leefstijl leerjaar 1 thema 3

• Burgerschapsonderwijs
• Praktijkonderwijs
• Leerjaar 1

thema 3

sterk door gevoelens

les 1

Over fijne en nare dingen

In deze les:

- maken we kennis met onderlinge verschillen als het gaat om gevoelens

- hebben we het over onderscheid maken tussen prettige en onprettige gevoelens

- gaan we voelen dat onze houding en motoriek bepaalde gevoelens kunnen oproepen.

Verschillende gevoelens

prettige en onprettige gevoelens

Mensen voelen de hele dag door verschillende gevoelens. Dat kan het ene moment anders zijn dan het andere. Dat is lastig. Maar ook een interessante ontdekkingsreis.

fijne gevoelens

In welke situaties kunnen deze gevoelens voorkomen?

nare gevoelens

In welke situaties kunnen deze gevoelens voorkomen?

Oefening

4 muziekfragmenten

Welke gevoelens roepen de muziekfragmenten op?

Laten beschrijven of laten aangeven met kleur.

Na de fragmenten bespreken.

Hoe komt het dat we niet allemaal dezelfde gevoelens hebben bij de fragmenten?

Leerlingen kunnen ook bewegen!!!

oefening

gaan als............

Beweeg door de ruimte als iemand die......

- moe is

- die boos is

- die verliefd is

- die bang is

- die heel veel zelfvertrouwen heeft

- die heel bang is

- die heel verlegen is

- die heel zenuwachtig is

- die heel verdrietig is

- die zich heel sterk voelt

Hoe was deze oefening?

Welke manier was leuk?

Wat voelde onprettig?

Welke manier past bij jou?

oefening

werkblad

Welke dingen geven een prettig gevoel en welke niet?

Denk daar goed over na.

Lees de zinnen en plak ze  of schijf ze op de juiste plaats in je werkboekje

nabespreking

-Was de opdracht lastig om te maken?

-Is het lastig om met anderen over je  gevoelens te praten?

-Is het raar als jij in een bepaalde situatie andere gevoelens hebt dan iemand anders?

Wat heb je deze les geleerd?

les 2

Met gevoel spelen

in deze les

- besteden we aandacht aan het kennen van woorden om een gevoel uit te drukken

- leren we onderscheid maken tussen verschillende basisgevoelens

vorige les

- gevoelens benoemd  --> welke?
- gevoelens gekoppeld aan muziek
- gevoelens gekoppeld aan bewegen

deze les

We gaan verschillende soorten gevoelens bespreken

oefening: gevoelspuzzel

Woordzoeker werkboek blz. 21

Kennen we alle woorden?

nabespreking

- Welke woorden gebruik je vaak?

- Ken je nog meer gevoelswoorden?

oefening: basis gevoelens

maken oefening werkboek blz. 17 t/m 24

nabespreking:

samen nakijken

Heb je nu een goed overzicht in de wirwar aan gevoelens?

afsluiting van de les

Welke opdracht vond je het leukst om te doen?

Welke was het moeilijkst?

Welk gevoel zou je iedere dag willen hebben?

les 3

mijn gebruiksaanwijzing

g

In deze les

- Gaan we ervaren hoe mensen op elkaar reageren als ze gevoelens uiten.

- Leren we verwoorden hoe een ander rekening met me kan houden.

- Doen we inspiratie op om op meerdere manieren gevoelens te uiten.

vorige lessen

We hebben gevoelens benoemt en ermee geoefend.

deze les

Eigen gebruiksaanwijzing maken  ––>

Hoe kunnen we elkaar nog beter begrijpen?

Hoe kunnen we met elkaar rekening houden?

oefening 1: stellingen over omgaan met gevoelens

We gaan nadenken.......Hoe ga je om met gevoelens?

Ben je het eens of oneens met de volgende stellingen?

Lees samen met de leerlingen de stellingen op de volgende dia's.

Laat ze beantwoorden met eens of oneens.

Bespreek waarom ze deze mening hebben en geef ze ruimte om reacties te geven.

Ik merk altijd gelijk als iemand verdrietig is.

Ik weet wat ik moet doen als iemand verdrietig is.

Ik heb bijna nooit ruzie.

Ik praat een ruzie gemakkelijk uit.

Ik weet hoe ik moet afkoelen als ik boos ben.

Ik kan een ruzie gemakkelijk loslaten.

Ik deel mijn verdriet gemakkelijk met anderen.

Ik houd liever mijn verdriet verborgen.

Ik zou de gevoelens van anderen beter willen begrijpen.

Ik heb meestal wel door hoe een ander zich voelt.

oefening 2: gebruiksaanwijzing

Hoe kunnen anderen rekening met je houden?

Vul de zinnen aan in de werkboek op blz. 23

nabespreking:

- leerlingen verdelen in tweetallen. Ze vertellen aan elkaar wat ze op hebben geschreven.

- daarna terugkoppeling aan de klas.

tweetallen elkaars gebruiksaanwijzing laten presenteren.

nabespreking van de les

-  Wat valt er op aan onze gebruiksaanwijzingen?

- Heb je iets gehoord wat je niet wist?

- Heeft deze oefening je geholpen om rekening te houden met een ander?

- Welke overeenkomsten zien we?