Feesten en rituelen

• Godsdienst
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4

Belangrijke feesten en rituelen 

en

Belangrijke feesten

Leerdoelen

Je kunt een aantal belangrijke feesten noemen die belangrijk zijn in het hindoeïsme.

Je kunt de bijbehorende verhalen verwoorden en uitleggen.

Je kent de belangrijkste riten van hindoes die horen bij het jaarcyclus.

Dit is de god die in Mumbai wordt vereerd. Hij staat symbool voor wijsheid en rijdt op een rat.

1. Krishna
2. Hanoeman
3. Brahma
4. Ganesha

Dit is de scheppergod en wordt vaak afgebeeld met 4 hoofden. Hij is getrouwd met Saravati.

1. Krishna
2. Hanoeman
3. Brahma
4. Shiva

Sarvati

Parvati

Lakshmi

Brahma

Shiva

Vishnu

Rituelen in het dagelijks leven.

• Gebed
  
• Ritueel wassen
  
• Goden vereren , puja (blz. 36)
  
• Tempel bezoeken (meestal alleen op feestdagen)
  

Rituelen van het jaar.

Holi

Divali

Holi feest

 Vindt plaats in maart. 

Voorjaar = Nieuwjaar;

brandstapel = holika; 

kleurstof strooien.

Betekenis: Een nieuw begin.

Divali

lichtfeest

nieuwe maan  

Verering van Lakshmi

cadeautjes 

dia's zijn lichtjes 

Betekenis: Het goede overwint het kwade

Wat hoort niet bij Divali?

1. Lakshmi
2. dia's
3. schoonmaken
4. holika

Wat hoort niet bij Holi?

1. Vishnu
2. gekleurd poeder
3. Holika
4. cadeautjes

Rituelen in de levenssyclus.

Geboorte

Huwelijk

Overlijden

Geboorte

• Priester spreekt een zegenspreuk tijdens zwangerschap.
  
• Naamgeving na raadpleging horoscoop en hoort bij de kaste.
  
•  Haar wordt afgeschoren na 1e jaar en wordt in deeg gerold en in stromend water gegooid.
  

Huwelijk

• 70 % gearrangeerd door ouders.
  
• Bruidschat gegeven door de vader van de bruid.
  
• 7 x om offervuur lopen; verbonden door koord. 
  
• Rijst en graan wordt in het vuur gegooid. Offer voor de goden.
  

Overlijden

• Magische spreuken uitgesproken door de zoon.
  
• Rijst offeren aan de goden.
  
• Cremeren
  
• As van overledene in stromend water, bij voorkeur heilige rivier zoals Ganges of Indus.
  

Huiswerk

Maken blz. 38
Vraag 9