BS4 + 5 planten en dieren

Thema 4 Ordening
BS4 Planten
BS5 Dieren

1 / 31
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Thema 4 Ordening
BS4 Planten
BS5 Dieren

Slide 1 - Slide

Lesindeling
Lesopening: oefenvragen vorige les
Uitleg BS4 + BS5: planten en dieren
Oefenvragen
Zelfstandig werken
Lesafsluiting

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Lesopening
Oefenen met enkele begrippen uit thema 4 ordening

Slide 4 - Slide

Gistcellen zijn meercellige organismen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quiz

Een meercellige schimmel bestaat uit schimmeldraden.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quiz

Je ziet hier een plaatje van een bacterie.
Welk onderdeel heeft de bacterie niet?
A
Celwand
B
Celkern
C
Bladgroenkorrels
D
Celmembraan

Slide 7 - Quiz

Wat is een omschrijving van het begrip soort?
A
Een groep organismen die veel op elkaar lijken
B
Een groep organismen die met elkaar samen leven
C
Een groep organisme die samen vruchtbare kinderen kunnen krijgen
D
Een groep organismen die dezelfde bouw hebben

Slide 8 - Quiz

Uitleg BS4 planten
TB pagina 172

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Plantencel
Celwand
Bestaat uit cellulose. Stevige laag om de cel.
Celmembraan
Dun vlies dat regelt welke stoffen de cel in en uit gaan.
Cytoplasma
Stroperige vloeistof waarin celorganellen liggen.
Vacuole
Blaasje met water. Geeft vorm en stevigheid aan de cel



Slide 11 - Slide

Welke onderdelen van de plantencel worden hier aangegeven? 
Celwand
Celkern
Bladgroenkorrel
Celplasma
Vacuole

Slide 12 - Drag question

BS5 Dieren
TB pagina 175

Slide 13 - Slide

Skelet

Slide 14 - Slide

Ongewervelde dieren
  • Dieren zonder een wervelkolom of ruggengraat
  • Ongewervelde dieren zijn doorgaans een stuk kleiner dan gewervelde dieren
  • Grootste groep: geleedpotigen

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Geleedpotigen

Slide 17 - Slide

Gewervelde dieren
  • Gewervelden hebben een inwendig skelet.
  • Een onderdeel van dit skelet is de wervelkolom, die is opgebouwd uit wervels 

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Oefenvragen lesstof 

Slide 21 - Slide

Bij welke stam van het plantenrijk hoort deze plant?
A
Mossen
B
Varens
C
Zaadplanten
D
Paardenstaarten

Slide 22 - Quiz

Tot welke stam van het plantenrijk hoort deze plant?
A
Naaktzadigen
B
Bedektzadigen
C
Bomen
D
Landplanten

Slide 23 - Quiz

Horen de SPONZEN bij het plantenrijk of bij het dierenrijk?
A
Plantenrijk
B
Dierenrijk

Slide 24 - Quiz

Je ziet hier van het dierenrijk een...
A
Amfibie
B
Vis
C
Vogel
D
Reptiel

Slide 25 - Quiz

Tot welke stam van het dierenrijk behoort deze mug?
A
Geleedpotigen
B
Sponzen
C
Stekelhuidigen
D
Weekdieren

Slide 26 - Quiz

Tot welke stam in het dierenrijk behoort de mens?
A
gewervelden
B
geleedpotigen
C
zoogdieren
D
reptielen

Slide 27 - Quiz

Je ziet hier van het dierenrijk een...
A
Zoogdier
B
Vis
C
Vogel
D
Reptiel

Slide 28 - Quiz

Zelfstandig werken
Maken BS4: opdracht 20+21+22+24
Maken BS5: opdracht 26 t/m 32
Leren begrippen BS4 + BS5

Slide 29 - Slide

Lesafsluiting

Slide 30 - Slide

Wat vond je van de les?
😒🙁😐🙂😃

Slide 31 - Poll