mm Hg nauwkeurig en
    laat de manchet helemaal leeglopen

8. Schrijft de boven- en onderdruk van de eerste meting
     meteen op. Rondt af op 5 mmHg

9. Verwijdert de manchet

Slide 20 - Slide

Je pompt de manchet op tot 140 mmHg.
Bij 114 mmHg hoor je de bloeddruk voor het eerst en bij 73 mmHg hoor je de bloeddruk niet meer.
Hoe noteer je de uitslag?

Slide 21 - Open question

Zet de stappen in de juiste volgorde
 Gooi eerst het vieze afval weg
Was/desinfecteer je handen
 Ruim de materialen op
 Maak de tafel, bekkens en dienblad schoon met alcohol 70%
 Was/desinfecteer je handen

Slide 22 - Drag question

NAZORG
1. Reinigt de oordopjes en de membraan en ruimt daarna de
    materialen op de juiste manier op
2. De handhygiëne is correct (wassen en/of desinfectie)
3. Noteert alle noodzakelijke gegevens in het elektronisch
     medisch dossier

Slide 23 - Slide

Hoe goed kan jij al volgens protocol bloeddrukmeten?
0100

Slide 24 - Poll