This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Macht, Misleiding en Manipulatie
Slide 1 - Slide
Cartoons
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Je kunt taal op verschillende manieren inzetten om argumenten overtuigender te maken.
Je kunt de actualiteit op een bewust subjectieve manier verwerken.
Je kunt historische en actuele spotprenten analyseren.
Slide 3 - Slide
Hoe zit een cartoon in elkaar?
Er wordt gebruik gemaakt van symbolen en korte tekst
Er wordt verwezen naar een gebeurtenis
Er zit een humoristische tegenstelling in.
Slide 4 - Slide
Stappenplan
Bekijk de cartoon en lees het bijschrift goed.
Leg namen en tekst in de cartoon uit.
Haal de symbolen uit de cartoon.
Haal de tegenstellingen uit de cartoon.
Bedenk wat voor gebeurtenis in de cartoon centraal staat.
Bedenk nu wat de tekenaar met de cartoon heeft willen zeggen: wat is de mening van de tekenaar?
Slide 5 - Slide
Stap 1: Goed kijken!
Slide 6 - Slide
Wat zie je allemaal?
Wat zie je?
Slide 7 - Mind map
Wat zie je allemaal?
Wat zie je?
Slide 8 - Mind map
Stap 2: Tekst uitleggen
Slide 9 - Slide
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Slide
Stap 3: Symbolen
Slide 12 - Slide
Verenigde Staten
Rusland
Beer
Hamer en sikkel
Uncle Sam
Gouden ster
Witte ster op blauwe achtergrond
Sigaar
Dollarteken
Adelaar
Zwarte hoed met rode ster
Alcohol
Slide 13 - Drag question
Slide 14 - Slide
Slide 15 - Slide
Welke symbolen en personen kan je in je eigen cartoon gebruiken?
Slide 16 - Mind map
Stap 4: Tegenstellingen
Slide 17 - Slide
Slide 18 - Slide
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Bedenk nu met je groepje een (of meer) humoristische tegenstelling(en) die je zou kunnen gebruiken voor je eigen cartoon.
Slide 21 - Slide
Stap 5: Gebeurtenis
Slide 22 - Slide
Slide 23 - Slide
Slide 24 - Slide
Slide 25 - Slide
Stap 6: Het resultaat: de mening van de auteur
Slide 26 - Slide
Het hele stappenplan
Bekijk de cartoon en lees het bijschrift goed.
Leg namen en tekst in de cartoon uit.
Haal de symbolen uit de cartoon.
Haal de tegenstellingen uit de cartoon.
Bedenk wat voor gebeurtenis in de cartoon centraal staat.
Bedenk nu wat de tekenaar met de cartoon heeft willen zeggen: wat is de mening van de tekenaar?
Slide 27 - Slide
De opdracht
Maak op maximaal 1 A4 een politieke cartoon over je onderwerp.
De mening die je uitdrukt moet de tegenovergestelde van de speech zijn.
Gebruik de dingen die je geleerd en verzameld hebt! (symbolen, personen, tegenstellingen, etc.)
Schrijf een verklarende tekst voor de cartoon waarin je aangeeft wat alle beeldelementen die je hebt gebruikt betekenen, hoe de grap werkt, en welke mening je ermee uitdrukt.