Toepassen in toetsvorm

Voorstelling - Vormgeving
Laat zien dat je inzicht hebt in de begrippen en vaardigheden en ze kan toepassen in toetsvorm. Let op, dit is geen toets!



Maak
2, 4, 5, 6, 8
19, 20, 21, 23
27, 28, 29
Kijk na
en 
verbeter
Lever in

1 / 16
next
Slide 1: Slide
KunstMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4

This lesson contains 16 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

Voorstelling - Vormgeving
Laat zien dat je inzicht hebt in de begrippen en vaardigheden en ze kan toepassen in toetsvorm. Let op, dit is geen toets!



Maak
2, 4, 5, 6, 8
19, 20, 21, 23
27, 28, 29
Kijk na
en 
verbeter
Lever in

Slide 1 - Slide

2 -- 2p
voorbeelden van juiste kenmerken: 
 De verf zit op de huid van de modellen. 
 De met verf bedekte modellen worden over het doek getrokken. 
 De toets van het 'penseel' is zichtbaar in het kunstwerk. 
 Het model brengt de verf over op het papier. 

Slide 2 - Slide

4 -- 1p
Er is sprake van een diagonale compositie / een schuine ordening. 

Slide 3 - Slide

5 -- 1p
voorbeelden van een juist antwoord:
 details ontbreken.
 Het (vrouwen)lichaam is niet meer herkenbaar.
 De afdrukken zijn monochroom / eenkleurig. 

Slide 4 - Slide

6 -- 1p
afbeelding 5
Het model wordt over het doek gesleept.

afbeelding 6
Het model is als stempel gebruikt. 

Slide 5 - Slide

8 -- 3p
 Er ontstaat een relatie tussen de vorm (opdruk) en het lichaam van het model. 
 De opdruk komt (weer) in beweging bij het dragen. 
 De lichamen van de modellen (in semi-transparante stoffen) worden bedekt door de opdrukken. 
 De modellen van Klein worden als het ware weer tot leven gewekt. 

Slide 6 - Slide

19 -- 3p
 de geheven hand met vlag 
 de geheven geweren / pistolen / zwaarden / sabels 
 strijdende houdingen / gezichtsuitdrukkingen 
 de rookwalmen / kruitdampen 
 de overleden mensen / lichamen 
 de kapotte / gescheurde kleren 
 de stenen / barricades 

Slide 7 - Slide

20 -- 2p

Slide 8 - Slide

21 -- 3p

Slide 9 - Slide

23 -- 2p
 Het lijken uitgeknipte vormen.
 Het lijken bij elkaar geplaatste, losse vormen.
 Er zijn heel duidelijke contouren zichtbaar.
 De verhoudingen lijken niet overal te kloppen (ten opzichte van elkaar).
 Er is veel overlap. 

Slide 10 - Slide

27 -- 1p
A

Slide 11 - Slide

28 -- 2p
 transparantie 
 blauwe kleur 
 rafelige randen 
 organische / ronde vormen 

Slide 12 - Slide

29 -- 3p
 stevigheid, om te kunnen verwerken, om te kunnen dragen als schoen
 kleur: de intensiteit / de bestendigheid
 dichtheid / transparantie
 flexibiliteit, (Buigt het zonder te breken of scheuren?)
 rekbaarheid, (Wanneer scheurt of breekt het?) 

Slide 13 - Slide

Voorstelling - Vormgeving
Welke begrippen en vaardigheden kan jij al toepassen in toetsvorm?



Hoeveel punten?
Totaal 24
Lever in

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide