4.4 de wintersportbeurs

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Klas 2

Hoofdstuk 4 Kopen een kunst

4.4 De wintersportbeurs

Lesprogramma

• Terugblik (kort!)
• Uitleg 4.4 De wintersportbeurs
• Maken opgaven blz 116 t/m 119 + rekentrainer paragraaf 4 (bladzijde 132)

Terugblik les 4.3

Waar kun je informatie uithalen bij een lijndiagram?

1. Uit de legenda
2. Uit de horizontale as.
3. Uit de titel
4. Uit de verticale as.

Werden er in 2015 meer of minder boeken uitgeleend dan in 2010?

1. minder
2. meer

Leerdoelen 4.4

• Ik kan uitleggen wat de invloed is van vraag naar en aanbod van een product op de prijs.

Vraag

• Vraag:De hoeveelheid van een product die kopers willen kopen.
  
• Vraag wordt beïnvloed door: Smaak, inkomen van de consument, etc.)

bestedingsinflatie

Prijsstijging als gevolg van schaarste van producten die niet snel kan worden opgelost.

0

Vraag in de grafiek

Belangrijk voor de vraag is de prijs:

• Hoge prijs --> lage vraag
• Lage prijs --> hoge vraag

Hoeveel skipakken worden er gevraagd bij een prijs van €900,- ?

1. 100
2. 300
3. 900

Aanbod

AANBOD: De hoeveelheid van een product die verkopers willen verkopen.

Belangrijk voor de grootte van het aanbod:
prijs van het product, kennis, ervaring, gereedschap, aantal werknemers in het bedrijf.

Aanbod in de grafiek

Belangrijk voor het aanbod is de prijs:

• Hoge prijs --> aanbod hoog
• Lage prijs --> aanbod laag

Hoeveel skipakken worden er aangeboden bij een prijs van €300,- ?

1. 100
2. 300
3. 900
4. 0

Vraag

De hoeveelheid van een product die de consumenten samen willen kopen.

- smaak

- inkomen

- reclame

- mode 

Aanbod

De hoeveelheid die de ondernemers samen willen verkopen. 

- omvang bedrijf (hoe groot?)

-  kennis

- ervaring

Markt

Het geheel van vraag naar en aanbod van een product bij elkaar.

Bijvoorbeeld: Alle vraag en aanbod van bloemen bij elkaar noemen we de markt voor bloemen.

Andere voorbeelden de huizenmarkt, de energiemarkt en de markt voor telefoonproviders. 

vraag > aanbod

vraag < aanbod 

Wanneer er veel aanbod is en weinig vraag dan .... de prijs.

1. Stijgt
2. Daalt

Hoeveel skipakken worden er gevraagd bij een prijs van €100,- ?

1. 100
2. 300
3. 900

Aan de slag

Wat ? opgaven 1 t/m 5 op bladzijde 116             

Hoe ? In stilte ( geen vragen)

Tijd ? 10 minuten

uitkomst ?bespreken

Klaar ? lees eerst de leertekst op bladzijde 117. Daarna maak opgaven 6 t/m 12. Daarna rekentrainer paragraaf 4 op blz 132

Wat ? lees eerst de leertekst op bladzijde 117. Daarna maak opgaven 6 t/m 12. Daarna rekentrainer paragraaf 4 op blz 132

Hoe ? Op fluistertoon. Ik loop langs voor vragen

Klaar ? Laat mij zien en kijk en dan mag je nakijken