,

DEF@ctO | les 01 | VO2 | deel 2 | lezen | tekstsoorten

les 1 deel A
VO 1
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsLezen+1Middelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Introduction

Deel 1 – lezen Doel: Ik weet wat tekstdoelen en tekstsoorten zijn.

Instructions

Het eerste deel van deze les start met de tekstdoelen. Besteed voldoende aandacht aan dit gedeelte van de les. Als je een combinatiegroep hebt met VO2: in Les 1- deel 2 van VO2 zit dezelfde start als deze les over tekstsoorten en –doelen. Je kan het eerste deel dus samen aanbieden. De oefeningen die klaarstaan in NUMO zijn niet hetzelfde.
Tekstsoorten en tekstdoelen worden ook in NUMO geoefend.

Items in this lesson

les 1 deel A
VO 1

Slide 1 - Slide

Bezoek onze website:
https://www.defact-o.nl/
Les 1 deel 1
 lezen
Doel: Ik weet wat tekstdoelen en tekstsoorten zijn.
tekstdoelen tekstsoorten
Een tekst wordt niet zomaar geschreven. Een schrijver heeft altijd een doel voor ogen. Maar welk doel?
In deze les leer je wat de meest voorkomende tekstdoelen zijn. Ook leer je welke tekstsoorten worden gebruikt om die doelen te bereiken.

Slide 3 - Slide

Kijk naar de uitleg in deze video.
Naar: https://youtu.be/-J1IZwDcvCQ; Michelle Kerstens

Slide 4 - Slide

Kijk samen naar de uitlegvideo:
  • informeren
  • amuseren
  • overtuigen
  • overhalen
  • De schrijver wil  dat je iets te weten komt.
  • De schrijver wil je vermaken met zijn tekst.
  • De schrijver wil dat jij, na het lezen van de tekst, dezelfde mening hebt.
  • De schrijver wil dat je iets gaat doen, of juist niet meer doet.

Slide 5 - Slide

laat de tekstdoelen één voor één verschijnen. Leg bij elk doel uit wat de schrijver wil bereiken bij de lezer. Kunnen de leerlingen voorbeelden geven van een tekst bij elk doel?

Sta stil bij het verschil tussen overtuigen en overhalen. Overtuigen gaat over jouw mening - je wil dat de ander het met jou eens is. 
Als je iemand wil overhalen, dan wil je dat die ander iets gaat doen. Kom uit je stoel en koop mijn product / doneer geld / wordt lid ....

Bron afbeelding:

Kijk naar de uitleg in deze video.
Naar: https://youtu.be/6gBCD5EuayU; Arnoud Kuijpers

Slide 7 - Slide

Kijk samen naar de uitlegvideo:

In deze video wordt nog een 5e doel genoemd: opiniëren - de schrijver wil dat de lezer een mening vormt, maar laat zijn eigen mening niet horen.

In VO1 is dit doel nog niet aan de orde. Mochten er vragen over komen leg dan uit dat we hier pas in VO3 op terugkomen.
Bekijk deze tekst in stilte en beantwoord hierna de vraag over deze tekst.

Slide 8 - Slide

de leerlingen bestuderen deze tekst en beantwoorden de vraag op de volgende dia.


Wat is het tekstdoel van de tekst 'Zalando, 10 euro korting'?
Maak de zin af: De schrijver wil ...

Slide 9 - Open question

De schrijver wil de lezer overhalen om te kopen. 
Als een leerling antwoord: 'overtuigen om iets te kopen' leg dan nogeens het verschil uit tussen overhalen (de lezer moet in actie komen) en overtuigen (de lezer moet het met de mening van de schrijver eens zijn)
Lees deze tekst in stilte en beantwoord hierna de vraag.

Slide 10 - Slide

de leerlingen bestuderen deze tekst en beantwoorden de vraag op de volgende dia.


Wat is het tekstdoel van de tekst over hoofdletters en leestekens?
Maak de zin af: De schrijver wil ...

Slide 11 - Open question

De schrijver wil informeren hoe je hoofdletters en leestekens moet gebruiken.

Benoem het doel informeren.
Lees deze tekst in stilte en beantwoord hierna de vraag.

Slide 12 - Slide

Bron afbeelding:

Wat is het tekstdoel van de tekst over 'het uitje'?
Maak de zin af: De schrijver wil ...

Slide 13 - Open question

De schrijver wil amuseren.
Voeg hieraan toe dat het doel alleen bereikt wordt als de lezer de twee betekenissen van 'uitje' kent.
Maak de weektaak 

Slide 14 - Slide

This item has no instructions

Tot de volgende keer
bronnen:
naar: ‘Lees mee >> NT2’ - F. van der Maden en D. Pijpker (Diataal & Edutekst 2016),



Slide 15 - Slide

Bezoek onze website:
https://www.defact-o.nl/