4Havo

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Maatwerkuur 

Nederlands

4Havo

Waarom heb jij je ingeschreven voor dit maatwerkuur?

Planning

Jullie hebben je niet allemaal met dezelfde reden ingeschreven. 

Beginnen we zo met een onderdeel waar je je niet voor hebt ingeschreven: ga even lezen!

Spelling

Wat vind je lastig qua spelling?

Is er een onderdeel waar we op moeten focussen?

Hoe kan ik jou het beste helpen?

Welke manier van werken vind je prettig?

Deze info ga ik gebruiken voor de komende maatwerkuren..

create.kahoot.it

Spelling oefenen

• Ga naar: cambiumned.nl
• Kies een onderdeel: werkwoordspelling/gewone spelling
• Kies vervolgens een specifiek onderdeel om te oefenen

Leesvaardigheid

Wat vind je lastig qua lezen/leesvaardigheid?

Is er een onderdeel waar we op moeten focussen?

Hoe kan ik jou het beste helpen?

Welke manier van werken vind je prettig?

Deze info ga ik gebruiken voor de komende maatwerkuren..

Welk tekstdoel hoort bij deze tekst?

1. Informeren
2. Instrueren
3. Activeren
4. Amuseren

Welke tekstsoort zou dit zijn?

1. Uiteenzettende tekst
2. Informerende tekst
3. Betoog
4. Beschouwing

Je wilt weten of de tekst die je zojuist hebt gelezen betrouwbaar is. Je kan dan het beste...

1. Kritisch lezen
2. Oriënterend lezen
3. Zoekend lezen
4. Intensief lezen

Wat is het voornaamste doel van 'globaal lezen'?

1. De tekst helemaal begrijpen
2. Het onderwerp bepalen
3. Hoofdzaken uit de tekst halen
4. Een tekst beoordelen

'De wedstrijd tussen Ajax en Bayern Munchen belooft ontzettend spannend te worden'. Deze uitspraak is:

1. Waarderend
2. Feitelijk

Welke vier manieren zijn er om alinea's aan elkaar te verbinden?

'Mijn broer wil graag de nieuwste Audi kopen, hij zal dus flink moeten sparen' Welk verband wordt hier aangeduid?

1. Concluderend
2. Samenvattend
3. Tegenstellend
4. Opsommend

Wat is de functie van deze inleiding?

1. Aankondigen hoe tekst is opgebouwd
2. Belangstelling wekken
3. lezer welwillend stemmen
4. Hoofdgedachte introduceren

Hoe doet hij dit?

1. Vertelt een anekdote
2. Begint met een openingszin
3. Doet een constatering
4. Stelt een retorische vraag

Wat is een hoofdgedachte?

1. Zin die aangeeft wat belangrijkste gedachte van de tekst was
2. Hetzelfde als het onderwerp
3. Zin die laat zien wat het tekstdoel was
4. Hetzelfde als een deelonderwerp

Leesvaardigheid

We gaan een tekst lezen over het telefoonverbod.

Bedenk wat de voordelen en nadelen zijn van een telefoonverbod.

Schrijf deze samen op, we bespreken dit over 3 min.

Wat vinden jullie?