Oefentoets P10

• Bsp
• MBO
• Studiejaar 3

Oefentoets P10

18 januari 2024 

1. Welke van de volgende factoren is een erkende risicofactor voor het ontstaan van huidkanker?

1. Overmatig alcohol gebruik
2. Roken
3. Overmatig blootstelling aan zonlicht

2. Wat is metastase?

1. Uitzaaiing vanuit benigne gezwel
2. Uitzaaiing vanuit maligne gezwel

3. Welke middel wordt niet als behandeling gebruikt bij kwaadaardige groei van cellen

1. hormonen
2. immunotherapie
3. antidepressiva
4. cytostatica

4. Waarvoor wordt interferonen voorgeschreven?

1. lichaamsconditie te verbeteren
2. Afweer te stimuleren
3. bloedcel aanmaak te stimuleren

5. Bij welke soort kanker wordt anastrozol voorgeschreven?

1. prostaatkanker
2. Baarmoederhalskanker

6. Wat is vertigo?

1. Misselijkheid
2. Draaiduizeligheid

7. Welke gnm wordt voorgeschreven bij duizeligheid?

1. Levodopa
2. Sumatriptan
3. Flunarizine

8. Bij welke ziekte wordt memantine gebruikt?

1. Alzheimer
2. migraine
3. epilepsie

9. Van welke materiaal worden fytotherapeutische middelen gemaakt?

1. Dierlijke
2. planten
3. mineralen

10. Welke is stap 2 bij behandeling migraine

1. paracetamol
2. paracetamol + nsaid
3. triptanen
4. metoprolol

11. Bij absence (soort aanval) bij epilepsie ervaar je korte afwezigheid

1. waar
2. niet waar

12. Haloperidol geeft contra-indicatie met ziektebeeld parkinson

1. waar
2. niet waar

13. Wanneer kom je in aanmerking voor behandeling met geneesmiddelen bij epilepsie?

1. Bij meer dan 2 uitgelokte aanvallen
2. Bij meer dan 2 niet uitgelokte aanvallen

14. Wat is een intermitterende behandeling?

1. Behandeling met tussenpozen, zodat normale cellen zich kunnen herstellen
2. Behandeling die elk moment stopgezet kan worden

15. welke gnm wordt gebruikt bij dementie

1. diazepam
2. flutamide
3. Rivastigmine

16. Welk gnm valt onder groep alkylerende middelen (cytostatica)

1. Tamoxifen
2. Chloorambucil
3. Filgrastim

Doseringscontrole 

oefenopdracht K1

Doseringscontrole

Dosering: hoeveelheid gnm, veelal per dag, soms per week etc. (pe)

Dosis: hoeveelheid van het gnm dat per keer ingenomen dient te worden (pk)

Frequentie: hoe vaak per etmaal(24 uur) een gnm ingenomen dient te worden. (fr)

Factoren die van invloed zijn op de dosering:

• De indicatie of ziektebeeld.

 In de gnmwet is de arts verplicht de indicatie op het recept te zetten bij  23 gnm  

(oa methotrexaat, colchicine, zie lijst boek).

• De toedieningsvorm.
• De toedieningsweg.
• De patient; leeftijd, lichaamsgewicht, maar ook nierfunctie en leverfunctiestoornis.
• Wordt het geneesmiddel voor de eerste keer gebruikt, of niet en is het een onderhoudsdosering.

De aanvangs- of startdosering is soms hoog om snel een effect te krijgen, soms laag om het lichaam aan het geneesmiddel te laten wennen.

Het controleren van doseringen

Normdosering: de gebruikelijke dosering die vastgesteld is.

Maximale dosering: de dosis waarboven bij de meeste mensen min of meer ernstige bijwerkingen ontstaan.

Toxische dosering: de dosis waarbij  vergiftigingsverschijnselen ontstaan.

Letale dosering: een dodelijke dosering

De tabel voor doseringscontrole

Dosering is de hoeveelheid van een gnm, meestal per 24 uur. 

pk: per keer

fr: hoeveel momenten van de dag

pe: hoeveel per etmaal (24 uur)

vd: voorgeschreven dosering, wat staat er op het recept

nd: normdosering, wat staat er in het Informatorium         

let daarbij op indicatie en toedieningsvorm

Max: maximale dosering vermeld in Informatorium

 

Toedieningsvorm: MGA, MVA, Retard etc.

Plan van aanpak bij doseringscontrole

1. Schrijf het recept over op het formulier
   
2.  Schijf op de achterkant de juiste regel over de dosering uit het Informatorium over (evt moet je de indicatie vragen)
   
3. Vul de ND en evt. de Max in op de voorkant van het formulier
   
4. Vul de VD in a.d.h.v. het recept
   
5. Trek conclusies ; boven, binnen, onder norm en/of boven of onder max
   
6. Indien de VD niet volgens norm is en evt boven max; noteer je jouw conclusie op het formulier en overleg met ons (voorstel doen).

! Niet rekenen in de normdosering 

! Geen appels met peren vergelijken, dus dezelfde eenheden vergelijken. 

Voorbeeld om gezamenlijk uit te werken:

R/ Intraconazol caps. 100 mg  no 14  s. bdd1 Indicatie Pityriasis versicolor.              Zoekopdr. 1 vr 3