This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
hst 6.3 "katrollen en takels"
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Je kunt het verschil tussen vaste en losse katrollen beschrijven.
Je kunt uitleggen hoe de kracht bij een takel verminderd kan worden.
Je kunt voor een takel het verband uitleggen tussen het aantal touwen waaraan een voorwerp hangt, de grootte van de hijskracht en de grootte van de hijsafstand.
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Video
De vaste katrol
Een vaste katrol draait de kracht om. Je herkent een vaste katrol aan het feit dat hij VAST zit.
Slide 4 - Slide
Vaste katrol
Bij een vaste katrol is de spierkracht gelijk aan de zwaartekracht.
Haal je b.v. 3 m touw in, dan gaat de last ook 3 m omhoog.
Het voordeel is dat je omlaag kan trekken.
Slide 5 - Slide
De losse katrol
Een losse katrol maakt ons sterker.
De last wordt verdeeld over het aantal touwen waaraan de katrol hangt.
Slide 6 - Slide
Takel
Vaste katrol met losse katrol: verdeelt het gewicht over hoeveel katrollen je toevoegd.
Slide 7 - Slide
Takel
Een takel heeft een vaste
en een losse katrol.
Haal je 3 m touw in, dan gaat de last de helft (1,5 m) omhoog.
Je benodigde spierkracht is maar de helft.
Slide 8 - Slide
Samenvatting
Een takel is een combinatie van minstens 1 vaste en 1 losse katrol.
Een vaste katrol is zo vastgemaakt dat hij niet meer op en neer kan bewegen.
Een losse katrol beweegt op en neer, samen met het voorwerp dat wordt opgehesen.
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Video
Slide 11 - Video
A
A
B
C
C
E
D
Maakt niet uit
Slide 12 - Quiz
Is het kleine katrolletje een vaste of losse katrol?
A
Vaste
B
Losse
Slide 13 - Quiz
Winst en verlies
Wat je wint aan kracht, verlies je aan afstand.
Met een takel wordt je als het ware 'sterker' , maar moet je wel meer touw inhalen.
Tel je N ( N is een getal) touwen, dan gaat het hijsen N x zo makkelijk
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Slide
Slide 17 - Video
Wat is de werking van een vast katrol
A
het omdraaien van de kracht
B
het halveren van de kracht
C
het verdubbelen van de kracht
D
er gebeurt niets
Slide 18 - Quiz
Een verhuizer gebruikt een vaste katrol om een last van 800 N omhoog te hijsen over een afstand van 6 m. Wat is het voordeel van zo'n vast katrol?
A
Dan hoeft hij maar met 400 N aan het touw te trekken.
B
Dan hoeft hij minder arbeid te verrichten
C
Het is gemakkelijker om het touw naar beneden te trekken dan de kist omhoog.
D
Hij hoeft dan maar 3m touw in te halen.
Slide 19 - Quiz
Bereken de trekkracht in D
A
24 N
B
12 N
C
8 N
D
6 N
Slide 20 - Quiz
Bereken hoeveel touw je moet inhalen als het gewicht 5 meter omhoog moet