Beschouwing havo 4

Lezen
HAVO 4
BESCHOUWING

1 / 14
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 14 slides, with interactive quiz and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Lezen
HAVO 4
BESCHOUWING

Slide 1 - Slide

DOELEN VAN DE LES

  •  Je kunt de verschillende tekstsoorten benoemen en aangeven welke tekst bij welke tekstsoort hoort.
  •  Je kunt de opbouw van een beschouwing benoemen.

Einddoel: een goed opgebouwde beschouwing kunnen schrijven.



Slide 2 - Slide

OPDRACHT
  • Zoek op internet op wat de verschillen zijn tussen een betoog en een beschouwing.

  • Nabespreking klassikaal

 

Slide 3 - Slide

Betoog en beschouwing

Slide 4 - Open question

Wat is een beschouwing?
Een beschouwing is een tekst waarin een onderwerp van verschillende kanten besproken wordt. De schrijver geeft zelf geen mening over het onderwerp.
Het doel is de lezers ZELF een mening over het onderwerp te laten vormen. Dat noemen we een opiniërende tekst.

Slide 5 - Slide

ONDERWERPEN 

  • Moet Nederland uit de euro/EU, ja of nee?
  • Onze overheid moet drugs/ XTC wel/niet vrijgeven.
  • Leeftijdsgrens alcohol: 18 is goed of verhogen/verlagen?
  • Moet de overheid inentingen voor kinderen verplichten, ja of nee? ​
  • Is een coronavaccin belangrijk of niet?
  • Heeft de Nederlandse regering het coronabeleid goed aangepakt? Waarom wel/niet?
  • Is een diploma zonder centraal eindexamen volwaardig, ja/nee?
  • Afvalscheiding, is het nuttig of niet?
  • Netflix moet films en series met discriminerende en stereotyperende ideeën verwijderen, ook als dat oude films zijn. Terecht idee of niet? (N.a.v. Black Lives Matter)
  • Mag de overheid zich bemoeien met ons eetgedrag, ja of nee? 

Slide 6 - Slide

TEKSTDOEL
  • Het tekstdoel van een beschouwing is dus opiniëren;
  • Je leest bijvoorbeeld voor- en nadelen van een onderwerp;
  • De lezer kan zelf een mening vormen over het onderwerp;
  • Beschouwingen kunnen op verschillende manieren opgebouwd worden.

    Slide 7 - Slide

    OPBOUW BESCHOUWING
    • INLEIDING
    • MIDDENSTUK
    • SLOT

    Slide 8 - Slide

    INLEIDING
    INLEIDING:
    A: aandacht van de lezer trekken; 

    • voorbeeld / anekdote;
    • geschiedenis;
    • actualiteit;

    B: onderwerp introduceren;

    • een vraag stellen.


    Slide 9 - Slide

    THEORIE (VOORBEELD INLEIDING)
    Dag Zwarte Piet of blijf je 

    Anniek is zes jaar en zit in groep drie van de basisschool. Elk jaar in december wordt het Sinterklaasfeest gevierd op school en thuis. Anniek vindt het een geweldig feest. Ze zingt sinterklaasliedjes, mag haar schoen zetten en maakt mooie tekeningen voor Sinterklaas. Haar moeder geeft haar chocolademelk met speculaas en Anniek geniet ervan.
    Sinterklaas komt al eeuwen met zijn Zwarte Pieten naar Nederland en vele kinderen vinden dat leuk. Toch zijn er elk jaar weer felle discussies of de traditie van Zwarte Piet, als knecht van de blanke Sinterklaas, zou moeten worden afgeschaft. Het is inmiddels niet alleen meer een nationale, maar zelfs een internationale discussie geworden. Moet Nederland de traditie van Zwarte Piet stoppen?

    Slide 10 - Slide

    MIDDENSTUK
    • In het middenstuk ga je het onderwerp bespreken;

    • In een beschouwing is je doel NIET om de lezer van je eigen mening te overtuigen;

    • ALINEA'S
    • Per alinea bespreek je één deelonderwerp: de mening van een deskundige (of deskundige instantie). 
    • Een alinea heeft een kernzin (de mening);
    • Geef uitleg/toelichting bij deze kernzin.
    • Twee meningen VOOR het onderwerp en twee meningen TEGEN het onderwerp.

    Slide 11 - Slide

    MIDDENSTUK (VOORBEELD)
    • HOOFDGEDACHTE: Zouden jongens en meisjes op middelbare scholen in gescheiden klassen moeten zitten?

    • ARGUMENTEN MIDDENSTUK:
    • Argument 1 (tegen) Dhr. Nep (directeur Streek Lyceum Ede) -> Geen goed idee, jongens en meisjes leren van elkaar.  


    • Argument 2 (voor) Mevrouw Janssen (pedagoge Amsterdam) -> Wel een goed idee, leerlingen zullen zich beter kunnen concentreren in gescheiden klassen.

    Slide 12 - Slide

    HET SLOT
    • De hoofdgedachte komt natuurlijk terug in het slot;
    • Geef een samenvatting of conclusie;



        Slide 13 - Slide

        Lees de drie teksten door
        Zoek per tekst minimaal twee argumenten van de schrijver (of twee feiten) en markeer deze/onderstreep deze.

        Slide 14 - Slide