Neuvième cours- 25 octobre 2021

1 / 18
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Planning et buts
Aan het eind van dit lesuur....
1. Kun je vertellen wat je deze zomer hebt gedaan
2. Kun je het bezittelijk voornaamwoord gebruiken
3. Weet je wat je nog goed moet doornemen voor de toets




Slide 2 - Slide

Klassenregels
We werken rustig samen in de klas.
We respecteren elkaar. We lachen elkaar niet uit en respecteren elkaars mening en antwoorden.
Tijdens het maken van de opdrachten zijn we rustig bezig en gaan we niet kletsen met klasgenoten.
We doen actief mee met de les, we leggen de telefoons dan ook in de telefoontas.
We steken onze vinger op als we iets willen zeggen en/of vragen.
We geven het aan onze docente aan wanneer ons iets dwars zit.
We laten elkaar uitpraten.
We eten en drinken niet in het klaslokaal (behalve in de pauzes).

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Koppel de antwoorden aan de juiste vragen.
Phrases-clés bron G
Qu'est-ce que tu as fait cet été?
C'était comment?
Vous avez fait du camping?
Tu as parlé français?
C'était génial!
Oui, j'ai parlé français.
Non, on a été à l'hôtel.
J'ai été à la plage avec mes copains.

Slide 5 - Drag question

De opdracht
-Antwoord op de Phrases clés G vragen over jouw vakantie
-Zorg ervoor dat je de schuingedrukte woorden sowieso aanpast  en dat je het een en ander opzoekt dat je nodig hebt.
-Tijdens de toets wil ik zo min mogelijk dezelfde zinnen zien, maak er dus jouw verhaal van.
timer
15:00

Slide 6 - Slide

Tijdens de toets van vorige keer....
Heb je de volgende exercices gemaakt: exercices 30de - 31ab - 32 - 33 (p.46-49 WB)

laten we nu eens kijken wat je er nog van weet....


Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Hoe vertaal je "mijn huis"?
(het huis=la maison)

Slide 10 - Open question

Hoe vertaal je 'jouw huis'?

Slide 11 - Open question

Hoe vertaal je: 'zijn huis? - haar huis?'

Slide 12 - Open question

de Bezittelijke Voornaamwoorden enkelvoud
Maak de juiste combinaties.
MIJN
JOUW
ZIJN/HAAR
  mon
 ton
  son
  ta
  tes
  mes
  ses
   ma
  sa

Slide 13 - Drag question

Hieronder zie je woorden staan. Koppel het juiste bezittelijke voornaamwoord aan het bezit.
La voiture (de auto)
Un stylo (een pen)
Deux chaussures (schoenen)
Mon
Ton
Son
Notre
Votre
Leur
Ma
Ta
Sa
Notre
Votre
Leur
Mes
Tes
Ses
Nos
Vos
Leurs

Slide 14 - Drag question

timer
5:00

Slide 15 - Slide

Et maintenant....
Kahoot over het bezittelijk voornaamwoord

Slide 16 - Slide

Waar wil je nog extra op oefenen? Wat vind je nog moeilijk?

Slide 17 - Mind map

Devoirs
Leren voor de toets:
Chapitre 1
Vocabulaire A-B-E-F
Phrases clés C-G
Grammaire D-H

Aankomende woensdag gaan we grammaire D herhalen en overhoor ik jullie wat betreft de woordjes en zinnen

Slide 18 - Slide