9.1 wat is criminaliteit

Wat gaan we doen?
9.1 Wat is criminaliteit? en 9.2 Risicofactoren
Leerdoelen
Uitleg 
'huiswerk'

1 / 31
next
Slide 1: Slide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Wat gaan we doen?
9.1 Wat is criminaliteit? en 9.2 Risicofactoren
Leerdoelen
Uitleg 
'huiswerk'

Slide 1 - Slide

Leerdoel
Aan het eind van deze les kun je:

1) Herkennen en uitleggen wat criminaliteit is

2) Uitleggen wat het verschil is tussen overtredingen en misdrijven

3)Herkennen en uitleggen dat criminaliteit tijd- en plaatsgebonden is

Slide 2 - Slide

Nieuws kijken
Herken je al criminaliteit?

Slide 3 - Slide

Waar denk je aan bij criminaliteit?

Slide 4 - Mind map

Wat is criminaliteit?


Alle misdrijven zoals die de wet staan


Misdrijven: Ernstige strafbare feiten

   -Strafblad: als je ouder dan 12 bent en een misdrijf pleegt

   -Zwaardere straffen

   -Rechtszaak

Overtredingen: strafbare feiten die minder erg zijn



Slide 5 - Slide

Openbare dronkenschap?
A
Overtreding
B
Misdrijf
C
Niet strafbaar

Slide 6 - Quiz

Fiets stelen?
A
Overtreding
B
Misdrijf
C
Niet strafbaar

Slide 7 - Quiz

Een snoepje stelen bij de kruidvat?
A
Overtreding
B
Misdrijf
C
Niet strafbaar

Slide 8 - Quiz

Door rood rijden
A
Overtreding
B
Misdrijf
C
Niet strafbaar

Slide 9 - Quiz

Asociaal gedrag
Iets doen waarbij je geen rekening houdt met de mensen om je heen en zij daar last van hebben.

Afhankelijk van plaats, tijd en cultuur.

Slide 10 - Slide

Rechtsregels zjn tijdgebonden
  • Spugen was vroeger een misdrijf

  • Sinds 1970 is overspel niet meer strafbaar

  • Tegenwoordig is hacken van computers strafbaar

  • Vroeger stonden er gevangenisstraffen op homoseksualiteit

Slide 11 - Slide

Rechtsregels zijn plaatsgebonden
  • In Nederland is abortus en euthanasie toegestaan

  • In Nederland mogen homo’s met elkaar trouwen

  • (Vuur)wapens zijn in Nederland verboden

  • Nederland kent geen doodstraf

Slide 12 - Slide

Welk gedrag wordt beschouwd als een misdrijf?
A
Geen id kaart bij je hebben
B
In het donker fietsen zonder licht
C
Mobiel bellen achter het stuur
D
Een winkeldiefstal plegen

Slide 13 - Quiz

Een ander woord voor strafbaar feit noem je een...?
A
conflict
B
inzicht
C
delict
D
stoplicht

Slide 14 - Quiz

Wildplassen valt onder:
A
overtredingen
B
misdrijven
C
veelvoorkomende criminaliteit
D
zware criminaliteit

Slide 15 - Quiz

Bij welke soort criminaliteit kom je alleen in aanraking met de politie en niet met justitie?
A
veelvoorkomende criminaliteit
B
overtredingen
C
zware criminaliteit
D
misdrijven

Slide 16 - Quiz

Overspel was vroeger nog strafbaar, maar is in 1970 afgeschaft. Dit is een voorbeeld van?
A
Plaatsgebonden criminaliteit
B
Tijdsgebonden criminaliteit

Slide 17 - Quiz

Immateriële schade

Slide 18 - Slide

Materiële gevolgen

Slide 19 - Slide



Criminaliteit





9.2 Oorzaken van criminaliteit

Slide 20 - Slide

Risicofactoren



= omstandigheden die de kans op crimineel gedrag vergroten

Er zijn in totaal 5 risicofactoren....

Slide 21 - Slide

Slechte opvoeding (1)

Ouders hebben een voorbeeldfunctie, maar dat voorbeeld kan ook verkeerd zijn.

Het aanleren van verkeerde normen en waarden.

Slide 22 - Slide

Groepsdruk (2)
= Het gevoel hebben dat je je moet aanpassen aan de gewoonten van de groep.

Meegaan in het vertonen van crimineel gedrag uit angst om er anders niet bij te horen.

Slide 23 - Slide

Alcohol of drugs (3)
Onder invloed vertonen mensen ander gedrag dan wanneer zij nuchter zijn.

Bij 40% van de geweldsmisdrijven is er alcohol gedronken.

Slide 24 - Slide

Spijbelen en schooluitval (4)



Het is bewezen dat jongeren die veel spijbelen of van school gaan zonder diploma vaker in aanraking komen met justitie.

Slide 25 - Slide

Biologische factoren (5)


Als je een (psychische) stoornis hebt kan je extreem agressief reageren en daardoor eerder geweld plegen.

Slide 26 - Slide

Maatschappelijke omstandigheden 

Naast persoonlijke kenmerken zijn er ook algemene omstandigheden die crimineel gedrag kunnen versterken:

1. Slechte leefomstandigheden.
2. Minder strenge normen.
3. Minder sociale controle.

Slide 27 - Slide

Opvallende cijfers
Jongens en mannen

Jongeren (15 - 25 jaar)

Niet-westerse migratie achtergrond

Slide 28 - Slide

Aan de slag 
P166 - Paragraaf 9.1
Opdracht 1 t/m 8
P169 - Paragraaf 9.2
Opdracht 1 t/m 5 en 9 

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

Wat ga je nu doen?
Paragraaf 9.1 maken

Slide 31 - Slide