This lesson contains 56 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Herzlich willkommen!
HERZLICH WILLKOMMEN
Slide 1 - Slide
Lernziel:
Je weet hoe het Sinterklaasfeest in andere landen gevierd wordt.
Slide 2 - Slide
Sinterklaas / Nikolaus
Slide 3 - Slide
Wat weet jij van het Sinterklaasfeest in andere landen?
Slide 4 - Slide
Deutschland, Österreich, die Schweiz
Slide 5 - Slide
Knecht Ruprecht
In grote delen van het Duitstalige gebied is Knecht Ruprecht de hulp van Sinterklaas. Ook Ruprecht is een angstaanjagende , donkere figuur met een lange grijze baard en gestoken in een lange bruine of zwarte jas, zijn hoofd vaak diep verborgen in de grote capuchon. In tegenstelling tot de Nederlandse Zwarte Piet verschijnt Knecht Ruprecht twee keer in december: op 6 december bezoekt hij samen met Sinterklaas de huizen.
Slide 6 - Slide
De Krampus
De meest imponerende verschijning van de knecht van Sint Nicolaas is zonder twijfel de Krampus. Deze duivel trekt op vijf en zes december samen met Sint Nicolaas langs de huizen, met name in Oostenrijk. De Krampus heeft dezelfde taak als Zwarte Piet: het straffen van stoute kinderen en het belonen van de goede, door het uitdelen van cadeautjes.
Slide 7 - Slide
Wie zijn Krampus en Ruprecht?
Slide 8 - Open question
Wie sehen Ruprecht und Krampus aus?
Aussehen Ruprecht & Krampus
Slide 9 - Mind map
Wanneer gaat Krampus met Sint Nicolaas langs de huizen?
A
4 en 5 december
B
5 december
C
6 december
D
5 en 6 december
Slide 10 - Quiz
Krampus heeft dezelfde taak als zwarte Piet
A
richtig
B
falsch
Slide 11 - Quiz
Slide 12 - Video
Jullie gaan zo luisteren naar een bekend Sinterklaasliedje. Let goed op! Je krijgt er een paar vragen over.
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Video
Wat betekent: "Lasst uns froh und munter sein"?
A
Laten we vrolijk en opgewekt zijn.
B
Laten we stout en vervelend zijn.
C
Laten we gezellig en druk zijn.
Slide 15 - Quiz
Hoe heet "pakjesavond" in het Duits?
A
Geschenkabend
B
Nikolausabend
C
Nikolausnacht
Slide 16 - Quiz
Wat is een "Teller"?
A
een telraam
B
een schoen
C
een bord
Slide 17 - Quiz
Wat weet je nog over de verschillende tradities?
Slide 18 - Slide
Sinterklaas wordt in Duitsland gevierd op:
A
4 december
B
5 december
C
6 december
D
7 december
Slide 19 - Quiz
In grote delen van Duitsland heet het hulpje van Sinterklaas:
A
schwarze Piet
B
Samichlaus
C
Schmutzli
D
der Knecht Ruprecht
Slide 20 - Quiz
Een "Weckmann" is een:
A
broodje met krenten en rozijnen.
B
broodje met room.
C
broodje met chocolade.
Slide 21 - Quiz
Hoeveel Duitse Sinterklaas woorden ken jij?
Slide 22 - Mind map
der Teller
Schokolade
Mandarinen
der Nikolaus
der Sack
die Rute
das Geschenk
der Dezember
Slide 23 - Drag question
Tschüss!
Slide 24 - Slide
Hausaufgaben:
Mache Paragraph F
Lerne Grammatik E und Wörterliste F (Slim Stampen)
Hoe leren? (zie tips)
Slide 25 - Slide
Tips: Hoe leren?
--> Zet de woorden in een Quizlet/WRTS-lijst OF Flitskaartjes OF schrijf de woorden minstens 5x op.
--> Haal woorden uit de Redemittel.
--> Laat je daarna overhoren. Woorden en zinnen die je niet kent, schrijf je minstens nog 3x op, altijd D-NL of NL-D (Hoe je dat moet leren).
Slide 26 - Slide
Herzlich willkommen!
HERZLICH WILLKOMMEN
Slide 27 - Slide
Lernziel:
Je weet hoe het Sinterklaasfeest in andere landen gevierd wordt.
Je kunt vragen over een verjaardag in Duitsland beantwoorden.
Slide 28 - Slide
Wie werden bei dir zu Hause Geburtstage gefeiert?
Geburtstag feiern
Slide 29 - Mind map
Daria (15) aus Polen schrieb:
Slide 30 - Slide
Ulrike (14) aus Dresden:
Slide 31 - Slide
Slide 32 - Slide
Daria denkt dat Anna en haar vader op dezelfde dag jarig zijn omdat......
Slide 33 - Open question
In Nederland is er volgens Daria op een verjaardag vooral ....... en .......te eten.
Slide 34 - Open question
In Duitsland mogen de gasten volgens Tobias meerder stukken ....... eten.
Slide 35 - Open question
Volgens Tobia brengt het ..... als je je verjaardag eerder viert dan de echte datum.
Slide 36 - Open question
Volgens Ulrike vieren Nederlanders hun verjaardag meestal wel op de dag zelf.
A
richtig
B
falsch
Slide 37 - Quiz
Ich kan dir erklären wie die Niederländer einen
Geburtstag feiern.
A
F: verjaardag
B
A: vrije dag
Slide 38 - Quiz
Verbinde die Buchstaben. Am Ende entsteht ein Wort.
Slide 39 - Slide
Zum Geburtstag bekomme ich Geschenke.
A
E: cadeautjes
B
R: gedichten
Slide 40 - Quiz
Alle gratulieren mir zu meinem Geburtstag.
A
S: omarmen
B
L: feliciteren
Slide 41 - Quiz
Wir quatschen ein bisschen miteinander.
A
F: roddelen
B
E: kletzen
Slide 42 - Quiz
Wir haben Twister gespielt, das war witzig.
A
R: grappig
B
N:wit
Slide 43 - Quiz
Was ist Lösungswort und was bedeutet das Wort?
Slide 44 - Open question
Wann hast du Geburtstag?
Wann hast du Geburtstag?
Ich habe am 10./ zehnten August Geburtstag
Ich habe imApril Geburtstag.
Slide 45 - Slide
Slide 46 - Video
Wann hast du Geburtstag? (Datum und Monat)
Slide 47 - Mind map
Lies den Text und beantworte die Fragen auf Niederländisch.
Slide 48 - Slide
Slide 49 - Slide
Was wurde gefeiert?
Slide 50 - Open question
Wann war die Party?
Slide 51 - Open question
Wo war die Party?
Slide 52 - Open question
Was gab es zu essen? (3x)
Slide 53 - Open question
Slide 54 - Video
Vreemde Talendomein
Schrijf je in tijdens het Daltonuur op MA, DI en DO in lokaal 112!
Tijdens het uur werk je alleen aan Engels, Frans of Duits.
Je krijgt hier tips over hoe je een taal het beste kunt leren en oefenen.
Je kunt voor Duits in Google Classroom veel materiaal vinden om extra te oefenen met leesvaardigheid, spreekvaardigheid etc.
Let op: word je verplicht door jouw taaldocent naar het Talendomein gestuurd? Dan krijg je ook een stempelkaart om te laten zien dat je hard gewerkt hebt in dat uur!