Week 5 - De overeenkomst (deel 2)

Verbintenissenrecht
De overeenkomst (deel 2)
1 / 28
next
Slide 1: Slide
VerbintenissenrechtMBOStudiejaar 1

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Verbintenissenrecht
De overeenkomst (deel 2)

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Vorige week
totstandkoming overeenkomst: 
  • aanbod en aanvaarding
inhoud van de overeenkomst: 
  • afspraak (contractvijheid)
  • wet (aanvullend en dwingend recht)
  • gewoonte (handjeklap)

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Deze week
inhoud van de overeenkomst: 
  • redelijkheid en billijkheid
niet-nakoming van verbintenissen:
  • vormen van niet-nakoming
  • gevolgen van niet -nakoming
herhaling 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Een groothandel in fietsen levert honderd fietsen aan fietsenhandel Geerts. Als Geerts zo’n 50 van de fietsen heeft verkocht, blijkt uit klachten van kopers dat er iets grondig mis is met het remsysteem van de fietsen. Alle fietsenmoeten worden teruggehaald voor vervanging van het remsysteem. Voor Geerts betekent dit een schadepost van € 5000,-. Geerts wendt zich met zijn schade tot de groothandel. Maar de groothandel wijst op de bepaling van het contract dat met Geerts is gesloten en waarin de groothandel IEDERE aansprakelijkheid voor schade veroorzaakt door gebreken in de geleverde fietsen uitsluit.
Moet Geerts genoegen nemen met deze reactie van de groothandel?

A
Ja, want het is een rechtsgeldig gesloten koopovereenkomst.
B
Nee, o.g.v. redelijkheid en billijkheid, art. 6:248 lid 2 BW.

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

In een contract spreken een leverancier en klant af dat de leverancier over zes maanden 10.000 meter katoen zal leveren voor € 5,- p/meter. In de zes maanden tussen koop en levering stijgt de katoenprijs op de wereldmarkt.

Leg uit of de leverancier de katoenprijs mag verhogen.

A
Ja, o.g.v. art. 6:258 BW
B
Nee, o.g.v. art. 6:258 BW

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

Leg uit of de verkoper uit de vorige vraag de prijs kan verhogen als het gaat om een vervijfvoudiging van de katoenprijs, die wordt veroorzaakt door een uitzonderlijke natuurramp.

A
Ja, o.g.v. 6:658 BW
B
Nee, o.g.v. 6:658 BW

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Niet-nakoming van verbintenissen
Als een schuldenaar zijn prestatie niet uitvoer, dan is er sprake van een tekortkoming in de nakoming. Er zijn vier vormen van niet-nakoming:

  • de prestatie wordt helemaal niet verricht
  • de prestatie wordt gedeeltelijk verricht
  • de prestatie wordt niet op tijd verricht
  • de prestatie wordt niet goed verricht.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Van welke vorm van niet-nakoming is hier sprake?
De wasmachine is wel geleverd, maar doet het niet.
A
De prestatie wordt helemaal niet verricht
B
De prestatie wordt gedeeltelijk verricht
C
De prestatie wordt niet op tijd verricht
D
De prestatie wordt niet goed verricht

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Van welke vorm van niet-nakoming is hier sprake?
De wasmachine is na de beloofde drie dagen nog steeds niet geleverd.
A
De prestatie wordt helemaal niet verricht
B
De prestatie wordt gedeeltelijk verricht
C
De prestatie wordt niet op tijd verricht
D
De prestatie wordt niet goed verricht

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Van welke vorm van niet-nakoming is hier sprake?
De wasmachine is niet betaald door de koper.
A
De prestatie wordt helemaal niet verricht
B
De prestatie wordt gedeeltelijk verricht
C
De prestatie wordt niet op tijd verricht
D
De prestatie wordt niet goed verricht

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

Van welke vorm van niet-nakoming is hier sprake?
De wasmachine wordt geleverd zonder afvoerslang.
A
De prestatie wordt helemaal niet verricht
B
De prestatie wordt gedeeltelijk verricht
C
De prestatie wordt niet op tijd verricht
D
De prestatie wordt niet goed verricht

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

Acties bij niet-nakoming
In geval van niet-nakoming kan een schuldeiser vier acties inzetten.

  1. Hij kan alsnog nakoming eisen
  2. Hij kan zijn eigen verplichting opschorten
  3. hij kan de overeenkomst ontbinden
  4. hij kan schadevergoeding eisen

Tip: een combinatie van meerdere acties kan ook.

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Sander koopt een schilderij. Het kan niet worden geleverd omdat de Art Gallery waar deze hing, is afgebrand, inclusief het schilderij.
Wat kan Sander nu eisen?
A
ontbinding, eventueel met schadevergoeding
B
nakoming, eventueel met schadevergoeding

Slide 14 - Quiz

schadevergoeding is afhankelijk van schuld/overmacht.
Een wasmachine wordt niet geleverd omdat de fabriek waar deze wordt gemaakt door de aardbeving in Turkije compleet is vernietigd.
Wat vindt jij: kan de schuldeiser schadevergoeding eisen?

Slide 15 - Open question

This item has no instructions

Opdrachten
Maak nu:
opdracht 12 (De overeenkomst)
opdracht 13 (Consumentenkoop)

Slide 16 - Slide

This item has no instructions

Nu even oefenen/herhalen....
Geef het juridische begrip voor onderstaande definities. Iedereen de aandacht erbij. We maken er een wedstrijdje van.

Slide 17 - Slide

This item has no instructions

Noem de juridische term voor:

uiting van een persoon waarin hij kenbaar maakt dat hij ten aanzien van een bepaald goed een overeenkomst met een ander wil sluiten door iets beschikbaar te stellen.
A
Aanbod
B
Aanvaarding

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Noem de juridische term voor:

bepalingen uit het Burgerlijk Wetboek waarvan partijen in hun contract af mogen wijken. Deze bepalingen vullen het contract aan als de partijen op een bepaald punt niets hebben geregeld. Als de partijen iets niet hebben geregeld, kunnen zij dus terugvallen op deze bepalingen uit de wet.
A
Dwingend recht
B
Aanvullend recht

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Noem de juridische term voor:

vrijheid van partijen om, binnen onze rechtsorde, zelf de inhoud van hun contract vast te stellen.
A
Redelijkheid en billijkheid
B
Contractvrijheid

Slide 20 - Quiz

This item has no instructions

Noem de juridische term voor:

aanbod dat nog kan worden ingetrokken onmiddellijk nadat het is aanvaard.
A
Aanvaarding
B
Vrijblijvend aanbod

Slide 21 - Quiz

This item has no instructions

Noem de juridische term voor:

houding die de wet van de bij een overeenkomst betrokken partijen vraagt om zich niet alleen door eigen belang te laten leiden, maar ook rekening te houden met de belangen van de wederpartij
A
Redelijkheid en billijkheid
B
Inlevingsvermogen

Slide 22 - Quiz

This item has no instructions

Noem de juridische term voor:

wilsgebrek waarbij de wil wordt gevormd onder invloed van bijzondere omstandigheden die de wederpartij kende en waarvan zij misbruik maakt.
A
Dwaling
B
Misbruik van omstandigheden

Slide 23 - Quiz

This item has no instructions

Noem de juridische term voor:

gebruik dat al lange tijd in een bepaalde kring of branche als 'recht' wordt ervaren.
A
Redelijkheid en billijkheid
B
Gewoonte

Slide 24 - Quiz

This item has no instructions

Noem de juridische term voor:

rechtshandeling die geen gevolgen heeft in het recht, omdat deze handeling meteen al ongeldig is.
A
Nietig
B
Vernietigbaar

Slide 25 - Quiz

This item has no instructions

Noem de juridische term voor:

onvoorwaardelijke acceptatie van het aanbod.
A
Het ja-woord
B
Aanvaarding

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Noem de juridische term voor:

situatie waarin de wil om een rechtshandeling aan te gaan, niet goed is gevormd vanwege dwang, bedrog of een onjuiste voorstelling van zaken, of waarin misbruik is gemaakt van bijzondere omstandigheden.
A
Handelingsonbekwaam
B
Wilsgebrek

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Volgende week
Verbintenissen uit de wet
  • zaakwaarneming
  • onverschuldigde betaling
  • ongerechtvaardigde verrijking
  • onrechtmatige daad (deel 1)

Slide 28 - Slide

This item has no instructions