2.4 - met negatieve getallen

Goedemorgen 1B

Op tafel:
Laptop (ga naar Lessonup)
WIskundeboek
Etui
Deze les:
-Lesdoel
-Bespreken opdrachten
-Heksenketel voor - met negatieve getallen
-Aan de slag
1 / 16
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Goedemorgen 1B

Op tafel:
Laptop (ga naar Lessonup)
WIskundeboek
Etui
Deze les:
-Lesdoel
-Bespreken opdrachten
-Heksenketel voor - met negatieve getallen
-Aan de slag

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Ik kan verschilsommen met negatieve getallen uitrekenen met gebruik van de heksenketel

Extra uitdaging:
Ik kan verschilsommen met negatieve getallen uitrekenen zonder gebruik van de heksenketel

Slide 2 - Slide

Bespreken opdrachten (62a en c)
          8 + -10 - 2                                                             -12 - (7 - 6)

Slide 3 - Slide

Had je beide opdrachten goed?
A
Ja
B
Nee

Slide 4 - Quiz

Zijn er nog opdrachten die je niet begreep of lastig vindt?

Slide 5 - Open question

Herhaling heksenketel
De vorige les hebben we de heksenketel besproken. Deze kan je helpen om sommen met negatieve getallen op te lossen.

Aan de hand van een aantal vragen bespreken we de heksenketel voor - sommen

We gebruiken het voorbeeld: -9 - -13

Slide 6 - Slide

-9 - -13
Wat is de start temperatuur van de ketel?
A
-13
B
-9
C
0
D
Dat weet je helemaal niet

Slide 7 - Quiz

-9 - -13
We bekijken het minteken met het rode vierkant omheen. Deze betekent....
A
We gaan er blokjes bijdoen
B
We gaan er blokjes uithalen

Slide 8 - Quiz

-9 - -13
Aan -13 kun je zien of het koude of warme blokjes uit gaan halen. Wat voor blokjes halen er uit de ketel?
A
Koude blokjes
B
Warme blokjes

Slide 9 - Quiz

-9 - -13
Als we koude blokjes uit de ketel gaan halen, wat gaat er dan gebeuren met de temperatuur in de ketel?
A
De temperatuur wordt hoger (het wordt warmer)
B
De temperatuur blijft gelijk
C
De temperatuur wordt lager (het wordt kouder)

Slide 10 - Quiz

-9 - -13
Als de temperatuur hoger wordt, door welk teken kunnen we dan - - vervangen?
A
-
B
+
C
x
D
:

Slide 11 - Quiz

De som die we op gaan lossen wordt dus
A
-9 - 13 = -22
B
-9 + 13 = 4
C
-9 x 13 = -117
D
-9 : 13 = -0,692

Slide 12 - Quiz

DUS
Wanneer we een som hebben met - - (bv. -9 - -13)
Dan veranderen we de - - in een +
-9 - -13
-9 + 13 = 4

Slide 13 - Slide

Aan de slag
Wat? Maak de opdrachten 65abcdef, 66defghi, 67abcd, 69, 73 en 74
Hoe? We beginnen 4 minuten in stilte, daarna mag je fluisterend overleggen met buurman of buurvrouw 
Waarom? Regels voor - met negatieve getallen leren, door een aantal opdrachten te oefenen krijg je het onder de knie
Klaar? Nakijken via laptop, 

Slide 14 - Slide

Lesdoel
Ik kan verschilsommen met negatieve getallen uitrekenen met gebruik van de heksenketel

Extra uitdaging:
Ik kan verschilsommen met negatieve getallen uitrekenen zonder gebruik van de heksenketel

Slide 15 - Slide

Voor dinsdag
Er komt een filmpje op Magister te staan over de uitleg van <, > en =.
Bekijk deze voorafgaand aan de les zodat we meteen aan de gang kunnen met deze opdrachten.
Vragen kun je stellen via Microsoft Teams

Slide 16 - Slide