Nabespreken voorlichtingsplan

Nabespreken voorlichtingsplan
1 / 18
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 3

This lesson contains 18 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Nabespreken voorlichtingsplan

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Lees de casus: opdracht KB 6.1

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Belangrijk is haar ontwikkelingsleeftijd

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Link

This item has no instructions

Slide 5 - Link

This item has no instructions

Wat vinden je van deze doelen?
Kennis: 
  • De zorgvrager kan binnen 3 weken aangeven waarom het belangrijk is de keelamandelen te verwijderen en aangeven dat ze last heeft van keelontsteking.
  • Nadia kan binnen 3 weken aangeven dat het noodzakelijk is om de keelamandelen te verwijderen                




Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Voorlichtingsdoelen kennis
Kennisdoel: Nadia kan binnen 2 weken na de voorlichting benoemen waarom het noodzakelijk is om haar keelamandelen te laten verwijderen.


Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Wat vinden je van deze doelen?

Houding: 
  • De zorgvrager kan binnen 3 weken aangeven dat ze weet wat er gaat gebeuren en dat ze positief voorbereid is op de operatie en nazorg.
  • Nadia kan binnen 3 weken aangeven dat ze de operatie begrijpt en dat ze het accepteert. Ze kan benoemen waarom het noodzakelijk is om haar keelamandelen te laten verwijderen. Ze toont positieve emoties en wil samenwerken. Ze kan de basisprincipes van de operatie uitleggen en ze begrijpt waarom het nodig is.




Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Voorlichtingsdoelen houding

Houdingsdoel: Nadia accepteert dat ze geopereerd moet worden en laat dit zien doordat ze openstaat voor uitleg over de operatie en zij stelt vragen hierover. (gemotiveerd, positief)


Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Wat vinden je van deze doelen?


Gedrag: 
  • De zorgvrager kan binnen 3 weken aangeven dat ze begrijpt en kan herhalen wat er gaat gebeuren en welk gedrag van haar verwacht wordt.

  • Nadia kan actief deelnemen aan de voorbereiding, 3 weken voor de operatie. Ze kan vragen stellen en haar zorgen uiten op een rustige manier en dat laten zien dat ze de instructies begrijpt en opvolgt.



Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Voorlichtingsdoelen gedrag

Gedragsdoel: Nadia vertoont de komende 2 weken geen tekenen van grote spanningsopbouw, overprikkeling, boosheid en angst. Ze kan haar zorgen uiten op een kalme manier.

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Voorlichtingsplan uitschrijven
Verschillen nabespreken

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Slide 13 - Video

This item has no instructions

METHODISCHE VOORLICHTING: ZES STAPPEN OM TOT GEDRAGSVERANDERING TE KOMEN

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Slide 15 - Link

This item has no instructions

Laaggeletterdheid
Laaggeletterden hebben vaak beperkte gezondheidsvaardigheden. Zij hebben moeite met lezen, schrijven en rekenen.

 
In Nederland is 10% van de beroepsbevolking laaggeletterd (driekwart van hen is autochtoon).
 Ruim 25% van de bevolking heeft (zeer) beperkte gezondheidsvaardigheden.

Laaggeletterden zijn vaker chronisch ziek, hebben vaker een ongezonde leefstijl, maken meer gebruik van de zorg en minder van preventieve voorzieningen. Zij leven korter en ook de kwaliteit van leven in de laatste jaren is minder.
2021

Slide 16 - Slide

https://www.tvpo.nl/visueel-voorlichtingsmateriaal-voor-laaggeletterden/

https://esb.nu/groot-verschil-in-laaggeletterdheid-per-gemeente/

Laaggeletterden kijken anders naar afbeeldingen dan hooggeletterden. Dat heeft te maken met abstractievermogen, met ruimtelijk inzicht en soms met de culturele achtergrond.

Slide 17 - Link

This item has no instructions

Tips voor effectieve communicatie met laaggeletterden
Stel de patiënt op zijn gemak met een open en welkome houding.

Kies dezelfde woorden die de patiënt gebruikt voor zijn klachten; gebruik verder eenvoudige, alledaagse woorden.

Praat langzaam en gebruik korte zinnen; wees zo concreet mogelijk.

Doseer informatie; herhaal de kernpunten.

Gebruik pictogrammen.

Voorleesfunctie bij teksten.

Ga na of de patiënt de informatie begrepen heeft, bijvoorbeeld door te vragen: ‘Wat gaat u nu thuis vertellen?’

Slide 18 - Slide

This item has no instructions