Recap all grammar - 1HA1 June 19th

June 19th - 1HA1
What do you need:
Your book
'PREPARE' notebook
A pen

1 / 18
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

June 19th - 1HA1
What do you need:
Your book
'PREPARE' notebook
A pen

Slide 1 - Slide

09:00-09:50

Eigen leerdoel: 
Goals
Plan: recap all grammar

At the end of the lesson:
- I know how to make the present simple and the present simple passive
- I can use the reflexive pronouns correctly in 10 sentences

Slide 2 - Slide

09:54
Homework
Do: Study the grammar

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

On your test
Vocab unit 17, 19 p. 145/146 - You are able to use vocabulary
Grammar reflexive pronouns: p. 163 - You can use reflexive pronouns 

Grammar Present simple passive + present simple: p. 165 + p. 147 + NOTES in your notebook! - You can use the present simple passive and the present simple.
Reading texts - You are able to understand texts and you are able to answer questions about the content. 
!! Irregular verbs !!!!

Slide 4 - Slide

until 09:08

4 min
Grammar recap: plan
I will explain/recap the grammar in Dutch mixed with the English terms. If I tell you to write along, do so, as some of this is not in your book (for the present simple passive).

Afterwards you will get the grammar in Dutch hand-out with a few practice exercises.
We will start with the easier part: reflexive pronouns

Slide 5 - Slide

Until 9:10
Voorkennis
Wat zijn de reflexive pronouns en wanneer gebruik je ze?

Slide 6 - Slide

Until: 09:14
Schrijf mee op het bord (verdeel deze in 2 delen)

3-4 min
Quick recap: reflexive pronouns
= Wederkerende voornaamwoorden (ze komen dus terug)
Gebruikt -self en -selves wanneer het onderwerp en het lijdend voorwerp/meewerkend voorwerp dezelfde persoon zijn.
Gebruikt by + -self/-selves om te praten over ‘(helemaal) alleen’ en/of ‘zonder hulp
I drove home by myself – alleen
My niece got dressed by herself for the first time – zonder hulp

Slide 7 - Slide

until: 09:15
hopelijk allemaal al benoemd in vorige slide.
2 min max
Voorkennis
Wat weten jullie nog over de gewone present simple. Dus niet de passive, maar de vorm:
'I walk to school every day'

Slide 8 - Slide

Until: 09:18
Wanneer gebruik je, hoe maak je.

Schrijf mee op het bord (verdeel deze helft in 2 delen)

3-4 min
Quick recap: Present simple
*Je gebruikt de present simple voor:
*- feiten  - water boils at 100 degrees
*- gewoontes - I walk to school every day

De present simple gebruikt vaak woorden als: every day/week/month, often, usually, always, never, twice a week, etc.

Slide 9 - Slide

until: 09:20
hopelijk allemaal al benoemd in vorige slide.
2 min max
Quick recap: Present simple
*Je maakt de present simple:
*+ persoon + ww (infinitive) + rest
*SHIT-rule: bij he/she/it gebruik je ww + s
- persoon + don't/doesn't + ww + rest
? Do/does + persoon + ww + rest
Je gebruikt does bij SHIT en daar staat nu je 's'. Dan geen 's' meer achter het gewone werkwoord. (does she walks = fout)

Slide 10 - Slide

until: 09:22
Benoem: uitzonderingen van de s op de hand-out
hopelijk allemaal al benoemd in vorige slide.
2 min max
Voorkennis
Wat weten jullie nog over de present simple passive?.

Op je toets: eeeerst de vraag 26 keer lezen om te kijken of er wordt gevraagd naar de present simple of de present simple passive!

Slide 11 - Slide

Until: 09:26
Wanneer gebruik je, hoe maak je.

Schrijf mee op het bord (verdeel deze helft in 2 delen)

3-4 min
Quick recap: Present simple passive
Je gebruikt de present simple passive:
1. Om te praten over wat er gebeurt met iets of iemand
2. Het niet uitmaakt wie het doet, of we weten niet wie het doet.

By: gebruiken einde vd zin we als we vinden dat het belangrijk is om te benoemen wie/wat de actie heeft gedaan/doet.
We are taught Maths by Mr. Green.

Slide 12 - Slide

until: 09:27
hopelijk allemaal al benoemd in vorige slide.
2 min max
Quick recap: Present simple passive
De present simple passive maak je:
+ Lijdend voorwerp + am/are/is + past participle + rest - books are read in class
- Lijdend voorwerp + am/are(n’t)/is(n’t) not + past participle + rest - books aren't read in class
? Am/are/is + lijdend voorwerp + past participle + rest + ? - are books read in class?

Slide 13 - Slide

until: 09:28
hopelijk allemaal al benoemd in vorige slide.
2 min max
Quick recap: Present simple passive
Stappenplan voor maken van de passive vanuit gewone zin:
1. Wat is het werkwoord?
2. Wat doet het werkwoord?
3. Dat woord zet je vooraan in de zin
4. + am/are/is + past participle (werkwoord verander je in deze vorm)
5. + de rest

Slide 14 - Slide

until: 09:30
Op het bord zetten: I study English en daarmee het stappenplan door.

2 min max
Present simple + Present simple passive samen:
Kijk of er een persoon in de zin staat. Staat deze vooraan in de zin, dan is het de present simple. Staat er alleen een persoon achteraan achter 'by' dan is het de present simple passive.
Tip voor opschrijven op de toets:
Ergens op je blaadje - Present simple heeft een persoon en gebruikt does. Present simple passive begint niet met persoon en GEEN DOES GEEN DOES GEEN DOES

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Hand-out
What: Krijgt van mij de hand-out. Maak de opdrachten onder 'oefenen'. Of het zo op de toets komt denk ik wel.
How: You may work together on whisper level
Help: the hand-out, your notes, each other, teacher
Time: +/- 15 minutes
Done: Study the words. Tomorrow we'll have a 'full' practice test
Outcome: This is homework

Slide 16 - Slide

until 09:45
10 min to do the assignments

Homework Tomorrow
Do the assignments on the hand-out. Study the words.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Goals
Raise your hand if it's true for you
- I know how to make the present simple and the present simple passive
- I can use the reflexive pronouns correctly in 10 sentences

What will you remember about this lesson? Or what did you learn?





Slide 18 - Slide

4-5 min ask answers these

No tidying up until I am finished rounding up the goals.