Omgekeerde supermarkt

De omgekeerde supermarkt
1 / 35
next
Slide 1: Slide
BurgerschapMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1-6

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

De omgekeerde supermarkt

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Doel
Aan het einde van deze les:
- Heb je zicht op factoren die invloed hebben op armoede

- Weet je wat je in dit geval kunt doen als buitenstaander


Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat is armoede?
Armoede is het gebrek aan de basisbehoeften die nodig zijn om een menswaardig leven te leiden.

Het inkomen dat iemand minimaal nodig heeft om te kunnen leven, dus voor een huis, eten en kleding. = bestaansminimum

Slide 3 - Slide

Definieer armoede en leg uit waarom het belangrijk is om over dit onderwerp te praten.
Armoede in Nederland
In Nederland leven meer dan 1 miljoen mensen onder de armoedegrens. Dit betekent dat ze moeite hebben om rond te komen en bijvoorbeeld geen geld hebben voor voldoende voeding, kleding en huisvesting.

Slide 4 - Slide

Leg uit dat armoede ook in Nederland een probleem is en bespreek hoe dit zich manifesteert.
inkomens in NL
grote verschillen binnen Nederland 

grote steden en het noorden hebben het laagste inkomen 

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Hoeveel euro moet een gezin te besteden hebben (netto) om onder de armoedegrens te leven?

Slide 6 - Open question

This item has no instructions

Wat is het sociale minimum ?
echtpaar  €2069.30 netto per maand
alleenstaande vanaf 21 jaar €1473,56 netto per maand
alleenstaande jonger dan 21 € 1137,53 per maand

Slide 7 - Slide

Definieer armoede en leg uit waarom het belangrijk is om over dit onderwerp te praten. Leg het verschil uit tussen inkomen en bestedingsbedrag.
Absolute armoede:
Absolute armoede is een zaak van leven en dood. Absolute armoede houdt in dat je te weinig geld, voedsel en kleding hebt om van te leven, maar eigenlijk te veel hebt om dood te gaan. Dit is leven op het bestaansminimum. Absolute armoede vind je vooral in ontwikkelingslanden.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Relatieve armoede:
Van relatieve armoede is sprake bij een ongelijke verdeling van inkomens. Je bent niet absoluut arm, maar je hebt wel minder dan iemand anders. Je buurman heeft bijvoorbeeld twee auto's en jij alleen een fiets; je buurman gaat op vakantie naar Thailand en jij moet thuisblijven omdat je voor een vakantie geen geld hebt.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Slide 10 - Video

This item has no instructions

Welke andere factoren hebben volgens jou nog meer invloed op armoede?

Slide 11 - Mind map

This item has no instructions

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

De overheid doet genoeg om armoede te bestrijden.
Eens, er zijn genoeg voorzieningen.
Eens, maar er kunnen altijd verbeteringen worden aangebracht.
Oneens, er moet meer geld beschikbaar worden gesteld.
Oneens, er moet een totaal ander systeem komen.
Andere mening

Slide 13 - Poll

This item has no instructions

Armoede is vooral een persoonlijk probleem en verantwoordelijkheid.
Eens, mensen moeten meer eigen verantwoordelijkheid nemen.
Eens, hulp vanuit de overheid moet een uitzondering zijn.
Oneens, armoede is vaak het gevolg van omstandigheden buiten de persoon om.
Oneens, armoede is een structureel maatschappelijk probleem.
Andere mening

Slide 14 - Poll

This item has no instructions

risico's 
kansenongelijkheid 

sociale uitsluiting 

eenzaamheid 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

kansenongelijkheid 
Je hebt niet dezelfde mogelijkheden als anderen omdat er minder geld te besteden is 



Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Welke ongelijke kansen kunnen er zijn
voor leeftijdsgenoten die in armoede opgroeien.

Slide 17 - Open question

This item has no instructions

sociale uitsluiting
je kunt niet aan alle activiteiten meedoen die anderen doen en daarom kun je buitengesloten worden. 



Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Kunnen jullie voorbeelden noemen wanneer iemand zich buitengesloten kan voelen?

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

eenzaamheid
Als je aan minder dingen mee kan doen dan ben je vaker alleen en kun je eenzaam worden



Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Wat doet de overheid?
  • invloed op minimumlonen
  • uitkeringen
  • belastingregelingen (kostendelersnorm) 
  • toeslagen (zorg, huur, kinderopvang) 
  • schuldhulpverlening

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Wat als het mis gaat?
schulden; je kunt je vaste lasten niet meer betalen 
schuldsanering; de overheid betaalt schulden, je krijgt leefgeld

gedwongen verkoop van je huis 
uit je huurhuis gezet worden

gezinnen vallen uit elkaar: scheiding/ pleegzorg

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Wat kan de omgeving doen om te helpen?

Slide 23 - Open question

This item has no instructions

Slide 24 - Slide

This item has no instructions

Wat wordt bedoeld met sociale binding in de context van armoede?
A
De band tussen ouders en kinderen thuis.
B
De band tussen een kind en volwassenen in zijn omgeving, zoals familie en vrienden.
C
De relatie tussen scholen en ouders.

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Waarom is steun van het sociale netwerk belangrijk voor kinderen die in armoede leven?
A
Het helpt kinderen om meteen betere cijfers te halen op school.
B
Het geeft kinderen het gevoel dat ze iemand hebben om mee te praten en biedt tegenwicht aan hun situatie.
C
Het zorgt ervoor dat kinderen financieel geholpen worden door de overheid.

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Welke rol kunnen ervaringsdeskundigen spelen bij het ondersteunen van ouders in armoede?
A
Zij zorgen ervoor dat kinderen altijd kunnen meedoen aan sportactiviteiten.
B
Zij kunnen financiële hulp bieden aan gezinnen.
C
Zij weten uit eigen ervaring wat wel en niet werkt en kunnen zo ouders op een laagdrempelige manier helpen.

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een manier om de kwaliteiten van ouders te versterken?
A
Ouders financieel ondersteunen zodat ze minder hoeven te werken.
B
Ouders aanmoedigen om vrijwilligerswerk te doen.
C
Ouders helpen om vaste momenten op de dag te kiezen voor activiteiten met hun kinderen.

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Waarom kunnen kinderen uit arme gezinnen minder vaak meedoen met buitenschoolse activiteiten?
A
De kosten van deelname kunnen een belemmering vormen.
B
Hun ouders hebben niet de tijd om ze naar de activiteiten te brengen.
C
Ze zijn minder gemotiveerd om aan activiteiten deel te nemen.

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

Welke van de volgende opties is een voorbeeld van materiële hulp voor gezinnen in armoede?
A
Het aanbieden van gratis bijles op school.
B
Het verstrekken van sportkleding of een fiets via een fonds.
C
Het organiseren van koffieochtenden voor ouders.

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

Welke van de volgende opties is een voorbeeld van immateriële hulp voor gezinnen in armoede?
A
Het aanbieden van gratis bijles op school.
B
Het verstrekken van sportkleding of een fiets via een fonds.
C
Het doneren van 2e hands-kleding.

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Wat kunnen professionals doen om het sociale netwerk van eenoudergezinnen te versterken?
A
Hen helpen bij het aanvragen van financiële steun bij de gemeente.
B
Het inzetten van maatjes of mentoren voor kinderen.
C
Het organiseren van educatieve workshops voor kinderen.

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Eventuele vervolgactiviteiten

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Kinderarmoede
Bekijk tot 0.36.
Welke signalen geeft zij van kinderarmoede?
 

Slide 34 - Slide

This item has no instructions

Armoedestress
Beluister de podcast Nooit een kwartje Over opgroeien in Armoedestress aflevering 3 tot je de antwoorden hebt op de volgende vragen:
1. Wat is armoedestress?
2. Wat voor impact heeft het op ouders en kinderen?
https://open.spotify.com/show/5Ve4Hp0057SLCPXyWFpYBC


Slide 35 - Slide

This item has no instructions