Duizeligheid, bewustzijnsverlies, plotseling zonder duidelijke reden ziek, mogelijk verlammingsverschijnselen.
Meestal zie je het kind in de nabijheid van de stof.
Inspecteer de mond: zit er nog iets in?
Ruik aan de mond.
Controleer de verpakking van de giftige stof: mist iets?
Vraag belangstellend, op een normale manier, of het kind iets gesnoept of gedronken heeft.