les 1

Deze les
Start nieuw hoofdstuk            (7)
Wie heeft het voor het zeggen?

Telefoons
Kauwgom in de prullenbak
1 / 32
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolmavoLeerjaar 3

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Deze les
Start nieuw hoofdstuk            (7)
Wie heeft het voor het zeggen?

Telefoons
Kauwgom in de prullenbak

Slide 1 - Slide

Deze les
Start nieuw hoofdstuk            (7)
Wie heeft het voor het zeggen?

Telefoons
Kauwgom in de prullenbak

Slide 2 - Slide




  • H
  • we maken gezamelijk de rekenopdrachten (5 t/m 7 blz 189)
  • ik bespreek kort de eerste paragraaf (wat is de overheid?)
  • je begint aan het huiswerk (opdrachten paragraaf 7.1)
  • we sluiten de les af met een aantal controlevragen
Deze les

Slide 3 - Slide

Opdracht 5
Gegeven:
AOW uitkeringen totaal € 38 miljard 
Aantal AOW-ers (mensen met deze uitkering) 
3,4 miljoen 

Gevraagd: gemiddelde AOW-uitkering
hoeveel nullen
hoeveel nullen
je deelt het totale bedrag door het aantal mensen

Slide 4 - Slide

Opdracht 6
Gegeven:
kaartje zwembad € 4,50 
zou eigenlijk € 6,- moeten kosten 

Gevraagd: hoeveel procent betaal je minder
gemeente geeft dus subsidie
(nieuw - oud) gedeeld door oud keer 100
nieuw is de € 4,50 oud is de € 6,-

Slide 5 - Slide

Opdracht 7
Gegeven:
productie en handel € 0,08
accijns € 0,25 
btw € 0,07 

Gevraagd: hoeveel procent van de prijs
bestaat uit accijns
deze drie bedragen bij elkaar is de prijs van één sigaret
deel gedeeld door geheel keer 100
deel is € 0,25 geheel is € 0,08 + € 0,25 + € 0,07

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video



7.1 Wat doet de overheid?
De overheid
Het Rijk (de centrale overheid)
Lagere overheden
- gemeente
- provincie
- waterschappen

Slide 8 - Slide

Centrale overheid (rijksoverheid)
Taak centrale overheid: regelen van zaken die voor het hele land van belang zijn
Bestuur: de ministers
Burgers kiezen: de Tweede kamer 


Subsidie
  • Bevorderen van gebruik of productie bepaalde goederen en diensten (bijvoorbeeld: elektrische auto, zonnenpanelen, startes bij aankoop 1e huis)
  • Zorgt voor innovatie (vernieuwing van productiemethodes of producten
Heffingen
  • Ongewenst gedrag remmen
  • Accijns (-> product wordt duurder bijv. tabak, alcohol en brandstof)
  • Energiebelasting 
  • Milieuheffing (-> bedrijven die milieuschade veroorzaken)

Slide 9 - Slide

Waarvoor ga je naar je gemeente?
  • rijbewijs, paspoort, verhuizing, trouwen
  • jeugd- en ouderenzorg
  • vergunningen
Bestuur van de gemeente
  • Burgemeester & Wethouders
  • Goedkeuring door gemeenteraad (gekozen door burgers)

Slide 10 - Slide

Provincie:
indeling grondgebied 
 (uitbereiden dorpen/steden en infrastructuur)

Slide 11 - Slide

Waterschappen     

beheren het water, zuiveren het
en nemen maatregelen tegen overstromingen)

Slide 12 - Slide

Collectieve goederen    

In ons land hebben we voorzieningen waar we allemaal gebruik van kunnen maken. Deze worden betaald door de overheid.

Slide 13 - Slide

0

Slide 14 - Video


Collectieve of publieke sectoroverheid en sociale zekerheidinstellingen

  • geen winstdoel
  • algemene middelen/ voor iedereen toegankelijk

Particuliere of private sector =

bedrijven en burgers

  • winstdoel


Collectieve en particuliere sector

Slide 15 - Slide

Privatisering
De overheid stoot wel eens een bedrijf af. 
Dan gaat dus het bedrijf van de collectieve sector naar de private sector. Dit heet privatisering.
Soms is de grens niet duidelijk, bijv. ziekenhuizen.

Slide 16 - Slide

Huiswerk volgende les 
Doornemen 
     paragraaf 7.1
Maken 
     alle opdrachten van deze 
     paragraaf 

Slide 17 - Slide

Voorzitter van de Tweede Kamer
A
Particuliere/private sector
B
Collectieve/publieke sector

Slide 18 - Quiz

Uit hoeveel lagen bestaat de overheid?
A
2
B
3
C
5
D
8

Slide 19 - Quiz

Wat is een voorbeeld van een subsidie?
A
De huur die je moet betalen
B
Het krijgen van huurtoeslag
C
Het betalen van je belasting
D
Een lening voor je auto

Slide 20 - Quiz

Met welke laag van de overheid heb jij het meeste te maken?
A
Gemeentes
B
Rijk
C
Provincie

Slide 21 - Quiz

Het waterschap heeft verschillende taken. Welke taak past bij het waterschap?
A
kwaliteit binnenzwembaden controleren
B
waterstand regelen van sluizen
C
weidevolgels beheren
D
A, B en C zijn alledrie goed

Slide 22 - Quiz


A
Particuliere/private sector
B
Collectieve/publieke sector

Slide 23 - Quiz

Nederland geeft subsidie voor
A
zonnepanelen
B
vliegvakantie
C
tolwegen
D
geen van antwoorden zijn juist

Slide 24 - Quiz

De gemeentes in West-Friesland willen graag bouwen. Wie bepaalt of er gebouwd mag worden?
A
Rijk
B
Provincie
C
Gemeentes

Slide 25 - Quiz

Wat is subsidie?

Subsidie...
A
is een bijdrage van de overheid
B
is hetzelfde als accijns
C
moet je betalen aan de overheid
D
maken producten duurder

Slide 26 - Quiz


A
Particuliere/private sector
B
Collectieve/publieke sector

Slide 27 - Quiz

Welke overheid behoort niet tot de lagere overheid?
A
het Rijk
B
de provincies
C
de gemeente

Slide 28 - Quiz

Welke verantwoordelijkheid hoort bij een waterschap
A
Beheer van dijken
B
Onderhoud bibliotheek
C
aanleg van een fietspad op een dijk
D
Leveren van drinkwater

Slide 29 - Quiz

Door subsidie is een kaartje 32,50. zonder subsidie zou dit 45,- zijn. Bereken hoeveel procent de subsidie is van de normale prijs.
A
72,2%
B
27,8%
C
38,5%
D
51,3%

Slide 30 - Quiz


Werken bij defensie
A
Particuliere/private sector
B
Collectieve/publieke sector

Slide 31 - Quiz

Op benzine zit subsidie
A
Eens
B
Oneens

Slide 32 - Quiz