Examentrainer weer en klimaat hoofdstuk 2

Welkom bij de examentraining Aardrijkskunde! 
1 / 19
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 4

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom bij de examentraining Aardrijkskunde! 

Slide 1 - Slide

Lesplanning 
Aanwezigheid

Mededelingen: Examen aardrijkskunde vrijdag 16 mei 2025 13:30 - 15:30

Uitleg: herhaling hoofdstuk 2 of 3

Maak: vraag 5 t/m 7 uit het examen van 2024

Bespreken: paar examenvragen

Lesafsluiter: specifieke vragen over het onderwerp



Slide 2 - Slide

De klas splitsen
Welk hoofdstuk wil je volgen?

Slide 3 - Mind map

Weer
verschijnselen
Het weer in Spanje en Nederland wordt beïnvloed door drie verschijnselen:

1. Ontmoeting warme en koude lucht

2. Het Azoren-hoog

3. Tijdelijke hogedrukgebieden


Slide 4 - Slide

Verschijnsel 1: 
Ontmoeting warme en koude lucht:

  • Door de Wet van Buys Ballot draaien warme lucht (warmtefront) en koude lucht (koude front) lucht om elkaar heen.  

  • Warmtefront en koudefront mengen slecht met elkaar. De luchtsoorten draaien met een spiraalbeweging linksom in elkaar,

 Occlusiefront: koufront haalt het warmtefront in.

Slide 5 - Slide

Verschijnsel 2:
Het Azorenhoog is een grote hogedrukzone rond 30⁰N.B. nabij de eilandengroep de Azoren 

Ontstaat door de uitwisseling van warmte tussen 
de tropen en de poolgebieden. 

  • Zomer: Ligt dit gebied noordelijker waardoor depressies in een noordelijke route gedwongen worden van west naar oost.

  • Winters: Ligt dit gebied zuidelijker en is zwak waardoor depressies in een zuidelijk route gedwongen worden van west naar oost.



Gevolgen weer Spanje
Gevolgen weer Nederland
Zomer: droog en zonnig
Winter: frontale neerslag
Zomer: frontale neerslag
Winter: nauwelijks van invloed

Slide 6 - Slide

Verschijnsel 3:
Tijdelijke hogedrukgebieden boven het binnenland van Europa
In de winter koelt het landoppervlak en de lucht erboven erg af, dat de lucht daar gaat dalen, een hoge drukgebied ontstaat. Er waait in Nederland een oostenwind en is het koud. Het kan dan langere tijd vriezen.

Slide 7 - Slide

Klimaten in Spanje
Noorden: Gematigd Klimaat
  • Zachte winters
  • koele zomers
  • Hele jaar neerslag.

Zuiden + oosten: Middellandse Zeeklimaat
  • Droge, warme zomers
  • Zachte winters met neerslag

Slide 8 - Slide

Klimaten in Spanje
Binnenland: Landklimaat
  • Hete zomers en koude winters.

Berggebieden: Hooggebergteklimaat

  • Pyreneeën
  • Sierra Nevada

Zuidkust en stukje binnenland: 
Steppeklimaat
  • Valt erg weinig neerslag

Slide 9 - Slide

Neerslagverdeling 
Neerslagverdeling = de verdeling van neerslag in een gebied.

Neerslagverdeling van Spanje:
  • In gebieden met een Gematigd zeeklimaat:
Heel jaar neerslag.
 
  • In gebieden met een Middellands Zeeklimaat:
Droge zomers +  natte winters.

  • In gebieden met een steppeklimaat:  
Bijna het hele jaar droog.

Slide 10 - Slide

Neerslag
intensiteit
Hoeveelheid neerslag per tijdseenheid, bijvoorbeeld per uur of per dag. 
De neerslagintensiteit wisselt per seizoen en per klimaat. 

In Spanje komen periode voor van droogte maar ook van veel regenbuien.

Bij een wolkbreuk valt 25 mm of meer neerslag in een uur.
Het water krijgt dan niet de kans om in de ondergrond te infiltreren en stroomt meteen over land af.

Gevolg: Piekafvoer          overstromingen
In Murcia (Spanje) viel op 17 en 18 december 2016 142,8 mm neerslag.

Slide 11 - Slide

 Nuttige neerslag
Hoeveel water er beschikbaar is in een land, kijk je naar:
 Nuttige neerslag: Het verschil tussen de hoeveelheid neerslag en de verdamping in een gebied. Deze kan positief zijn (neerslagoverschot) of negatief (neerslagtekort)

Spanje: in droge gebieden heerst er een neerslagtekort. Verdamping is hoger dan de neerslag.

Nederland: heeft een neerslagoverschot. De neerslag is hoger dan de verdamping

Slide 12 - Slide

Waterbalans
Bij de hoeveel water er beschikbaar is in een land, kijk je ook naar:
Waterbalans: waterbalans van een gebied is de optelsom van de nuttige neerslag (neerslag-verdamping) en de aan- en afvoer van grond- en oppervlaktewater over een langjarig gemiddelde.

Spanje: Door de hoge temperatuur in sommige gebieden heeft Spanje een negatief waterbalans. De verdamping is groter dan de hoeveelheid neerslag die er valt.

Nederland: De invoer van water is hoger dan de uitvoer van water. Nederland heeft een positief waterbalans

Slide 13 - Slide

Klimaten in Spanje
Binnenland: Landklimaat
  • Hete zomers en koude winters.

Berggebieden: Hooggebergteklimaat

  • Pyreneeën
  • Sierra Nevada

Zuidkust en stukje binnenland: 
Steppeklimaat
  • Valt erg weinig neerslag

Slide 14 - Slide

Irrigatie technieken

Slide 15 - Slide

 Verzilting
Nadeel van irrigatie: verzilting = zout worden van de bodem.

In water zitten altijd zouten. Als je gaat irrigeren, zal een groot deel van dat water verdampen
De zouten kunnen niet verdampen en blijven in de laag van de bodem waar de wortels van gewassen groeien. 

De gewassen sterven af en
de bodem wordt ongeschikt voor landbouw!

Oplossingen: Drainage of druppelirrigatie


Slide 16 - Slide

Aan het werk 
Wat?
 Vraag 5 t/m 7 uit het examen van 2024
Hoe?
Zelfstandig in STILTE (Dat doe je namelijk bij het examen ook😉)
Hulp
Brein, Boek, Buur, Bureau 
Tijd
Timer

Daarna bespreken we een paar examenvragen


Klaar?
Lees hoofdstuk 2 door

timer
10:00

Slide 17 - Slide

Examenvragen bespreken

Slide 18 - Slide

Welke vragen heb jij
over hoofdstuk 2?

Slide 19 - Mind map