niv 2 pv en ond

Welkom! Grammaticales
Leerdoelen. Je kent:
- het onderwerp
- de persoonsvorm
- het gezegde
in zinnen. 
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom! Grammaticales
Leerdoelen. Je kent:
- het onderwerp
- de persoonsvorm
- het gezegde
in zinnen. 

Slide 1 - Slide

Wat weet jij over het onderwerp in de zin?

Slide 2 - Open question

Onderwerp
- Het onderwerp is iets of doet iets. 
- Je kan met een vraag het onderwerp in de zin vinden. 

- wie/wat + is iets/doet iets? 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Wat weet je over de persoonsvorm? Wat is het?

Slide 5 - Open question

Persoonsvorm (pv)

De persoonsvorm is een werkwoord die zich

aanpast aan het onderwerp.

Verandert het onderwerp, dan verandert de persoonsvorm mee.



Ik loop

Jij loopt

Wij lopen

Slide 6 - Slide

Persoonsvorm

Slide 7 - Slide

Onderwerp en persoonsvorm
Leon heeft de wedstrijd gewonnen.
Vraag: Wie heeft de wedstrijd gewonnen?

Zet de zin in de verleden tijd.
Welk woord verandert?
Is de persoonsvorm 

Slide 8 - Slide

Onderwerp en persoonsvorm
Onderwerp enkelvoud? Dan persoonsvorm ook.

Meervoud? Dan persoonsvorm ook.

Ik heb een nieuwe laptop
Zij hebben een nieuwe laptop

Slide 9 - Slide

"De orkaan heeft een groot deel van de stad verwoest." Wat is het onderwerp in deze zin?

Slide 10 - Open question

"De orkaan heeft een groot deel van de stad verwoest." Wat is de persoonsvorm in deze zin?

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide