Hoofdstuk 8 - de oe geschreven als ou

hoofdstuk 8
de oe geschreven als ou 

dit hoofdstuk gaat over woorden met de lettercombinatie ou. 
die spreek je in deze lettercombinatie hetzelfde uit als oe. 
je oefent met de uitspraak en de spelling van zulke woorden. 
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NederlandsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

hoofdstuk 8
de oe geschreven als ou 

dit hoofdstuk gaat over woorden met de lettercombinatie ou. 
die spreek je in deze lettercombinatie hetzelfde uit als oe. 
je oefent met de uitspraak en de spelling van zulke woorden. 

Slide 1 - Slide

opdracht 1
de woorden hierna hebben de lettercombinatie ou. je spreekt ze uit als oe. 
lees de woorden hardop. spreek ze duidelijk uit. 

route - douche - bougie 
bouillon - louche - ragout 

Slide 2 - Slide

waarom de ou een oe wordt
De woorden uit opdracht 1 zijn Franse woorden. 
Deze woorden zijn uit het Frans geleend. 
Je noemt ze leenwoorden. 
Als een Fransmna de lettercombinatie ou ziet, spreekt hij die automatisch uit als oe. 
Daarom doe je dat in het Nederlands ook. 

Slide 3 - Slide

opdracht 2
bij opdracht 1 staan moeilijke woorden. 
wat betekenen deze woorden? 
zoek de betekenis op in het woordenboek of op internet en vul de vragen in. 

Slide 4 - Slide

wat betekent
route

Slide 5 - Open question

wat betekent
douche

Slide 6 - Open question

wat betekent
bougie

Slide 7 - Open question

wat betekent
bouillon

Slide 8 - Open question

wat betekent
louche

Slide 9 - Open question

wat betekent
ragout

Slide 10 - Open question

opdracht 3 
schrijf het juiste woord op. 
gebruik woorden van opdracht 1 

Slide 11 - Slide

de automonteur verving de kapotte _________

Slide 12 - Open question

Na de wedstrijd namen we een lekkere _____

Slide 13 - Open question

De basis van veel soepen is een mooie ________

Slide 14 - Open question

Op de landkaart zochten we een nieuwe ______

Slide 15 - Open question

opdracht 4
er zijn veel soorten routes. 
vul ze op de juiste plek in. 

Slide 16 - Slide

Een wandelaar kiest de ______

Slide 17 - Open question

Een fietser kiest de _________

Slide 18 - Open question

Een student kiest de_________

Slide 19 - Open question

stel, er breekt brand uit. dan verlaat je het gebouw via de_________

Slide 20 - Open question

een piloot kiest de_________

Slide 21 - Open question