les 4

bijvoeglijk naamwoord
1 / 14
next
Slide 1: Slide
TaalBasisschoolGroep 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slide.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

bijvoeglijk naamwoord

Slide 1 - Slide

Wat is het zelfstandig naamwoord?
de gele muren
A
de
B
gele
C
muren

Slide 2 - Quiz

wat is het lidwoord?

de gele muren
A
de
B
gele
C
muren

Slide 3 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

de gele muren
A
de
B
gele
C
muren

Slide 4 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

de rode deur.
A
de
B
rode
C
deur

Slide 5 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

de nieuwe kamer.
A
de
B
nieuwe
C
kamer

Slide 6 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

de verse verf
A
de
B
verse
C
verf

Slide 7 - Quiz

Wat is het zelfstandig naamwoord?

Het oude bed.
A
het
B
oude
C
bed

Slide 8 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

het oude bed.
A
het
B
bed
C
oude

Slide 9 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Ik zie een grote stoel?
A
ik
B
zie
C
grote
D
stoel

Slide 10 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

Het meubilair heeft felle kleuren.
A
het meubilair
B
heeft
C
felle
D
kleuren

Slide 11 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?

ik vind dit een mooie kamer.
A
ik
B
vind
C
mooie
D
kamer

Slide 12 - Quiz

Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
het warme eten.

Slide 13 - Open question

bijvoeglijk naamwoord.
de lieve jongen

Slide 14 - Open question