Engels Chapter 1 Holiday Times
BK
A1 I can use words, grammar and sentences that I have already learned.
A1 I am going to do the quizzes.
A1 I can prepare for watching a video.
A1 Ik kan woorden, grammatica en zinnen gebruiken die ik al heb geleerd.
A1 Ik ga de quizzen maken.
A1 Ik kan me voorbereiden op het bekijken van een video.
TL
A1 I can correctly use words, grammar and sentences that I learned during my first year.
A1 I am going to do the quizzes.
A1/A2 I can pick up information in short recordings about predictable, everyday matters.
A1 Ik kan woorden, grammatica en zinnen die ik in mijn eerste jaar heb geleerd correct gebruiken.
A1 Ik ga de quizzen maken.
A1/A2 Ik kan in korte opnamen informatie oppikken over voorspelbare, alledaagse zaken.