What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
AF TM7 Ademhalingsstelsel
Ademhalingsstelsel
1 / 49
next
Slide 1:
Slide
AFP
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
49 slides
, with
text slides
and
1 video
.
Lesson duration is:
120 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Ademhalingsstelsel
Slide 1 - Slide
1
ademhalingsstelsel
LEERDOELEN...
Je noemt de
bouw
en
functie
van de bovenste en onderste
luchtwegen
en
longen
Je noemt de
prikkels
die ademhalen mogelijk maken
Je omschrijft wat er in de
longblaasjes
gebeurt bij ademhalen
Slide 2 - Slide
1
ademhalingsstelsel
LEERDOELEN...
Je omschrijft wat er in de
borstkas
gebeurt bij ademhalen
Je noemt
kenmerken
van de
longfunctie
Slide 3 - Slide
nu volgt een opdracht
je kijkt 45 seconden naar woorden en probeert ze te onthouden
de docent leest telkens één van deze woorden op en draait aan het rad
de genoemde student wijst het gevraagde aan op het grote scherm
Slide 4 - Slide
Longblaasje
Luchtpijp
Bronchiole
Neusholte
Middenrif
Stembanden
Hoofdbronchus
Trachea
Strotklepje
Longsegment
Bronchus
Longpoort
Mediastinum
Haarvaten
Bijholte
Huig
timer
0:45
Slide 5 - Slide
wijs aan...
Slide 6 - Slide
1
bovenste luchtwegen
neusholte
mondholte
keelholte
strottenhoofd
1.1 de bouw van het ademhalingsstelsel
Slide 7 - Slide
2
onderste luchtwegen
luchtpijp
bronchiën en zijn vertakkingen
longblaasjes
1.1 de bouw van het ademhalingsstelsel
Slide 8 - Slide
De
neus
is de ademingang...
de
neusholte
ligt onder de schedelbasis en boven het (harde) gehemelte
het
neustussenschot
(septum) verdeelt de neus in twee helften
1.1.1
de neus
Slide 9 - Slide
3 paar
neusschelpen
zorgen voor beweging van de lucht
bovenin de neusholte zit het
reukorgaan
en de reukzenuw
1.1.1
de neus
Slide 10 - Slide
de
neusbijholte
(sinus) zorgt voor klank bij het spreken
1.1.1
de neus
Slide 11 - Slide
het
neusslijmvlies
is goed doorbloed en bestaat uit de volgende cellen...
dekcellen
met
trilharen
, die richting de neusuitgang bewegen
slijmcellen
en -
klieren
1.1.1
de neus
Slide 12 - Slide
Taken van de neus zijn...
lucht
warm
maken
(door de bloedvaatjes)
lucht
vochtig maken
(slijm)
lucht
zuiveren
(neus- en trilharen, slijm)
traanvocht
afvloeien
ruiken
met het
reukzintuig
1.1.1
de neus
Slide 13 - Slide
via de
mondholte
kan
veel lucht
ingeademd...
bij
fysieke
inspanning
de lucht wordt
minder goed
bewerkt dan via de neus
verder is de mondholte vooral functioneel bij spraak en voeding
1.1.2
de mondholte
Slide 14 - Slide
de
keelholte
(
farynx
) bestaat uit drie onderdelen, te scheiden door het type weefsel aan de wand...
neuskeelholte
mondkeelholte
strotkeelholte
1.1.3
keelholte en strottenhoofd
Slide 15 - Slide
het
strottenhoofd
(
l
arynx
) bestaat uit spierweefsel en kraakbeenstukken...
het is het begin van de
luchtpijp
hierin zit het
stemapparaat
1.1.3
keelholte en strottenhoofd
Slide 16 - Slide
het
strotklepje
(
epiglottis
) bestaat uit kraakbeen en sluit bij slikken de luchtpijp af
1.1.3
keelholte en strottenhoofd
Slide 17 - Slide
het
schildkraakbeen
beschermt het stemapparaat, het voorste deel heet
adamsappel
1.1.3
keelholte en strottenhoofd
Slide 18 - Slide
het stemapparaat bestaat uit...
ware stembanden
(
spieren
die tegen elkaar trillen en zo bij uitademen geluid maken)
1.1.3
keelholte en strottenhoofd
---------------
Slide 19 - Slide
het stemapparaat bestaat uit...
valse stembanden
(een laag
slijmvlies
dat de ware stembanden smeert om ze soepel te houden)
1.1.3
keelholte en strottenhoofd
-------------
Slide 20 - Slide
tussen de stembanden zit een ruimte van en naar de luchtpijp, de
stemspleet
...
spiertjes
kunnen deze spleet vernauwen of verwijden, hierdoor verandert de toonhoogte
1.1.3
keelholte en strottenhoofd
Slide 21 - Slide
Slide 22 - Video
Na het strottenhoofd gaat de luchtweg verder in de
luchtpijp
(trachea)
.
Om de luchtpijp zit
C-vormig kraakbeen
; zo blijft deze open.
De luchtpijp vertakt zich
drie
keer...
1.1.4
luchtpijp
Slide 23 - Slide
#1
hoofdbronchus
de buis van de rechter hoofdbronchus is
langer
dan de linker. Daarom zijn er aan deze kant 3 plaatsen die aftakken, links maar 2.
om de wand zit
C-vormig kraakbeen
1.1.5
bronchiën en bronchiolen
Slide 24 - Slide
#2
bronchus
deze heeft geen C-vormig kraakbeen meer maar
stukjes kraakbeen
rondom de wand
1.1.5
bronchiën en bronchiolen
Slide 25 - Slide
#3
kleine
bronchus
(bronchiolus)
het heeft geen C-vormig kraakbeen meer maar
spiertjes
rondom de wand
1.1.5
bronchiën en bronchiolen
Slide 26 - Slide
de wand van de luchtweg wordt, naarmate de lucht verder komt, steeds dunner
1.1.5
bronchiën en bronchiolen
wand van de luchtpijp
en hoofdbronchus
(C-vormig kraakbeen)
wand van de bronchus
(kraakbeen plaatjes)
wand van de bronchiolus
(spiertjes)
Slide 27 - Slide
Longen
bestaan uit een verzameling van longblaasjes, verdeeld in grote gebieden (de longsegmenten).
1.1.6
longen
Slide 28 - Slide
er liggen
haarvaten
om elk longblaasje
ze horen bij de
kleine bloedsomloop
zuurstof en kooldioxide worden aan elkaar uitgewisseld via
diffusie
longblaasje
haarvaten
1.1.6
longen
Slide 29 - Slide
Het
mediastinum
is de ruimte tussen de longen, waar het hart zit en de grote bloedvaten...
in de
longpoort
gaan vaten en bronchiën in en uit
1.1.6
longen
Slide 30 - Slide
Om elke long zit een beschermend dubbelwandig
longvlies
(pleura)...
het voorkomt schade als de longen uitzetten en krimpen tijdens het ademen
1.1.7
het longvlies
Slide 31 - Slide
zuurstof
uit de lucht is nodig om stoffen mee te
verbranden
...
verbranding geeft
energie
energie is nodig om alles wat om energie vraagt in het lichaam te laten gebeuren
1.2
de werking van het ademhalingsstelsel
Slide 32 - Slide
glucose
is de stof, die mensen omzetten waardoor energie ontstaat...
per gram ontstaat zo 4 kcal aan energie
glucose + zuurstof = water + kooldioxide + energie
1.2
de werking van het ademhalingsstelsel
Slide 33 - Slide
cellen
kunnen deze energie opslaan in pakketjes...
deze moleculen heten
ATP
wanneer energie nodig is wordt ATP omgezet waardoor de energie vrijkomt
1.2
de werking van het ademhalingsstelsel
Slide 34 - Slide
in de longen wordt zuurstof opgenomen uit de lucht en kooldioxide afgegeven aan de lucht; dit gebeurt in de long-
blaasjes...
daarom hebben de blaasjes een zeer
dunne
(6µm)
wand
van plat dekweefsel
1.2.1
gaswisseling
6 µm
Slide 35 - Slide
de
uitwisseling
(
ventilatie
) gebeurt op basis van
drukverschil
...
bij
inademing
(
inspiratie
) gaat hierdoor zuurstof naar het bloed
bij
uitademing
(
expiratie
) gaat hierdoor kooldioxide naar het longblaasje
1.2.1
gaswisseling
Slide 36 - Slide
longen voeren de ventilatie uit, maar het regelen ervan doet het brein...
in de hersenstam zit het
ademcentrum
wanneer het
CO
2
in bloed
stijgt, stuurt dit centrum een prikkel tot
inademen
1.2.2 het reguleren van de ademhaling
Slide 37 - Slide
wanneer de
longblaasjes uitrekken
, sturen zij een signaal naar het ademcentrum
wanneer het uitrekken maximaal is, zal het centrum de
uitademing
starten
1.2.2 het reguleren van de ademhaling
Slide 38 - Slide
inademen
is een
actief
proces, dan gebeuren er twee acties...
het middenrif wordt plat
de borstkas wordt opgetild
, de borstholte wordt daarmee
groter
1.2.3
ademhalingsbewegingen
Slide 39 - Slide
het
middenrif
(
diafragma
) is een
spierplaat
, het scheidt de borstholte met de buikholte...
het
borstvlies
zit aan het middenrif vast
wanneer het middenrif ontspannen is heeft het een
bolle
vorm
1.2.3
ademhalingsbewegingen
Slide 40 - Slide
bij
inademen
spant het middenrif in en wordt
plat...
de borstkas gaat
omhoog
de longen worden
groter
de druk in de longen daalt > lucht wordt in de longen gezogen
1.2.3
ademhalingsbewegingen
Slide 41 - Slide
uitademen
is een
passief
proces, dan gebeuren er twee acties...
het middenrif wordt bol
de borstkas zakt naar beneden
, de borstholte wordt daarmee
kleiner
1.2.3
ademhalingsbewegingen
Slide 42 - Slide
bij
uitademen
ontspant het middenrif en wordt
bol...
de borstkas gaat
omlaag
de longen worden
kleiner
de druk in de longen stijgt > lucht wordt uit de longen gezogen
1.2.3
ademhalingsbewegingen
Slide 43 - Slide
de longen hebben de taak de gaswisseling uit te voeren...
de ademhaling zegt dus iets over een goede longfunctie
bij een ontspannen in- en uitademing (
ademteug
) wordt 500 ml lucht verplaatst
1.2.4
de longfunctie
ontspannen ademteug
Slide 44 - Slide
lucht die iemand na een normale inademing nog extra kan inademen heet het
maximale inademvolume
(inspiratoir reservevolume)
1.2.4
de longfunctie
maximale inademvolume
inspiratoir reservevolume
Slide 45 - Slide
alle lucht die iemand na een normale uitademing nog extra kan uitademen heet het
maximale uitademvolume
(expiratoir reservevolume)
1.2.4
de longfunctie
maximale uitademvolume
expiratoir reservevolume
Slide 46 - Slide
alle lucht die iemand kan uitademen na een maximale inademing (en andersom) heet
vitale capaciteit
...
het volume hangt af van geslacht, leeftijd en conditie
het zegt iets over de elasticiteit van de longen
1.2.4
de longfunctie
vitale capaciteit
Slide 47 - Slide
alle lucht die achterblijft na een maximale uitademing heet
restvolume
(residuvolume)
1.2.4
de longfunctie
restvolume
residuvolume
Slide 48 - Slide
de
dode ruimte
is de hoeveelheid lucht die wordt ingeademd, maar niet meedoet met gaswisseling...
de lucht komt niet verder dan de bronchiolen
bij de uitademing is dit er als eerste weer uit
1.2.4
de longfunctie
Slide 49 - Slide
More lessons like this
13.1 Ademen klassikaal
November 2023
- Lesson with
26 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
13.1 Ademen
May 2023
- Lesson with
21 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
ademhalingsstelsel
December 2023
- Lesson with
29 slides
Zorg en Welzijn
MBO
Studiejaar 1
AF 7 Ademhalingsstelsel 1
October 2024
- Lesson with
30 slides
AFP
MBO
Studiejaar 1
12.4 De borstkas en ademhaling ll
November 2023
- Lesson with
27 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
13.1 Ademen ll voorb
November 2023
- Lesson with
21 slides
Biologie
Middelbare school
vwo
Leerjaar 5
Luchtwegen en longen
March 2023
- Lesson with
49 slides
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 1
AFP Ademhalingsstelsel 4.1
April 2021
- Lesson with
25 slides
AFP
MBO
Studiejaar 1