Les 4 - V3 - cuando yo era pequeño - mi físico y carácter

Hoy vas a trabajar con . . .
1 / 31
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoy vas a trabajar con . . .

Slide 1 - Slide

Clase de español - U3

miércoles, 5 de abril de 2023

Objetivo
Describir tu físico de cuando eras pequeño/a

Slide 2 - Slide

La clase anterior
De jongens vertellen aan de meisjes wat we de vorige les hebben gedaan.

Slide 3 - Slide

Los deberes

Slide 4 - Slide

Waarvoor gebruik je de imperfecto
=
de nieuwe verleden tijd

Slide 5 - Open question

Corregir ejercicios 5 y 7
Lees de hele zin met het vervoegde werkwoord
Vertel ook waarom hier de imperfecto gebruikt is.

Slide 6 - Slide

Una canción
Escribe en los huecos la palabra correcta.
Si trabajas desde casa, la hoja está en nuestro team


Slide 7 - Slide

Una canción
Escribe en los huecos la palabra correcta.


Solución
1 = i = cuatro
2 = g = llevábamos
3 = b = recuerdo
4 = d = mundo
5 = a = viento
6 = f = locura
7 = h = íbamos
8 = e = momento
9 = j = cielo
10 = c = nunca

Slide 8 - Slide

¿Quién es?

Slide 9 - Slide

¿Quién es esta chica?
timer
0:10
A
Indy
B
Tara
C
Evelien
D
Sara

Slide 10 - Quiz

¿Quién es este chico?
timer
0:10
A
Quinten
B
Moos
C
David
D
Mats

Slide 11 - Quiz

¿Quién es este chico?
timer
0:10
A
Sara
B
Kiki
C
Profe ZWT
D
Bo

Slide 12 - Quiz

¿Quién es este chico?
timer
0:10
A
Alex
B
Yuri
C
Shane
D
Jonas

Slide 13 - Quiz

¿Quién es esta chica?
timer
0:10
A
Evelien
B
Kiki
C
Mara
D
Bo

Slide 14 - Quiz

¿Quién es esta chica?
timer
0:10
A
Sara
B
Bo
C
Kiki
D
Merle

Slide 15 - Quiz

¿Quién es esta chica?
timer
0:10
A
Sara
B
Kiki
C
Indy
D
Merle

Slide 16 - Quiz

De les wordt gedeeld - ga naar de klas

Beschrijf individueel naar keuze 4 klasgenoten met gebruik van de imperfecto
Laat je partner niet zien wie je beschrijft.
Beschrijf het haar ( kleur en noem een ander uiterlijk kenmerk)
Wat voor kleur ogen had hij / zij?
Was hij/zij klein of groot?
Wat droeg hij/zij op de foto? 
Hoe is haar/zijn karakter (voor zover je dat weet)?
Schrijf deze zinnen in je schrift


Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

A comprobar
Lees per kinderfoto de beschrijving voor in het Spaans
Jouw partner moet raden wie je bedoelt.
Hij/zij mag tijdens het beschrijven door de foto's bladeren.

Slide 29 - Slide

Ik kan het uiterlijk en het karakter van mijzelf of iemand beschrijven toen ik/hij/zij klein was

Slide 30 - Poll

Los deberes para mañana
Leren
vorm en gebruik van de imperfecto
signaal woorden van de imperfecto (zie lessonup 3 en reader p. 20)
vocabulaire las aficiones p. 79-82
Maken
De eerste oefening 5 op p. 28 (zin 13 hoeft niet)
Sturen: foto van toen je klein was (als je dat nog niet hebt gedaan.

Slide 31 - Slide