1 ath B8

2 ath 
Pak alvast je map. Merci :-) 
Pak alvast je spullen

B8
6/2/2020

1 / 22
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1,2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

2 ath 
Pak alvast je map. Merci :-) 
Pak alvast je spullen

B8
6/2/2020

Slide 1 - Slide

Programme
Apprendre woordjes A, B, faire 6,7,9
1. Introduction + bezoek a.s. dinsdag
2. Corriger les devoirs 
3. Aantekening kloktijden
4. Au travail: faire 10, 11, 12

Les buts:
- De dagen van de week herhalen
- Een Franse tekst begrijpen


Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Les heures - heel

il est une heure  
il est deux heure
il est midi
il est minuit

Slide 4 - Slide

Les heures - half

il est une heure  et demie
il est deux heures et demie
il est trois heures et demie
il est midi et demi
il est minuit et demi

Slide 5 - Slide

Les heures - kwart over

il est une heure  et quart
il est deux heures et quart
il est trois heures et quart
etc.

Slide 6 - Slide

Les heures - 5/10/20 over 
il est une heure cinq
il est deux heures dix
il est trois heures vingt
etc.


Slide 7 - Slide

Les heures - kwart voor

il est une heure  moins le quart
il est deux heures moins le quart        
il est trois heures moins le quart
etc.

Slide 8 - Slide

Les heures - 5/10/20 voor 
il est une heure moins cinq
il est deux heures moins dix
il est trois heuremoins vingt
etc.


Slide 9 - Slide

Les heures.
Om te zeggen hoe laat het is gebruik je: Il est .... heures.
Twaalf uur 's middags = midi
Twaalf uur 's nachts = minuit
Kwart over ... = Il est ... heures et quart
Half ... = Il est ... heures et demie
Kwart voor ... = Il est ... heures moins le quart

Slide 10 - Slide

Noteer 6 Franse woorden
die met de klok
te maken hebben

Slide 11 - Mind map

Il est midi.
A
Het is middag.
B
Het is 12 uur 's middags.
C
Het is tijd.
D
Het is 12 uur 's nachts.

Slide 12 - Quiz

Il est huit heures et quart.
A
Het is 8 uur.
B
Het is 10 over 8.
C
Het is kwart over 8.
D
Het is kwart voor 8.

Slide 13 - Quiz

Il est cinq heures et demie.
A
Het is half 5.
B
Het is 5 uur.
C
Het is kwart over 5.
D
Het is half 6.

Slide 14 - Quiz

Il est trois heures moins 20.
A
Het is 20 over drie.
B
Het is tien voor half 4.
C
Het is 10 over half 3.
D
Het is tien over half 4.

Slide 15 - Quiz

Vertaal de kloktijd in het Nederlands:
il est trois heures dix

Slide 16 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Nederlands:
il est sept heures et demie

Slide 17 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is kwart over vijf

Slide 18 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Nederlands:
il est minuit moins le quart

Slide 19 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is kwart over 12 's middags

Slide 20 - Open question

Vertaal de kloktijd in het Frans:
het is 10 voor 7 ('s morgens)

Slide 21 - Open question

Au travail
Faire exercice 10, 11, 12b, 12d
apprendre woorden a, b, kloktijden, dagen van de week ( page 132)
timer
10:00

Slide 22 - Slide