Hoofdstuk 1

• Ec
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

Economie

Wat is economie?

Waarom zou het belangrijk zijn om iets te leren over de economie?

Hoe kan ik deze auto het best betalen?

1. Kopen met gespaard geld
2. Geld lenen bij de bank

Een tijdje geleden was dit product super duur. Waarom?

1. Er waren er maar heel weinig van
2. Iedereen wil dit product hebben, daarom is het duur

Een appel kost 0.53 cent. Je betaald met de pin. Hoeveel wordt er van je bankrekening afgeschreven?

1. 0,53 cent
2. 0, 55 cent

Betekenis economie

Economie gaat over de behoefte van mensen wat ze nodig hebben. De keuzes die zij maken om in die behoefte te voorzien.

Leerdoelen

Begrippen

Basisbehoefte Wat je nodig hebt om als basis om te leven	Overige behoefte Dingen die je leven leuker of makkelijker maken
Goederen Producten die je kunt zien en beetpakken.	Diensten Iemand voorziet in jouw behoefte door iets voor jou te doen
Consumeren Goederen of diensten kopen om in je behoeften te voorzien.	Zelfvoorzienend Zelf iets maken waarmee je in je eigen behoeften kunt voorzien

Maakwerk

Maak vraag 1 t/m 16

Let op: lees de teksten tussen de vragen goed door.

Klaar ? Haal een nakijkblad op. 

Leerdoelen

1.2

Waarom koop je dat?

Begrippen: herhaling 1.1

Basisbehoefte Wat je nodig hebt om als basis om te leven	Overige behoefte Dingen die je leven leuker of makkelijker maken
Goederen Producten die je kunt zien en beetpakken.	Diensten Iemand voorziet in jouw behoefte door iets voor jou te doen
Consumeren Goederen of diensten kopen om in je behoeften te voorzien.	Zelfvoorzienend Zelf iets maken waarmee je in je eigen behoeften kunt voorzien

Begrippen: herhaling 1.2

Budget Het geld waarover je kunt beschikken .	Sociale beïnvloeding De invloed van andere mensen op wat je koopt.
Commerciële beïnvloeding De invloed van winkeliers en fabrikanten op wat je koopt	Reclame Fabrikanten en winkeliers trekken je aandacht voor een bepaald product

Proefberekening

De Dubaireep kost 13,50.

Op de Dubaireep krijg nu 20% korting. Wat kost de reep dan?

Stap 1: maak van de vraag een Som..............

Stap 2: vul de formule in........

Maak nu vraag 20 t/m 32

Klaar? laat je opdrachten aan mij zien

Dan mag je nakijken

Proefberekening

De Dubaireep kost 13,50.

Op de Dubaireep krijg nu 20% korting. Hoeveel korting krijg je?

Stap 1: maak van de vraag een Som..20% van 13,50

Stap 2: vul de formule in

20:100 x 13,50= 2,7

De reep kost nu........

1.3

Sta je sterk als consument?

Begrippen: herhaling 1.2

Budget Het geld waarover je kunt beschikken .	Sociale beïnvloeding De invloed van andere mensen op wat je koopt.
Commerciële beïnvloeding De invloed van winkeliers en fabrikanten op wat je koopt	Reclame Fabrikanten en winkeliers trekken je aandacht voor een bepaald product

Rekenen: herhaling korting

Rekenen: herhaling korting

Een stoel bij de IKEA kost 55 euro. Je krijgt 15% kassakorting. 

Bereken de korting en de nieuwe prijs.

Stap 1
Stap 2
Prijs

Rekenen: herhaling korting

Een stoel bij de IKEA kost 55 euro. Je krijgt 15% kassakorting. 

Bereken de korting en de nieuwe prijs.

Stap 1	15% van 55 =
Stap 2	15 : 100 x 55 = 8,25
Prijs	55 - 8,25 = 46,75

Begrippen 1.3

Consumentenorganisaties Organisaties die de consument steunen	NVWA De Nederlandse voedsel en waren autoriteit
Vergelijkend waren onderzoek Test waarin producten van verschillende merken met elkaar	Garantie De zekerheid dat een winkelier een product in orde maakt als daarmee binnen een bepaalde tijd iets mis is
Deugdelijk product Een product dat bij normaal gebruik een redelijke tijd meegaat

Maakwerk

bladzijde 20

Opdracht 36 t/m 49

Klaar?

Laat je werk aan mij zien en vraag het nakijkboek.

Hoe berekenen je het gemiddelde cijfer?

                                                                       

                                                                         \

 Rapport Juff Carolien

Nederlands: 4.1

Wiskunde: 7.4

Engels: 6.3

Geschiedenis: 9.9

Aardrijkskunde: 5.8

Biologie: 5.4

Economie: 6.8

NASK: 5.7

Koken: 6

Techniek: 7

Gym: 7

Techniek: 6

Tekenen: 7.3

Berekenen het gemiddelde

                                                                       Wat is het gemiddelde cijfer?

                                                                      Mag Juff Carolien naar 3B?

 Rapport Juff Carolien

Nederlands: 4.1

Wiskunde: 7.4

Engels: 6.3

Geschiedenis: 9.9

Aardrijkskunde: 5.8

Biologie: 5.4

Economie: 6.8

NASK: 5.7

Koken: 6

Techniek: 7

Gym: 7

Techniek: 6

Tekenen: 7.3

Herhaling 1.3

Is vraag 41, 42 en 43 af?

en nagekeken?

Ja: Top!

Nee: je gaat die nu maken

Herhaling:Begrippen 1.3

Consumentenorganisaties Organisaties die de consument steunen	NVWA De Nederlandse voedsel en waren autoriteit
Vergelijkend waren onderzoek Test waarin producten van verschillende merken met elkaar	Garantie De zekerheid dat een winkelier een product in orde maakt als daarmee binnen een bepaalde tijd iets mis is
Deugdelijk product Een product dat bij normaal gebruik een redelijke tijd meegaat

1.4

Kom je uit met geld?

Begrippen

Inkomen Al het geld dat je als persoon of als gezin ontvangt.	Soorten inkomen Mensen kunnen een inkomen hebben in de vorm van: loon (salaris), winst een uitkering
Begroting Een overzicht van je verwachte inkomsten en verwachte uitgaven voor de komende periode	Vaste lasten Uitgaven die je met een vaste regelmaat moet betalen
Huishoudelijke uitgaven Dagelijkse uitgave	Incidentele uitgaven Meestal grotere uitgave die je af en toe doet

Een begroting maken

Overzicht: inkomen - uitgaven

Bedrag van week/maand/jaar berekenen

1.4

1. 

Start op pagina 26

Je maakt opdracht 52 t/m 65

Klaar?

Dan ga je nakijken. 

2. Start op pagina 34

Maak de samenvatting

Klaar?

Dan ga je nakijken.

Pak je agenda

Maandag 9 september: oefenentoets H1 en herhalingsopdrachten

Donderdag 12 september: Proefwerk H1

Start op pagina 40: maak de herhalingsopdrachten. LET op KADER niet!

Klaar kijk de opdrachten na en verbeter je antwoorden!

Start op pagina 38: maak de oefentoets

Klaar kijk de opdrachten na en verbeter je antwoorden!