Oefenen hoofdstuk 6 leerjaar 2

Oefenen hoofdstuk 6 leerjaar 2
1 / 43
next
Slide 1: Slide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 2

This lesson contains 43 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Oefenen hoofdstuk 6 leerjaar 2

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

De overheid zorgde voor sociale zekerheid. Wat betekent dat?

Slide 2 - Open question

This item has no instructions

Verzorgingsstaat
AOW
Sociale zekerheid
Algemene Ouderdomswet
Het geheel van regelingen voor
mensen die minder goed voor zichzelf kunnen
zorgen.
Staat waarin de overheid zorgt
voor mensen die minder goed voor zichzelf
kunnen zorgen.

Slide 3 - Drag question

This item has no instructions

Waarom is de pensioenleeftijd tegenwoordig 67 jaar denk je?

Slide 4 - Open question

This item has no instructions

Zet de letters van de zinnen A - D over sociale zekerheid in Nederland in de goede volgorde. Begin met wat het eerste gebeurt. 
________ - ________ - ________ - ________ - E - F
A
B
C
D

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

Nederland werd een verzorgings-staat. Wat betekent dat?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Hoe wordt dat betaald - de verzorgingsstaat?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Welke ontwikkeling zie je terug in deze afbeelding?
A
individualisering
B
globalisering
C
ontkerkelijking
D
pluriforme samenleving

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Door de komst van andere levensbeschouwingen verloor de kerk invloed in de samenleving. Ook bezochten steeds minder mensen de kerk. Hoe noem je dat proces?

Slide 9 - Open question

This item has no instructions



Individualisering droeg bij aan het proces van ontkerkelijking.
A
juist
B
onjuist

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Oorzaak
Gevolg
Individualisering
Pluriforme samenleving
Ontkerkelijking
Globalisering
Diversiteit

Slide 11 - Drag question

This item has no instructions

Stel jij zou homoseksueel zijn in 1970 en 'betrapt' worden door de autoriteiten. Wat was destijds het gevolg denk je?
A
Je krijgt huisarrest.
B
Je moet naar een kostschool.
C
Je krijgt een geldboete.
D
Een gevangenisstraf van 4 jaar.

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

een samenleving met allerlei verschillende groepen mensen noemen we:

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Verzorgingsstaat
Participatiesamenleving
Je moet werk doen voor de gemeente als je geen baan kunt vinden. Een tegenprestatie voor je uitkering.
Mensen moeten zelf voor hun bejaarde ouders zorgen. Mantelzorg heet dat.
Het arbeidsbureau gaat een baan voor je proberen te zoeken zodat je weer aan de slag kunt als je werkloos bent.
Alle mensen met een bepaalde handicap krijgen een vast bedrag per maand om van rond te komen.

Slide 14 - Drag question

This item has no instructions

De overheid moest bezuinigen op de op de verzorgingsstaat en werd een participatiesamenleving? Wat wordt daarmee bedoeld?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions



Als mensen persoonlijke onafhankelijkheid belangrijker vinden dan onderdeel te zijn van een groep, noemen we dat ...
A
individualisering
B
participatiesamenleving

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Maak de zinnen in orde door telkens het juiste antwoord te kiezen dat op de plaats van de puntjes moet komen.

Door sociaal-culturele veranderingen vanaf de jaren 1960, zoals meer diversiteit, veranderde de westerse cultuur en er ontstond een ...
A
participatiesamenleving
B
pluriforme samenleving

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een burgeroorlog?

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Wat is genocide?

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

In welk land begon de Arabische Lente?
A
Libië
B
Marokko
C
Tunesië
D
Egypte

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Over welke gebeurtenis gaan deze beelden?
A
Aanslag op de Twin-Towers in New York
B
Vliegtuigongelukken in Tokio
C
Aanslag in Parijs op het hoofdkantoor van Charlie Hebdo
D
Vliegtuigcrashes in de Bijlmer, Amsterdam

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Waar gaat het conflict tussen de Joden (Israëliërs) en Palestijnen over?

Slide 22 - Open question

This item has no instructions

Nederland is voor immigranten een....
A
vertrekgebied
B
vestigingsgebied

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

mensen willen bij hun familie of gezin gaan wonen.

mensen verlaten hun land om een natuurramp, bijvoorbeeld een overstroming.  

mensen zijn op de vlucht voor oorlog of ze worden vervolgd. Daarom willen ze naar een veiliger gebied.

mensen hebben geen werk of leven in armoede. Ze verhuizen voor werk en een beter inkomen.

Slide 24 - Drag question

This item has no instructions

Wat is een voorbeeld van binnenlandse migratie?

Slide 25 - Open question

This item has no instructions

Wat is het verschil tussen een immigrant en emigrant?

Slide 26 - Open question

This item has no instructions

Welke 4 typen migranten zijn er?

Slide 27 - Open question

This item has no instructions

Waar of niet waar: meer dan 50% van alle internationale migranten zijn vluchteling
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Bij welk domein past gezinshereniging het beste?
A
Politiek
B
Economisch
C
Sociaal
D
Fysiek

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Koloniale migratie
Kettingmigratie
Gezinsmigratie
Veel migranten uit een zelfde land
Bewoners uit oude koloniën
Families die komen in het land waar ouder(s) werkt

Slide 30 - Drag question

This item has no instructions

Waarom leidt eenmaal gestarte migratie vaak tot méér migratie? Geef hiervan een voorbeeld

Slide 31 - Open question

This item has no instructions

Wat is een reden om te migreren?
A
Economische reden
B
Sociale reden
C
Natuurlijk/ecologische reden
D
Geen van de antwoorden

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een risico van het vluchten naar Europa?

Slide 33 - Open question

This item has no instructions

Wat is een visum?

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Waarom wonen er in Nederland koloniale migranten?

Slide 35 - Open question

This item has no instructions

Wat is gezinsmigratie?

Slide 36 - Open question

This item has no instructions

Waarom gaat een persoon migreren?

Slide 37 - Open question

Denk aan de 3 redenen...
Wat is een bestemmingsland?
A
Land waar migranten niet welkom zijn
B
Land waar migranten vandaan komen
C
Land waar migranten naartoe reizen
D
Land waar geen migratie voorkomt

Slide 38 - Quiz

This item has no instructions

Noem een voordeel van migratie voor herkomstlanden.

Slide 39 - Open question

This item has no instructions

Wat is de braindrain?
A
Kennis gaat naar herkomstlanden
B
Kennis verlaat herkomstlanden
C
Kennis blijft in herkomstlanden
D
Er is geen kennis in herkomstlanden

Slide 40 - Quiz

This item has no instructions

Intergratie
Intergratiebeleid
Assimilatie
Multi-
etnische 
samenleving
Regels/afspraken om intergratie te verbeteren
Gewoon worden met cultuur
Meerdere culturen in 1 land
Cultuur overnemen van migratieland

Slide 41 - Drag question

This item has no instructions

Waarom sturen migranten geld naar de thuisblijvers?

Slide 42 - Open question

This item has no instructions

Klaar
1. Meer oefenen Lessonup 6.1-6.2 & 6.3-6.4
2. Online Plein M oefentoets maken
3. Ga begrippen 

Slide 43 - Slide

This item has no instructions