2.1 Waarom werk je?/ 2.2 Werken en de overheid

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

Economische Dimensie

-Aanwezigheid 

-Opdrachten inleveren/maken

Kritische denkvaardigheden

Waarom werk je?

Aan het einde van deze les:

• kun je uitleggen wat arbeid is en wat basisbehoeften zijn;
  
• kun je verschillende redenen noemen waarom mensen werken;
  
• ben je bewust van het nut van je eigen werk;
  
• heb je inzicht in je primaire en secundaire behoeften en de kosten hiervan.

Het belangrijkste van werk is voor jou..

1. dat ik er geld mee verdien
2. dat ik het leuk vind om te doen
3. dat ik met mensen in contact kom
4. Dat ik ervan leer/me nuttig voel

Slapend rijk worden zou ideaal zijn

1. Eens
2. Oneens

Het belangrijkste van werk is voor jou..

1. dat ik er geld mee verdien
2. dat ik het leuk vind om te doen
3. dat ik met mensen in contact kom
4. Dat ik ervan leer/me nuttig voel

Werken geeft status

1. Eens
2. Oneens

Ik vind mijn werk...

1. vervelend, ik ga omdat het moet
2. wel oke, k heb wel ergere baantjes gehad of gezien
3. wel leuk, ik vind het niet erg
4. super! Het past helemaal bij mij

In welke sector werk je?

1. Winkel/bezorgen
2. Dienstverlening/zorg
3. Horeca
4. ergens anders/ ik werk niet

Hoeveel werk je?

1. Ik heb geen (bij)baan
2. Ik werk 1 tot 8 uur per week
3. Ik werk 8 tot 16 uur per week
4. Ik werk meer dan 16 uur per week

ANDERE JONGEREN IN NEDERLAND

www.rtlnieuws.nl

Wat vind jij?

• Snap je de mening van Giovanni?
• Wat is het nadeel voor de samenleving?
• Wat is het nadeel voor Giovanni? 

Waarom werken we?

Behoeften

• Werk is leuk en belangrijk, maar het zorgt er ook voor dat je geld verdient.
  
  
• 
  Dit geld gebruik je om te voorzien in jouw behoeften: primaire behoeften (basisbehoeften) en secundaire behoeften. 
  
  
• Basisbehoeften zijn de behoeften van een mens aan voedsel, woonruimte, kleding, veiligheid en gezondheidszorg.

Wat is de waarde van je outfit?

Hoe lang moet je hiervoor werken?

Werkboek

• Arceer de belangrijkste delen in de tekst
• Opdracht 1 (alleen eerste drie bolletjes)
• Opdracht 3 (Maak een top 5)

Werken en de overheid

Leerdoelen

• kun je uitleggen wat een verzorgingsstaat inhoudt en wat sociale zekerheid is;
  
• kun je beschrijven hoe de overheid ondernemers stimuleert;
  
• kun je beschrijven hoe de overheid werknemers beschermt;
  
• ken je twee wetten die sociale zekerheid regelen; je kunt uitleggen hoe deze werken;
  
• kun je een loonstrook lezen en begrijp je op welke onderdelen daarvan de overheid invloed heeft.

WAAR KOM JE DE OVERHEID TEGEN?

• Vergunningen aanvragen
  
• Aan de regels houden voor bijvoorbeeld:
  
• Openingstijden (horeca)
• (brand)veiligheid
  
• Voedselveiligheid
  
• Arbo regels
• Uitbetaling volgens CAO
  
• Belastingen en premies betalen 

Werken en de overheid

Als werknemer heb je in Nederland veel te maken met de overheid. Dit zie je terug in bijvoorbeeld:

• regels
  
• wetten
  
• kwaliteits-eisen
  
• belastingen en premies (sociale zekerheid).

Wie verzorgt wie in een verzorgingsstaat

Op welke manier: financieel, eonomisch, medisch, arbeidsmarkt?

Sociale Zekerheid

• Sociale zekerheid zijn de wettelijke maatregelen die zorgen voor financiële zekerheid van mensen ten tijde van:
  
• pensioen;
  
• ziekte;
  
• arbeidsongeschiktheid;
  
• overlijden van naasten;
  
• werkloosheid.

Verzekeringen en voorzieningen

Weet jij dit?

• Wat is het verschil tussen premie en belasting?

Werkboek

Samen: Opdracht 10

ganaar.link/dm443

Huiswerk: arceer de belangrijkste delen van de tekst en maak opdracht 7 en 10