Schrijven betoog 4havo les 1

Schrijven zakelijke teksten, les 1
  • komende ca. 10 lessen: schrijven zakelijke teksten
  • eerst: uitleg over wat we gaan doen en opfrissen wat je nog weet
  • daarna: oefenen met zelf schrijven
  • doel: zelf synthesetekst schijven in SE-week
  • Beoordeling op opbouw, kenmerken synthesetekst, stijl, spel- en taalfouten
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Schrijven zakelijke teksten, les 1
  • komende ca. 10 lessen: schrijven zakelijke teksten
  • eerst: uitleg over wat we gaan doen en opfrissen wat je nog weet
  • daarna: oefenen met zelf schrijven
  • doel: zelf synthesetekst schijven in SE-week
  • Beoordeling op opbouw, kenmerken synthesetekst, stijl, spel- en taalfouten

Slide 1 - Slide

Hoe zien schrijflessen eruit?
  • Vandaag: opfrissen
  • Les 2: individueel maken bouwplan en schrijven betoog (met de hand, geen laptops)
  • Daarna verder oefenen op verschillende aspecten + aanvullende uitleg
  • De tussentijdse opdrachten komen in een schrijfdossier
  • Tussentijds geven jullie elkaar feedback op de deelopdrachten
  • Een compleet, verzorgd en becommentarieerd schrijfdossier levert maximaal 2 (van de in totaal maximaal 10 te behalen) punten op

Slide 2 - Slide

Wat heb je bij (alle!) schrijflessen nodig?
  • Je boek NN
  • Je schrijfdossier (snelhechter met inhoudsopgave/aftekenlijst; hierin komen je deelopdrachten met opmerkingen en tips van je groepsgenoten)
  • Je mag met de hand schrijven, je kunt  er ook voor kiezen (behalve in les 2) om op een laptop of tablet te werken (niet op je telefoon!)
  • De tussentijdse opdrachten neem je de volgende les steeds op papier mee. Werk je op een laptop, dan moet je dus tussentijds printjes maken
  • Tussentijds geven jullie elkaar feedback op de deelopdrachten
  • Je kunt alleen aan de les deelnemen als  je je spullen op orde  hebt (oortjes: heb je nodig als je uitlegfilmpjes wilt bekijken)

Slide 3 - Slide

Hoe kijk ik teksten na?
  • structuur
  • publieksgerichtheid
  • inhoudelijke correctheid en deugdelijke argrumentatie
  • helderheid, aantrekkelijkheid en goede stijl
  • stijlfouten (ik gebruik NN en https://onzetaal.nl/taaladvies; oefen: NN-online, Cambiumned.nl)
  • spelfouten (ik gebruik NN, woordenlijst.org en Van Dale; oefenen: gespeld.nl en beterspellen.nl )
  • juiste bronvermelding, voetnoten en citaten (plagiaat is  uiteraard uit den boze)

  • Je kunt alleen aan de les deelnemen als  je je spullen op orde  hebt

Slide 4 - Slide

We gaan even herhalen, wat weet je nog van:
  • schrijfdoelen en tekstsoorten?
  • de drie hoofdonderdelen van een tekst en de doelen ervan?
  • de hoofdgedachte en kernzinnen?
  • de titel?
  • signaalwoorden en verbindende zinnen?
  • het beoogde publiek / de doelgroep?
  • het betoog en het bouwplan daarvan"?

Slide 5 - Slide

Welke schrijfdoelen ken je en welke tekstsoorten horen daarbij?

Slide 6 - Open question

Wat zijn de drie hoofdonderdelen van een tekst en wat zijn de doelen ervan?

Slide 7 - Open question

Wat is een hoofdgedachte en wat zijn kernzinnen?

Slide 8 - Open question

Aan welke eisen voldoet een goede titel?

Slide 9 - Open question

Wat zijn signaalwoorden en verbindende zinnen? En wat is de functie ervan?

Slide 10 - Open question

Hoe richt je je tot een specifiek publiek / de doelgroep?

Slide 11 - Open question

Wat zijn de kenmerken van een betoog en hoe ziet een bouwplan daarvoor eruit?

Slide 12 - Open question

Slide 13 - Video

Herhaal voor de volgende les:
  • van Cursus Schrijfvaardigheid: H1 + H2.1 en H2.2 + H5
  • bekijk evt. zelfstandig de volgende drie uitlegfilmpjes van Arnoud Kuijpers
  • neem in les 2 in ieder geval je boek NN mee!
  • neem een lege snelhechter (twee gaatjes) mee

    Slide 14 - Slide

    Slide 15 - Video

    Slide 16 - Video

    Slide 17 - Video

    Weet je nu weer hoe je een betoog moet schrijven? Vul dan 'ja' in. Weet je het nog niet helemaal? Dan vul je 'nee' in en je voert de vragen in die je nog hebt over deze stof.

    Slide 18 - Open question