Bijvoeglijke bijzin

De bijvoeglijke bijzin

Doel:

Aan het einde van deze les weten jullie wat een bijv. bijzin is.

1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

De bijvoeglijke bijzin

Doel:

Aan het einde van deze les weten jullie wat een bijv. bijzin is.

Slide 1 - Slide

even wat herhaling: bn


1. Een bijvoeglijk naamwoord (bn)  bestaat uit 1 woord en geeft informatie over een zn.

de grappige hond, een lange wandeling

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

even wat herhaling: bijv. bep.


4

2.  bijvoeglijke bep. is woordgroepje dat iets zegt over een zn.

bv. de lerares uit Joure

Ik koop deze cd van Lange Frans.

Slide 4 - Slide

Wat is een bijvoeglijke bijzin?


  • Een bijv. bijzin zegt ook iets over en zn (of een voornaamwoord).
  • Het is een zin en heeft dus en o en een pv.
    vb. De jongen, die gisteren een ongeluk kreeg, ligt in het ziekenhuis.



Slide 5 - Slide

Daar staat het huis, dat door de storm beschadigd is.

bijv.bijzin = dat door de storm beschadigd is > huis

Slide 6 - Slide

Raften is leuk voor hen die van gevaarlijke sporten houden.

bijv.bijzin = die van gevaarlijke sporten houden > hen

Slide 7 - Slide

Hoe herken je een bijv. bijzin?
  • zegt iets over een zn of een voornaamwoord;
  • is een zin en heeft dus een pv;
  • is geen zinsdeel (ow, lv, mv, bwb), maar een zinsdeelstuk, net als een bijvoeglijke bepaling en een ondergeschikte bijwoordelijke bepaling. 

Slide 8 - Slide

Staat in deze zin een
bn, bijv. bep. of bijv. bijzin?
Gordon is een gezellige man.
A
bijv. bep
B
bijv. bijzin

Slide 9 - Quiz

Staat in deze zin
een bn, bijv. bep. of bijv. bijzin
De band die deze liedjes maakt, is gestopt.
A
bijv. bep
B
bijv. bijzin

Slide 10 - Quiz

Gordon wil nu trouwen met een man die lief voor hem is.
A
bijv. bep
B
bijv. bijzin

Slide 11 - Quiz

HIj kiest uiteindelijk de man uit Leiden.
A
bijv. bep.
B
bijv. bijzin

Slide 12 - Quiz

Dit was het lesje over de bijv. bijzin.
A
bijv. bep.
B
bijv. bijzin

Slide 13 - Quiz