5.1 Planten bekijken (les 2)

Thomas
Sanne
Aya
Levi
Joy
Jolinde
Laurie
Wiegert
Ruben
David
Kawthar
Noelle
Kyra
Inge
Saar
Jari
Sander
Jord
Yoeri
Gerrit
Jethro
                        bord
             docent
1 / 11
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Thomas
Sanne
Aya
Levi
Joy
Jolinde
Laurie
Wiegert
Ruben
David
Kawthar
Noelle
Kyra
Inge
Saar
Jari
Sander
Jord
Yoeri
Gerrit
Jethro
                        bord
             docent

Slide 1 - Slide

Les 2 

Slide 2 - Slide

Leerdoelen 5.1
  • Je kunt de 4 organen van een plant benoemen en aanwijzen in een plaatje.
  • Je kunt de functies/taken van de organen van een plant uitleggen.
  • Je kunt de delen van een plantencel benoemen en aanwijzen in een plaatje.
  • Je kunt de functies/taken van de delen van een plantencel noemen.
  • Je kunt uitleggen hoe planten rechtop blijven staan en daarbij het verschil tussen houtachtige en kruidachtige planten uitleggen. 
  • Je kunt beschrijven hoe vervoer van water in de plant gaat.


Slide 3 - Slide

Welke 4 organen heeft een plant?

Slide 4 - Open question

Even oefenen! Welke functie hoort bij welk orgaan? 
1. Dit orgaan is voor de voortplanting. Hier ontstaan zaden, waaruit nieuwe planten groeien.
2. Water met mineralen opzuigen en vastzetten in de grond
3. Hierin lopen de nerven die zorgen voor vervoer van water en stoffen. Tussen de nerven zit bladmoes, daar maakt de plant zijn eigen voedingsstoffen.
4. Dit houdt de plant overeind. Hierin lopen dunne 'buisjes' die water en stoffen naar de bladeren en bloemen vervoeren.

Slide 5 - Drag question

Wat is de functie van de vacuole?
A
hierin zit het DNA van de plant
B
stroperige vloeistof waarin onderdelen van de cel liggen
C
blaasje in de cel dat gevuld is met water
D
zorgt ervoor dat alle onderdelen in de cel blijven

Slide 6 - Quiz

 Leerdoel: Je kent de onderdelen van een plantencel met hun functie
Regelt alles wat er gebeurt in de cel
hierdoor is de cel stevig
Regelt welke stof de cel in en uit gaan
zorgt voor een stevige laag om de cel heen
Stroperige vloeistof, hierin liggen de celkern en de bladgroenkorrels
Geeft de plant zijn groene kleur en maken voedingsstoffen 
celmembraan
cytoplasma
Vacuole
celwand
bladgroenkorrels
celkern

Slide 7 - Drag question

Vervoer van water
Plant neemt water en voedings- stoffen op met de wortelharen.

Via vaatbundels in de stengels en nerven wordt water en voedings-stoffen naar alle organen van de plant vervoert.

Slide 8 - Slide

Huidmondjes
Water verdampt uit de plant via de huidmondjes
Warm en droog? -> huidmondjes dicht

Slide 9 - Slide

Kruidachtige planten hebben water nodig voor de stevigheid. Ze blijven rechtop staan door het water dat in de vacuolen van de cel zit. 
Houtachtige planten hebben houtcellen voor hun stevigheid. Ze blijven rechtop staan door dikke celwanden van houtstof. 
bloemen
struiken en bomen

Slide 10 - Slide

Maken
Eerste 8 minuten in stilte
Zelf bestuderen/doorlezen: 5.1
Maken: opdracht 11 t/m 19

Klaar? Nakijken -> Antwoorden staan op itslearning, daarna maken samenvatting of testjezelf 

timer
8:00

Slide 11 - Slide