Het werkt

Biologie
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Telefoon
LessonUp: 
JA, op je telefoon
1 / 28
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Biologie
Benodigheden
- Schrift
- Pen, potlood
- Telefoon
LessonUp: 
JA, op je telefoon

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Wat heb je gedaan in de vakantie?

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

§8.1 - Het werkt
Je leert welke orgaanstelsels je hebt en hoe je spieren aan energie komen.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

De werking van je lichaam
Organen: delen van het lichaam met een bepaalde taak.

Organenstelsel: organen die samen- werken aan dezelfde taak.

Cellen: je organen zijn opgebouwd uit cellen

Romp: zitten de meeste organen | Middenrif: verdeelt in buikholte en borstholte.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

timer
1:00
Noem verschillende orgaanstelsels

Slide 6 - Mind map

This item has no instructions

Slide 7 - Slide

Je moet kennen: het verteringsstelsel, het ademhalingsstelsel, het bloedvatenstelsel, het zenuwstelsel en het uitscheidingsstelsel.
0

Slide 8 - Video

This item has no instructions

0

Slide 9 - Video

This item has no instructions

Wat is de taak van het ademhalingsstelsel?
timer
0:30

Slide 10 - Open question

This item has no instructions

Wat is de taak van het bloedvatenstelsel?
timer
0:30

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Hoe komt een spier aan glucose en zuurstof ?

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

samenwerken
Hoe komen spieren aan energie ?

Verbranding:
Glucose + zuurstof = 
energie + koolstofdioxide + water

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

0

Slide 14 - Video

This item has no instructions

Wat is de taak van het verteringsstelsel?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Energie in de spieren
Energierijke stoffen: voedings-stoffen met veel energie.
Glucose: belangrijkste energierijke stof.
Zuurstof: omzetten glucose --energie door verbranding.
Afvalstoffen: water en CO2.

Verbranding vindt plaats in je cellen. Het levert ook warmte op.

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Schrijf het reactieschema van de verbranding op.

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

Welke stoffen ontstaan er na een verbranding

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Verwerken van afvalstoffen
Afvalstoffen gaan weer in het bloed en die worden op 3 manieren verwijderd, dat noem je uitscheiden.

  1. je longen (adem)
  2. je nieren (plas)
  3. je huid (zweet)

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Dierlijke cel
Celmembraan
Cytoplasma
Celkern
Ribosomen
Transportkanalen
Mitochondriën

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

->
-->
koolstofdioxide

water
zuurstof

glucose
energie

Slide 21 - Drag question

This item has no instructions

Welke stoffen hebben we nodig om te kunnen bewegen?
A
zuurstof, glucose
B
water, glucose
C
water, zuurstof
D
zuurstof, water, glucose

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een orgaanstelsel?
A
alle organen die werken
B
alle organen die bezig zijn met leven
C
alle levende organen
D
alle organen die samenwerken aan 1 taak

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

In welke onderdelen van het lichaam vindt er verbranding plaats?
A
maag
B
cellen
C
lever
D
darmen

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Waar haal je je energie uit?
A
slapen
B
eten
C
rennen
D
drinken

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn je afvalproducten?
A
co2 en energie
B
water en warmte
C
co2 en warmte
D
water, co2 en warmte

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

0

Slide 27 - Video

This item has no instructions

0

Slide 28 - Video

This item has no instructions