1HV H3.4 Ruiken en proeven

H3.4 Ruiken en proeven 
1 / 30
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H3.4 Ruiken en proeven 

Slide 1 - Slide

Wat is jouw favoriete geur?
Waarom is kunnen ruiken zo belangrijk?

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Lesprogramma
Let op! Proef over 2 weken!
Uitleg H3.3 over smaak en reuk
Lesson up quiz over zintuigen

Slide 4 - Slide

Zintuigen bij het proeven

Slide 5 - Slide

Zintuigen bij het proeven
Reukzintuigen
Smaakzintuigen
Ogen = Zichtzintuigen
Oren = Hoorzintuigen
Tastzintuigen
Warmtezintuigen
Koudezintuigen

Slide 6 - Slide

De Neus
Bestaat uit de volgende onderdelen:
  • Neusholte 
  • Neusslijmvlies (in de neus)
  • In het bovenste neusslijmvlies zitten de reukzintuigencellen
  • Deze cellen vangen geurdeeltjes op met hun receptoren

Slide 7 - Slide

H3.3 Ruiken 
Geurdeeltjes (prikkels) in je neus worden opgevangen door zintuigcellen met receptoren. Verschillende receptoren vangen verschillende deeltjes op. De zintuigcellen zetten de prikkel om in een impuls en geven deze via de geurzenuw door aan de hersenen.

Slide 8 - Slide

Reukzintuig

Slide 9 - Slide

Neus en mond
Om eten te proeven werken je neus en mond samen!

Slide 10 - Slide

Welke smaken proef je met je tong?
- Zoet
- Zout
- Bitter
- Zuur
- Umami

De smaak van eten is een combinatie van impulsen uit je reukzintuigcellen en smaakzintuigcellen

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Wat vangen de zintuigcellen in je zintuigen op?
A
Impulsen
B
Zenuwen
C
Prikkels
D
Licht

Slide 13 - Quiz

Zintuigcellen zetten impulsen om in prikkels
A
juist
B
onjuist

Slide 14 - Quiz

Welke zintuig ligt er NIET in je huid?
A
Warmtezintuig
B
Koudezintuig
C
Lichtzintuig
D
Pijnzintuig

Slide 15 - Quiz

De zenuw van de zintuigen naar de hersenen heet de
A
Bewegingszenuwcel
B
Gevoelszenuwcel
C
Schakelcel
D
Zintuigzenuwcel

Slide 16 - Quiz

Welk vlies in je oog voert voedingsstoffen naar je oog?


A
Het hoornvlies.
B
Het netvlies
C
Het vaatvlies
D
Het voedingsvlies

Slide 17 - Quiz

Accommoderen van je oog betekent dat er meer licht in je oog komt.
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quiz

Als je dichtbij kijkt..
A
Is je lens bol en het straallichaam ontspannen
B
Is je lens bol en het straallichaam aangespannen
C
Is je lens plat en het straallichaam ontspannen
D
Is je lens plat en het straallichaam aangespannen

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Slide

Deze persoon staat in het
A
Licht
B
Donker

Slide 21 - Quiz

Oorschelp
Gehoorzenuw
Evenwichts-orgaan
Gehoorgang
Buis van 
Eustachius
Slakkenhuis
Gehoor-beentjes

Slide 22 - Drag question

Als je een piep in je oor hebt
A
Heb je lang naar muziek geluisterd
B
Heb je naar harde muziek geluisterd
C
Heb je te lang naar te harde muziek geluisterd

Slide 23 - Quiz

Wat kun je doen om te voorkomen dat je gehoorschade oploopt?

Slide 24 - Open question

Met welke zintuigcel zie je kleuren?
En waar liggen deze zintuigcellen?
A
Kegeltjes - In het hoornvlies
B
Kegeltjes - In het netvlies
C
Staafjes - In het hoornvlies
D
Staafjes - In het netvlies

Slide 25 - Quiz

Waar bevinden zich de reukzintuigcellen?
A
bij Q
B
bij R
C
bij P
D
bij S

Slide 26 - Quiz

Waarom is autorijden gevaarlijker met 1 oog?
A
Je kan maar 1 kant van de weg zien
B
Je beeld is donkerder
C
Mensen raken afgeleid door je coole ooglapje
D
Je kunt minder goed diepte waarnemen

Slide 27 - Quiz

het reuk zintuig is deel van het...
A
reukslijmvlies
B
neusslijmvlies
C
geurstofslijmvlies
D
smaak/reukslijmvlies

Slide 28 - Quiz

Welk onderdeel van de geurzintuigcel vangt de geurdeeltjes op in je neus?
A
De receptor
B
Het slijmvlies
C
De zenuwcel
D
De smaakpapillen

Slide 29 - Quiz

Aan de slag

Slide 30 - Slide